De hele rel, las ik ergens, was maar een afleidingsmaneuver van de n-va die de aandacht wou afleiden van het begrotingstekort. De boerkini was eigenlijk best een sexy, zij het wat dubbelzinnig kledingstuk, een patent bewijs van integratie, en betekende van geen kanten een gevaar voor de zwemveiligheid. Ook moesten we van óns tweedelige en toch wel erg minuscule vrouwenbadpak geen vrijheidssymbool maken, nietwaar? En je zag zo dat een boerkinidraagster veel pret beleefde aan haar kostuum. En dan: aan onze kust waren die boerkini’s zo goed als afwezig; in Oostende en Knokke had men er nog nooit één gezien – alleen in Blankenberge zou er ooit een zijn opgedoken. Trouwens, hoe zag je nu het verschil tussen een boerkini en een surfpak? En was het niet allemaal een kwestie van persoonlijke smaak? Vergelijk het met een oudere man die in pak en met opgerolde broekspijpen gaat pootjebaden. Ten slotte kon je hier en daar ook vernemen dat onze overgrootmoeders precies dezelfde badkledij hadden gedragen en kijk, wij waren toch goed terechtgekomen.**
Mevrouw Remona Aly |
Dat was dus allemaal heel geruststellend.
Maar – regel nummer één – als het over moslims gaat, moet je niet alleen óver hen praten, je moet ook mét hen praten, je moet henzélf ook eens aan het woord laten. Dat hebben de kranten gedaan, en voor mijn gemoedsrust ware het beter geweest als ze het niet hadden gedaan. Dan gaat het plots niet meer om een kleine minderheid binnen de moslimgemeenschap die alleen in Blankenberge actief is. ‘De boerkini-draagster kan iedere doorsnee hoofddoekdragende moslima zijn,’ schrijft Hasna El Maroudi (hier). En op het gemoed werkend, voegt ze eraan toe: ‘Het enige dat een verbod op een boerkini doet, is ervoor zorgen dat deze meisjes niet meer in zee zullen zwemmen.’ Ja, dat zou harteloos zijn. Daar kunnen we het allemaal mee eens zijn. Maar mocht die sentimentele kunstgreep zijn doel missen, dan kan pittiger spijs worden opgediend. Jamilla: ‘Voer dat verbod in, en ik garandeer je dat er méér radicalisering optreedt en [meer] mannen naar Syrië vertrekken.’ (hier) De duidelijkste taal wordt gesproken door ene Remona Aly, die een overigens kluchtig stuk in De Standaard besluit met de woorden: ‘Ze kunnen ons van het leven beroven, maar niet van onze boerkini.’ (hier), (hier) of (hier)
De boerkini of de dood. Dát is wat men in het Engels noemt – met een uitdrukking die mooi kleurt bij ons vraagstuk – : to have skin in the game. Het deed me denken aan een essay van Nassim Nicholas Taleb waar Luc Van Braekel mijn aandacht op vestigde (hier). De schrijver van de Black Swan beweert in dat essay dat maatschappelijke controverses niet beslecht worden door meerderheden tegenover minderheden. Wat telt is hoe fanatiek een bepaalde groep een bepaalde opvatting aanhangt. Als een minderheid van, zeg, tien procent iets héél belangrijk vindt (koosjer vlees, halalvlees, biologische groeten, zedige strandkledij), dan is de kans niet gering dat de negentig procent die niet in dat vlees, die groenten of die strandkledij gelooft, op den duur schouderophalend volgt.
100 jaar geleden - Good for the goose, good for the gander |
Zelf geloof ik niet dat zoiets ons binnenkort staat te gebeuren, al kan ik niet meteen een fout ontdekken in Talebs redenering. Maar toch ben ik er niet helemaal gerust in. Als ik nu eens zeker wist dat die boerkini-godsdienst – waarmee ik hopelijk maar een deel van de Islam omschrijf – onze halfnaakte westerse badmode gadesloeg met niets meer dan tolerante of meewarige onverschilligheid. Dan was alles goed. En als ik nu ook eens zeker wist dat het alleen om die boerkini ging.
't Schijnt dat de oogst van komkommers dit jaar veel beter is dan die van de vroege aardappelen. Of dat oogstverschil de gemoedsrust al dan niet bevordert hangt af van de smaak van de consument.
BeantwoordenVerwijderenToen de nieuwe aardappeltjes uitbleven, ben ik toch even ongerust geweest. Niet de vaderlandse pers, maar mijn vrouw heeft mij toen gekalmeerd. Aan het einde zou alles goed komen. Ja. Gerard Reve schreef het al: Op weg naar het einde!
VerwijderenOok mee te nemen in het over en weer geschrijf: (1) hoe meer men zegt dat we niet met de jaren dertig mogen vergelijken, hoe duidelijker de vergelijking wordt. En (2): vreemd is dat de burgemeester van A'pen niet verkondigt dat de strandkledij van de moslima's alleenlijk tot doel heeft zijn partij in een slecht licht te stellen.
BeantwoordenVerwijderen(1) De jaren dertig komen zeker terug. Binnen veertien jaar al. Misschien maken wij dat nog mee, Flor.
Verwijderen(2) Het is schromelijk overdreven te stellen dat iedereen altijd de nva in een slecht daglicht plaatst. Ikzelf doe daar bijvoorbeeld niet aan mee.