zondag 20 januari 2019

De humanitaire visa van Theo Francken

     Je kunt van de politieke vijanden van Francken en N-VA niet verwachten dat ze nu zwijgen over de humanitaire visa-zaak. Die visa werden uitgereikt door zijn kabinet en, naar het zich laat aanzien, door een Syrische christen, tevens N-VA-lid, verkocht aan andere Syrische christenen die bloot stonden aan vervolging door fanatieke moslims. Francken had met andere woorden goede bedoelingen maar is naïef geweest en heeft zich laten misbruiken door een gewetenloze schurk met een partijkaart. Naïviteit is een fout, in de politiek is het een zware fout, en voor een staatssecretaris is het een heel zware fout.
     De goede kant van de zaak, dat zal iedereen toegeven, is dat die Syrische christenen gered zijn; de slechte kant is dat die redding gepaard ging met misdadige corruptie. Die is nu gelukkig aan het licht gekomen. Hopelijk wordt de dader, indien schuldig bevonden, streng gestraft en kunnen de slachtoffers nog enigszins schadeloos gesteld worden. Francken en N-VA moeten nu even de ‘‘walk of shame’ lopen, maar we weten uit Game of Thrones dat daarmee het spel niet is uitgespeeld.

     Zelf til ik niet zwaar aan onbedoelde fouten van anderen of van mezelf. Ik ben van het principe dat we ervan moeten leren. Het mag een geluk heten dat ik leraar ben, en geen chirurg. Ik kan een dt-fout op het bord schrijven en als een leerling mij daarop betrapt, zeg ik dat ik mij diep schaam, maar in werkelijkheid is dat niet zo. Over fouten van naïviteit kan ik mij al helemaal niet druk maken, hoeveel details men er ook bijsleurt. Zo’n Frank Van den Broucke die als SP-voorzitter illegaal verworven geld in de partijkas aantreft, en dat laat verbranden … Zo’n Kris Peeters die een niet helemaal koosjere Jood op zijn kieslijst plaatst … ik word er niet warm of koud van. Ook ben ik niet fanatiek als het over de ‘ministeriële verantwoordelijkheid’ gaat. Toen Dutroux ontsnapte, of toen het Heizelstadion instortte, hoorde ik bij degenen die níet vonden dat de minister van Justitie of van Binnenlandse Zaken ontslag moest nemen. Het verbaasde mij dat anderen daar oprecht anders over dachten.
     Wat mij dan weer niet verbaast, is dat gemaakte fouten rijkelijk worden benut om een politieke vijand te schaden. De partijen van centrumlinks (Groen en Sp.a) en centrumcentrum (CD&V, Open Vld) weten ook wel dat ze bij het N-VA-publiek weinig stemmen kunnen terugwinnen, visa of geen visa. Maar als zo’n zaak een paar procenten van de centrumrechtse N-VA-kiezers kan doen verschuiven naar het radicaalrechtse Vlaams Belang is dat prima voor hen. Als N-VA wat kleiner wordt, worden zij relatief gesproken wat groter. Ook hier zit ik anders in elkaar. Ik hou noch van de Sp.a noch van de PS, en ik zie die partijen graag zo klein mogelijk. Maar ik zou nooit inzetten op een strategie om kiezers van die centrumlinkse partijen te laten overlopen naar het radicaallinkse PVDA-PTB.
     Waar ik eigenlijk het meeste bang voor ben, is dat de zaak zal worden aangegrepen om de huidige visum-procedure en visum-filosofie in vraag te stellen.* In het verrassend leesbare boek Continent zonder grens van Theo Francken en Joren Vermeersch, staat een interessant stuk over de rol van het visum bij de asielkwestie. Francken ziet het zo: je kunt maar Europees asiel aanvragen als je met een humanitair visum naar Europa reist, en dat visum wordt uitgereikt als ‘een niet afdwingbare gunst’**. De regering reikt een visum uit in de stijl van de Franse koningen: ‘car tel est son bon plaisir’. Ik ben het daar helemaal mee eens. Maar een nadeel van een gunsten-systeem is dat je ook een mogelijkheid schept om gunsten te verkópen. Het gevaar van corruptie loert om de hoek. Voor mij is dat een reden om iedereen die bij het uitreiken van visa betrokken is, goed in de gaten te houden. Dat is van toepassing op ambtenaren, maar nog meer op bereidwillige medewerkers ter plaatse. Francken zal die les nu ook wel geleerd hebben.
    Zoals ik het zie moet Europees asiel in de toekomst weer een uitzondering worden, bedoeld voor heel specifieke individuen of groepen die om ideologische of etnische redenen gevangengenomen of gedood kunnen worden in de landen waar ze wonen.*** Ik denk hierbij aan de Russische anarchisten van de negentiende eeuw, de Joden van de jaren 30, de Chileense communisten van de jaren 70, de Iraanse dissidenten van de jaren 90, en in het algemeen ‘verbrande’ opposanten in dictatoriale landen. Nu is er in de wereld veel dictatuur, maar veel minder oppositie, en een groot deel van die oppositie wil ter plaatse blijven om … euh … oppositie te voeren. Toch kan iedereen die vanuit een arm Afrikaans, Arabisch of Centraal-Aziatisch gebied naar Europa wil emigreren zich voor een opposant uitgeven.**** In zo’n situatie zal slechts één op de duizend asielaanvragers behoren tot de specifieke individuen of groepen die ik hierboven aanhaalde, maar het zal ook bijzonder moeilijk zijn om die ene te onderscheiden van die 999 andere.
     Sommigen denken dat je dan vooral moet zoeken naar een sluitende, transparante procedure met objectieve criteria die zullen toelaten om dat onderscheid wel te maken. Maar dat zal nooit werken. Als je de criteria zo streng maakt dat je de meerderheid van de schijnopposanten tegenhoudt, is de kans groot dat je ook die ene échte opposant niet binnenlaat. En als je criteria zo toeschietelijk zijn dat die ene echte opposant níet wordt tegengehouden – wat geloof ik vooral de Groenen willen – moet je er ook tientallen of honderden andere erbij nemen. Een zekere willekeur is dan nog het beste. Je zoekt actief uit welke individuen of groepen de grootste kans op vervolging lopen, en je stelt die discreet in de mogelijkheid om een visum en asiel aan te vragen.  Dat af en toe een schurk van die werkwijze misbruik maakt, is geen reden om de werkwijze zelf te verwerpen.
     Willekeur bij beslissingen roept vanzelfsprekend ook weerstand op, want ze schept, zoals gezegd, mogelijkheden voor corruptie. We hebben daarom openbare aanbestedingen bedacht, en vergelijkende examens om promotie te maken binnen de ambtenarij, en eindeloze wetteksten onderverdeeld in artikels, leden en paragrafen. En zo hoort het. Maar we kunnen die mate van objectieve en voorspelbare criteria, bedoeld om de burgers van een land te beschermen tegen willekeur van de staat niet toepassen op elk domein en op elke schaal.***** Ik geloof dat je er op dit moment niet ver mee komt in de migratieproblematiek.

       In het Marrakesh-pact wordt nochtans op zulke objectieve en transparante criteria aangedrongen. In punt 23 (‘Objective 7’) lezen we dat irreguliere immigranten individueel geëvalueerd moeten worden om een reguliere status te verkrijgen, en dat op basis van ‘clear and transparent criteria’. Het is een van de passages die ik driftig onderstreept heb. Maar als de regels dan toch ‘clear and transparent’ moeten zijn, dan zou ik er één voorstellen, namelijk dat er in Europa géén asielzoekers meer worden toegelaten. Géén. De tweede regel die ik voorstel is dat een regering om humanitaire redenen uitzonderingen kan maken op die regel, en wel ‘selon son bon plaisir’. Maar die uitzonderingen zullen dan helaas niet voldoen aan de Marrakesh-vereisten van duidelijkheid en transparantie. Je kunt niet alles willen.

 
* Dat is waar onder andere Bart Eeckhout in De Morgen op aanstuurt. Zijn argument is dat de huidige procedure tot misbruik  kan leiden. Dat is waar en het is nu ook bewezen. Maar ik zou niet elke procedure afschaffen alleen omdat die tot misbruik kán leiden. Je moet ook de voordelen van de procedure in rekening brengen, en de nadelen van het alternatief. Bovendien komen de misbruiken in een democratie uiteindelijk aan het licht, zodat ze in de tijd beperkt blijven. Ook dat is nu bewezen.
De essentiële willekeur bij het uitreiken van visa betekent overigens niet dat een kabinet of administratie geen interne richtlijnen of werkwijzen kan afspreken, of zich moet onttrekken aan alle externe controle. Maar de verantwoordelijkheid doorschuiven naar ngo’s of de VN is niet noodzakelijk een betere garantie voor een efficiënte en billijke afhandeling dan een zogenaamd ‘eigengereid’ optreden. Interessant daarover is de getuigenis van ex-ambassadeur Mark Geleyn. (hier)


** Uit de 94ste voetnoot van het boek heb ik begrepen dat de huidige Europese Visumcode van 13 juli 2009 weliswaar toelaat dat een visumweigering kan aangevochten worden voor een rechter, maar dat die de beslissing enkel kan vernietigen en het dossier terugsturen naar de administratie voor een nieuwe en beter gemotiveerde beslissing.                                                              
*** Voor grote vluchtelingenstromen – zoals in oorlogssituaties – moeten plaatselijke oplossingen gevonden worden met Europese steun.
 
**** Zouden die mensen dan líegen alleen om een visum te krijgen? Dat denk ik wel. Toen ik begin de jaren 90 voor het eerst naar de VS reisde, moest ik om een visum te krijgen eerst een vragenlijst invullen. Een van de vragen luidde:  ‘Are you or have you ever been a member of the communist party?’ Ik wou heel graag naar de VS en heb toen zonder aarzelen  ‘No’ geantwoord, terwijl ik in het dagelijkse leven niet zo vaak lieg.
 
***** Je kunt ook in een gezin, school, bedrijf of ziekenhuis met enig succes een beroep doen op duidelijke krijtlijnen en transparante criteria. Maar je merkt al snel dat die aanpak op zekere grenzen botst.

3 opmerkingen:

  1. Juist geschetst. Opmerking: Francken is niet naïef geweest maar zijn handelwijze zou ik willen associëren met die van bijvoorbeeld de 100 bellen; ongetwijfeld een noodgeval. Schuldig verzuim kan hem bezwaarlijk aangewreven worden!

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ik begin nu toch meer begrip te krijgen voor het gezin dat enige tijd geleden een humanitair visum probeerde los te krijgen via de rechter. Als je ziet dat 'anderen' een gouden ticket krijgen naar België, eventueel met de hulp van wat smeergeld. Zelfs als zij zich bevinden in Beiroet – want daar werden de visa toch uitgedeeld – wat toch een veilige zone is, ook voor christenen.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. In het verstrekken van die humanitaire visa is er een voor- en een slottraject. Het voortraject bevond zich in dit geval in het Midden-Oosten, een gebied waar zich net die omstandigheden zich voordeden, die aanleiding gaven tot de bloedige vervolging van bepaalde bevolkingsgroepen zoals o.a. de Jezidi en de christenen. Om net deze bedreigde groepen te bereiken was lokale hulp nodig. Er wordt verwacht dat diegenen, die in aanmerking zouden kunnen komen een formulier invullen, waarin zij verzoeken voor een humanitair visum in aanmerking te komen. Dit ingevulde formulier belandt dan in de Belgische consulaten en ambassades in de streek, die dan onderzoeken of de aanvraag gewettigd is. Daarbij hebben zij ook hulp nodig. Wat zich in dit voortraject afspeelt, gebeurt volgens de lokale cultuur. En hierin is 'betaling' voor gunstige diensten schering en inslag. Ex-ambassadeur Mark Geleyn was hier heel duidelijk in. Hij typeerde het als een krabbenmand, gezien het aantal beschikbare visa ver onder het gevraagde aantal lag. Dat werd dus lokaal uitgeklaard en het is logisch dat zij, die over de meeste invloed beschikten (geldelijk of ander) dit beïnvloedden. Aan dergelijke toestanden valt vanuit België weinig te doen.

    Het slottraject bijvoorbeeld consulaat -> kabinetten Reynders en Francken, dienden wel corruptieloos te verlopen. Maar ambassadeur Mark Geleyn zei ook dat het personeel van de ambassade of het consulaat soms de verleiding niet kon weerstaan. Hij liet ook verstaan dat het bij de VN soms nog erger was.

    Het lijkt dat de cluster rond de ambassades en consulaten in het slottraject het meest beïnvloedbaar was en dat de Brusselse kabinetten hun werk verder zonder beïnvloeding uitgevoerd hebben. Het gerecht zal uitwijzen wat hiervan waar is. Enkele duizenden zijn in ieder geval zo gered geworden.

    BeantwoordenVerwijderen