Ik zal niet veel last hebben van de kerststal op de Grote Markt van Brussel. Ik kom daar nooit. Maar op foto’s heb ik gezien dat de gezichten van Maria en Jozef vervangen zijn door een abstract patchwork van lapjes stof. Daar zijn heel wat bedenkingen bij gerezen. Op de FB-pagina van Vlaams Belang las ik:
De woke-kerststal op de Brusselse Grote Markt zorgt terecht voor protest. Deze zogenaamde ‘inclusieve’ versie brengt geen 'verbinding', maar duwt net iedereen weg die waarde hecht aan een échte, traditionele Kerst. Stop met het vervormen van onze symbolen en laat onze tradities eindelijk met rust! BLIJF VAN ONZE TRADITIES!
Mijn eerste vraag is dan: zoekt VB hier niet te veel achter? Ik heb in een verleden ook wel eens Maria- en Jezusbeelden gezien in vlechtwerk van metaaldraad of riet, of met porseleinen blanco gezichten. De boodschap van de kunstenaar was dan: ‘Kijk eens hoe modern ik ben.’ Of: ‘Kijk eens wat ik op de Academie geleerd heb.’ Is dat niet dezelfde boodschap van de patchwork-poppen?
Niet helemaal, geloof ik. Volgens het rechtse opinieblad Le causeur zou de kunstenares, Victoria-Maria Geyer, gezegd hebben dat ‘le visage des personnes est fait dans un tissu qui est composé de toutes les couleurs des ethnies possibles et imaginables’. Le causeur geeft geen bron op, en Geyer betwist achteraf dat de gedachte aan diversiteit ook maar enige rol heeft gespeeld bij haar opdrachtgevers – de stad en de aartsbisschop – en bij haarzelf.
Le fait qu’il n’y ait pas de visage, ça permet à chacun, chaque chrétien, de s’imaginer le personnage, de se l’approprier. (Le Soir, 2/12)
Op een of andere manier lijkt het mij dat dat ‘chaque chrétien’ er achteraf is aan toegevoegd, om de kritiek te beantwoorden. Volgens de organisatie achter de kerststal – Brussels Major Events, BME – was het beeld zo geconcipieerd ‘pour que tout le monde s’y reconnaisse.’ Nou ja. ‘Pour que personne ne s’y reconnaisse,’ ware beter geweest, maar ik ga mij niet met kunstkritiek inlaten.
In elk geval, ik vrees dat er over die patchwork-gezichten is nágedacht. Zoiets als: ‘Wij leven in een multiculturele stad. We kunnen die kerststal niet alleen bevolken met blanken en één zwarte Balthazar die op Zwarte Piet lijkt. Wat doen we? Een Marokkaan, een Turk, een Afrikaan, een blanke en één halve Aziaat? En welke figuur krijgt welke nationaliteit. Dat wordt moeilijk. Weet je wat, we geven ze allemaal een veelkleurig gezicht*.’ Jan Seghers zou van die al dan niet bewuste gedachtegang een mooi dialoogje kunnen koken.
Eigenlijk is er aan bovenstaande redenering niet veel wat ik aanstootgevend vind. Er is ook niets onchristelijks aan. Ze is niet marginaal woke zoals Vlaams Belang beweert. Ze is eerder braaf multicultureel, zoals een belangrijke minderheid van onze bevolking braaf multicultureel is. Wie zijn anders om te beginnen die half miljoen Vlamingen die voor Groen stemmen? Het multiculturele ideeëngoed is een eerbare ideologie die, ondanks ‘superdiverse’ ontsporingen, haar plaats verdient in het maatschappelijk debat. Ook moeten we in de uit textiel vervaardigde koppen niet noodzakelijk provocerende spot ontwaren met alles wat traditioneel is. Je kunt het, zoals moraalfilosoof Patrick Loobuyck in een BRUZZ- interview noemt, een ‘creatieve’ omgang met de traditie noemen.
Alleen, hoe konden de mensen van Brussels Major Events en het gemeentebestuur zo dom zijn om de reactie van Vlaams Belang niet te voorzien. Hoe konden ze niet voorzien dat een heel groot deel van de bevolking dezelfde reactie zou hebben? ? We leven niet meer in de onschuldige jaren 60 of 70 waar je zonder veel bijbedoelingen kon experimenteren met riet, metaaldraad of lappen stof. Het Laatste Nieuws lanceerde een poll rond de kwestie en 93 procent van de respondenten gaf de voorkeur aan een ‘klassieke/traditionele’ kerststal boven een‘moderne/inclusieve’ versie ervan. Een poll bij de Standaard-lezers zou ongetwijfeld andere resultaten opleveren, wat op zich ook al een belangrijk gegeven is.
Ook indicatief voor de reactie onder de bevolking is wat een centrum-politicus als Sammy Mahdi schreef:
De kerststal heeft geen wit tentje of gezichtsloze figuren nodig om haar tijdloze boodschappen over te brengen. En toch voelen we in het Westen steeds opnieuw de drang om tradities te verpakken, te neutraliseren of te heruitvinden — in plaats van ze gewoon met trots uit te dragen en stil te staan bij wat ze betekenen. Kunstenaars kunnen uiteraard vrij creëren in musea en galerijen, maar als uithangbord voor de kerstmarkt op de Grote Markt, het historische hart van de hoofdstad van Europa, is dit simpelweg beschamend.
Het helpt niet om te zeggen dat Mahdi hier het Vlaams Belang achternaloopt. Het zijn veeleer Mahdi en Vlaams Belang die hier een belangrijk deel van de publieke opinie achternalopen.
Patrick Loobuyck noemt de hele heisa rond de kerststal een onderdeel van de cultuuroorlog die aan de gang is. Hij heeft helemaal gelijk. Maar dan heb ik weer een vraag: wie heeft het eerste schot in déze veldslag gelost? En dan kom ik bij de kerststal-mensen uit. Het was misschien allemaal niet zo kwaad bedoeld, maar zij hebben het eerst geschoten, zij het met een waterpistool. En extreem- of cultuur-conservatief rechts – Vlaams Belang, Mia Doornaert, Rik Torfs, Bouchez, Mahdi, Fouad Gandoul – heeft dat waterstraaltje beantwoord, sommigen met een waterkanon.
Daarmee was het spektakel niet gedaan. Het voor mij interessantste deel is het achterhoedegevecht, de tegenaanval van de multiculturelen**. Wat je bij hen het meest hoort is de wat hautaine reactie dat de hele kwestie totaal onbelangrijk is. Had rechts zijn mond gehouden, dan was er niets gebeurd. Vier miljoen mensen zouden de kerststal bekeken hebben zonder daar iets bij te hebben gedacht over onze ‘heilige tradities’.
Aangezien ik zelf wat hautain ben, kan ik dat argument wel smaken. Symbolen – traditionele en anderen – houden mij niet zo bezig, en ik ben geneigd om neer te kijken op mensen die van symbolen wél een halszaak maken. Er zijn zoveel zaken die ik belangrijker vind dan de afwezige gezichten in de kerststal: de beperking van het asielrecht en het recht op gezinshereniging bijvoorbeeld. Maar het is niet aan mij om te beslissen wat anderen belangrijk vinden. Ik begrijp dus de reactie van Mahdi:
De discussie over de Brusselse kerststal en de kerstmarkt is allesbehalve onbelangrijk. Ikerger me aan reacties als ‘Het is maar een kerststal.’ Dat is het niet. Want het gaat over veel meer dan een kerststal. Het gaat in de eerste plaats over hoe we omgaan met onze tradities.
Dat de kerststal ‘onbelangrijk’ zou zijn, kan overigens ook tegen de voorstanders van de ‘vernieuwende’ aanpak worden ingebracht. Als ze het zelf zo onbelangrijk vinden, waarom houden ze dan geen rekening met een groot deel van de bevolking die zoiets wél belangrijk vindt. Natuurlijk moet je niet in alles de mening volgen van de Laatste Nieuws-lezers. Maar zou het niet hoffelijk zijn om dat af en toe wel te doen? Zelfs midden in een oorlog. En daarbij eventueel galant met de tricorne te zwaaien?
De tweede reactie van de multiculturelen en hun sympathisanten is om te ontkennen dat de keuze voor de textielgezichten iets met de inclusie-ideologie te maken heeft. Ze kunnen daarvoor terugvallen op de kunstenares zelf die zei met haar beelden een ‘flinke knipoog naar ons textielverleden’ te beogen***. Maar aangezien die mensen de inclusie-ideologie een warm hart toedragen, lijkt het wat raar dat ze die zo snel afvallen als het om de kerststal gaat. Is dat een bewijs van slecht geweten? Of laat het gewoon zien dat hun inclusie-ideologie zo geïnternaliseerd hebben dat ze het niet beseffen als ze aan de oppervlakte komt, en hoeveel mensen er aanstoot aan nemen.
Wat je ook leest is dat het hier om een artistiek experiment gaat. Moeten we de vrijheid van de kunst niet verdedigen tegen de vulgaire smaak van het volk, een smaak die niet verder reikt dan schilderijen met een zwoele zigeunerin, een pijprokende visser, een huilend kind, of kitscherige beelden van Maria, Jozef en het kindeke? Moeten we de entartete Kunst niet verdedigen tegen het gesundes Volksempfinden? Mja. Er is, zoals Prediker zegt, ‘een plaats en tijd voor alles.’ Mahdi kent misschien de betekenis van Pinksteren niet, maar die wijsheid uit de Bijbel heeft hij althans begrepen.
Kunstenaars kunnen uiteraard vrij creëren in musea en galerijen, maar de kerstmarkt op de Grote Markt van Brussel is niet de plaats of de tijd om een traditie in een ‘cultureel-relativerend hipsterjasje’ te steken.
Mijn vriend en oud-collega, de kunstenaar Daniël Op de Beeck heeft een schilderijenreeks ‘Kop’ gemaakt. De reeks opende met zes half-abstracte gezichten samengeteld uit lappen stof. Ik vind die gezichten – in tegenstelling tot die van Victoria-Maria Geyer – heel mooi en origineel. Maar ik zou ze niet als gezichten voor Jozef en Maria gebruiken, evenmin als de gezichten die Daniël samengesteld heeft uit lappen vlees****.
Een aantal van de replieken op de kerststal-kritiek lijken mij in het beste geval de spijkers op laag water*****. Gwendolyn Rutten maakt zich sterk dat de traditionele afbeelding van de heilige familie historisch niet correct is. Dat Jezus meer op Sammy Mahdi moet geleken hebben. Flink hoor, Gwendolyn. Ze zegt nog:
Voor mij hoeft er geen kerststal te staan … Maar als je er een wil zetten – wat ik respecteer – doe dan alsjeblieft niet alsof het een waarheidsgetrouwe afspiegeling is van een wit gezin in ene boerenstal op het platteland, of zo.
Met dat ‘wit gezin’ bewijst Gwendolyn dat ook zij de kerststal framet in een discussie rond multiculturalisme, en met die ‘boerenstal op het platteland’ bewijst ze iets af te weten van geschiedenis en iconografie. Voorstellingen van historische en legendarische gebeurtenissen willen wil eens onnauwkeurig zijn en veranderen in de loop der tijden. Dat is zeker waar. Maar voor mij persoonlijk is de enige juiste voorstelling van het kersttafereel die van Hugo Van der Goes en die situeert zich in een boerenstal.
Nu, Van der Goes was er niet bij op die bekendste van alle kerstdagen, en ik ook niet, maar ik weet dat die voorstelling van een boerenstal teruggaat op de evangelist Lucas – die er ook niet bij was natuurlijk – en die zegt dat Jezus in een φάτνη werd gelegd, een ‘voederbak’ of ‘trog’ dus, wat ik uit respect voor de traditie met het Middelnederlandse ‘kribbe’ vertaal. En zoals Marc Vanfraechem sarcastisch opmerkt: ‘Zo’n meubelstuk hoort niet thuis in een tent maar in een stal, of is dat in Aarschot anders?’
Ik geeft het toe: ik kan er mij niet druk in maken. Wel vind ik het aardig dat Loobuyck in het interview over die kwestie zich in zijn formulering bijna aan kettle logic bezondigt: ‘Lees de Bijbel. Daar staat nergens letterlijk dat Jezus in een stal geboren is. En dan nog: die versie staat maar in één van de evangeliën.’ Het staat niet in de Bijbel, en bovendien staat het maar in één evangelie van de Bijbel.’ Hij had er nog aan toe kunnen voegen dat alles wat in de Bijbel staat, geen evangelie is.
Loobuyck heeft gelijk als hij de kerststal-affaire beschouwt als een onderdeel van een cultuuroorlog, maar hij vergeet dat hij zelf aan de vijandelijkheden deelneemt, zij het niet vanuit een van de extreme flanken. De veldslag is niet begonnen met de reacties op de kerststal, maar is begonnen met de kerststal zelf. En de reacties óp de reacties – ook de zijne – maken er evengoed deel van uit. Hij framet de kerststalintenties als creativiteit en vernieuwing, zonder de politieke connotatie te willen toegeven. Hij ziet de voddenpoppen als een middenweg. Het zou fout zijn mocht het stadsbestuur de kerststal verbieden, zoals het ook fout is om vast te houden aan een al te starre interpretatie van de kersttraditie. Maar dat is, lijkt mij, geen middenweg.
Overigens begrijp ik dat Loobuyck zich in een moeilijke positie bevindt. Als hij echt neutraal wilde zijn in de cultuuroorlog had hij iets anders moeten zeggen in dat interview. Iets als: ‘Ja, die kerststal was achteraf gezien een verkeerde beslissing. Men heeft de impact onderschat. Men heeft Vlaams Belang nodeloos munitie gegeven. De initiatiefnemers waren vergeten dat wat zij evident vinden, daarom nog niet door iedereen als evident wordt gezien. Maar wat wil je, die tent staat er nu.’
Maar dát kan hij moeilijk zeggen. Dát zou een capitulatie zijn. Ik zou daar, mocht ik in zijn positie verkeren, ook niet toe bereid zijn.
* Overigens vind ik niet Jezus en zijn gezin per se als blank moet worden voorgesteld. Zolang hij maar niet per se als niet-blank wordt voorgesteld. En zolang men Van der Goes maar trouw blijft. Michel Berger gaat op zijn FB-pagina een stapje verder en vat het conservatieve standpunt als volgt samen: ‘Zelf heb ik geen enkel probleem met een heilige familie in Afrika die zwart is. Of met Inuittrekken in Inuitland. Chinese oogjes in Chinaland. De universele boodschap snap ik evenzeer in een Japans ogende Boeddha als in een Indische versie. Maar vreemdelingen hier zouden niet snappen dat men in bleekgezichtenland traditioneel bleekneuzen uitbeeldt? Dat is eigenlijk iedereen voor onnozele sukkels houden die zonder uw artistieke ingreep de boodschap niet zouden vatten.’
** Bij die tegenaanval hoort ook die krantenkop in De Standaard: ‘Hoe een Brusselse kerststal werd gestolen door politieke recuperatie.’ Natuurlijk is er politieke recuperatie van rechts, maar met zo’n kop is De Standaard zelf ook aan het recupereren.
*** Zie de heisa rond het tableau op de Olympische Spelen in Parijs. Een tableau vivant dat voor iedereen een parodie leek op Da Vinci’s Laatste Avondmaal, had helemáál niets met een schilderij van Da Vinci te maken maken maar met een schilderij van Jan van Bijlert. Zie mijn stukje hier.
**** Voor enkele voorbeelden van ‘koppen’ van Daniël Op de Beeck, zie zijn web-pagina hier.
***** Ook in het kamp van de kerststalcritici worden spijkers op laag water gezocht. Zo zien sommigen in de gelaatloze figuren een buiging voor de Islamitische theologie die geen afbeeldingen van religieuze figuren aanvaardt. Dat lijkt mij vergezocht. Of men ziet de beelden van Jezus, Maria en Jozef als een aanval op het christendom. Loobuyck antwoordt terecht dat de bezwaren niet door authentiek christelijke motieven, maar door politieke motieven geïnspireerd zijn.



