Longreads: als het ietsje (of veel) langer mag zijn

donderdag 23 april 2020

Dode bladeren

     Enkele jaren geleden kwamen we in Tervuren. Nu denk je misschien dat we daar het Afrikamuseum wilden bezoeken. Dat was niet zo. Het museum was toen al vele jaren gesloten omdat men verbouwingen aan het uitvoeren was, en vergaderingen aan het beleggen om een nieuwe naam te verzinnen. Het heet nu, geloof ik, Museum voor de Bestrijding van Neokolonialisme, Discriminatie en Afrofobie. Nou ja, als de mooie fresco’s van de panoramische landschappen niet overschilderd zijn, is het voor mij allemaal in orde.
     Het ging ons dus niet om het museum. Maar Tervuren heeft meer te bieden. In de dorpskern vind je namelijk een groot aantal restaurants en als je daar rondwandelt krijg je het niet onaangename gevoel dat je op vakantie bent, of minstens ‘op uitstap’. Ons reisdoel bestond werkelijk ook uit een van die restaurants. Jan kende de kok, die doelman is bij zijn voetbalploeg; en mijn vrouw, die ontdekt graag iets nieuws.
     Ik weet niet meer wat ik toen gegeten heb (zie ook hier). Wel weet ik nog dat er muziek op de achtergrond speelde waarbij om de twintig minuten dezelfde nummers terugkeerden. Een van die nummers was het bekende chanson ‘Les feuilles mortes’ dat leerlingen van mij, die muziekschool volgen, kennen onder de naam ‘Autumn Leaves.’ Het is een droevig lied dat ik vroeger vaak beluisterd heb in de uitvoering van Juliette Gréco, maar hier werd het, zoals vaak, in een jazzy arrangement gebracht, met veel kleine, snelle nootjes, af en toe onderbroken door de eenvoudige, droeve hoofdmelodie.
     Die snelle nootjes, daar is geen beginnen aan dacht ik, maar wat zou het fijn zijn als ik zo’n eenvoudige melodie op de piano kon spelen. Zou ik daar, op mijn leeftijd, nog aan beginnen?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten