zondag 9 november 2025

Politierepressie in Brugge en Antwerpen

     Ik kan het niet helpen, maar veel van het nieuwe activisme vind ik wat kinderachtig. Dat komt omdat die fase van mijn leven  zo ver in het verleden is en misschien ook omdat ik altijd meer naar cynisme dan naar hysterie heb geneigd.
      Neem die Wouter Bouton die in Brugge Palestina-slogans op de stoep krijt. Ik vind niet dat men Wouter moet uitlachen, of hem telkens een boete moet opleggen die hij niet kan betalen, zodat hij ondertussen al 20.000 euro verschuldigd is aan de gemeentekas. Maar soms zucht ik: waarom stopt hij er niet mee? 
      En als men over zulke acties achteraf stennis maakt in de gemeenteraad, denk ik: hebben die daar geen andere punten op de agenda. Ik herinner mij dat ik als studentenvertegenwoordiger in de Academische Raad ook stennis probeerde te maken rond kwesties die in mijn wereldbeeld van levensbelang waren. Rector De Somer legde mij dan kordaat het zwijgen op. ‘Dit is hier het bestuur van de universiteit.’ Daarmee waren de zaken weer in perspectief geplaatst.
     Die belachelijke kantjes zie ik ook opduiken bij die wekelijkse Palestina-manifestaties in Antwerpen. De manifestanten willen verzamelen voor het gemeentehuis, maar het gemeentebestuur en de politie geeft slechts toelating voor een manifestatie op het Steenplein*. En dan trekken de manifestanten natuurlijk toch naar het gemeentehuis. Het is een scenario dat ik tientallen keren heb meegemaakt, vooral in Leuven. Vriend en kotgenoot J.C., die de politieradio afluisterde, kon het allemaal volgen. ‘Clerick spreekt opruiende taal en roept de betogers op om naar de Naamsestraat te trekken.’ En dan volgde een kat-en-muisspel, met charges, waterkanonnen, soms traangas, en talrijke arrestaties die meestal maar enkele uren duurden.  Het is bij zo’n arrestatie dat ik mijn vrouw heb leren kennen.
     In mijn herinnering was ik over die acties en over die repressie redelijk cynisch in. Wij deden ons werk, en de politiemensen deden hun werk. Anderen stonden naïever in het leven. Ik heb mensen gekend wier wereldbeeld grondig veranderde toen ze een paar matrakslagen hadden gevoeld. Die schreven dan een lezersbrief naar Humo. In De Standaard (31/10) stond een column van Wouter Van Hooydonk, een andere Wouter dus. Deze Wouter is doctoraatsstudent in de filosofie en zijn column deed mij in redenering en bewoordingen aan zo’n Humo-lezersbrief van 50 jaar geleden denken. Wouter heeft weliswaar geen matrakslag gevoeld, maar heeft toch een threshold moment meegemaakt:

 Ik was voor het eerst op de wekelijkse manifestatie van de Antwerpse Coalitie voor Palestina. … Dat zorg en samenlevingsopbouw kapotbespaard worden, terwijl er geld genoeg is voor repressie, werd maandagavond erg tastbaar … Voor enkele honderden vreedzame betogers, werden de grote middelen ingezet … Tientallen agenten met schilden sloten elke toegangsweg tot de Grote Markt af … Ook een tiental agenten in burger stond paraat. Na afloop van de manifestatie wilde ik terug naar mijn – beginnersfout – aan de Grote Markt geparkeerde fiets. Keer op keer werd ik tegengehouden. Toen ik een van de agenten vroeg waarom ik niet vrij door mijn stad mocht wandelen, haalde een collega een politiehond uit de combi. Die werd ostentatief op enkele meter van mij en een vijftal omstanders geposteerd … Je kunt lezen zoveel je wilt, maar dat ene moment leerde me meer dan tientallen boeken …

      Dat slot is natuurlijk het mooiste. Dat revolutionaire inzichten niet alleen tot stand komen door het lezen van boeken, maar door directe confrontatie met het repressie-apparaat, was een van de geloofspunten van de 68-ers.
      Ook aan deze getuigenis kan ik weer een geruststellende gedachte knopen. Voor wie vreest dat we in Antwerpen meemaken hoe het fascisme in zevenmijlslaarzen vooruitstormt: dat deed het 50 jaar geleden ook al en het is gelukkig nog niet op zijn bestemming geraakt.


* De belachelijke kant van de actievoerders voel ik goed aan omdat ik ooit in hun schoenen heb gestaan. Misschien is er ook een belachelijke kant aan de reactie van het gemeentebestuur en de politie, maar in die hun schoenen heb ik nooit gestaan. 

 

1 opmerking:

  1. Eigenlijk zouden er wat meer mensen zoals De Somer moeten zijn, mensen met charisma, humor en overtuigingskracht die zeker in hun schoenen stonden en de onnozelaars (sorry, mijnheer Clerick) op hun plaats wisten te zetten. Ik denk dat De Wever zo iemand is, maar hij is een van de "rari nantes in gurgite vasto".

    BeantwoordenVerwijderen