Johan Sanctorum loopt niet hoog op met het boek van Maarten Boudry over het Verraad aan de Verlichting*. Hij vindt het fijn dat Boudry stelling neemt tegen de woke-ideologie, maar, ten eerste, Boudry is rijkelijk laat, ten tweede, hij wil gewoon een graantje meepikken nu iedereen op woke afgeeft, en, ten derde, hij vergeet complimentjes te geven aan rechtse auteurs die het woke-gevaar veel eerder hadden gezien.
Hieruit blijkt dat Sanctorum en ik een heel ander temperament hebben. Ik ben blij met elke late roeping, ik gebruik zo weinig mogelijk intentieprocessen, en ik vind dat iemand van progressieve signatuur zijn eigen ruiten niet nodeloos moet ingooien. Hij moet juist proberen andere mensen van progressieve signatuur te bereiken met zijn anti-wokeboodschap, en hen niet afschrikken door complimentjes te geven aan rechtse auteurs.
Men zegt soms dat je niet moet preken voor eigen kerk, maar als je de uitdrukking op de letter neemt, is het juist omgekeerd. Je moet wél preken voor eigen kerk, want dat is de enige kerk die zal luisteren. En daar moet je van profiteren om juist die mensen enkele andere inzichten bij te brengen – tenminste als je dat graag wil.
Sanctorum schrijft dat hij met Boudry op veel levensbeschouwelijke punten van mening verschilt. Hij heeft geen lijstje gemaakt van die meningsverschillen en een ervan betreft Boudry’s vooruitgangsoptimisme. Sanctorum schrijft:
Evenzeer is groei-om-de-groei (nog zo’n stokpaardje van Boudry), de dwang om steeds meer te produceren en te innoveren, een onzinnige fetisj. Hebben we zo nodig elk jaar het nieuwste model smartphone van doen? Is de door influencers aangeprate hyperconsumptie van allerlei prullen een vooruitgang?**
Ik heb het boek van Boudry nog niet gelezen, maar ik ken hem zo een beetje. Zijn vooruitgangsoptimisme zal ook in dit boek wel stevig beargumenteerd zijn. En je kunt er ook stevig tégen argumenteren. Maar dat is niet wat Sanctorum hier doet. ‘Elk jaar het nieuwste model smartphone,’ dat is een veel te gemakkelijke karikatuur. Vooruitgang is iets helemaal anders, namelijk dat het model van smartphone dat ik nu heb zoveel meer kan dan dat van 15 jaar geleden. En dat mensen met een laag inkomen overal ter wereld zich zo’n smartphone kunnen veroorloven.
*Hm, vier voorzetsels op rij. Ik mompel de zin enkele keren en vindt dat het net kan.
** Over die prullen, zie mijn recente stukje hier.
Ik reageer doorgaans niet op artikels over woke omdat het onderwerp me weinig interesseert. Dat verandert wanneer iemand er echt eens iets interessants over te vertellen heeft. Onder de weinige mensen die ik echt volg, bevindt zich Paul Graham. Hij schrijft een essay per maand en denkt daar meestal veel langer over na, naar eigen zeggen maar ook naar publicatiefrequentie en gehalte, dan ik bijvoorbeeld. Een lange inleiding op een ongebruikelijk lang essay van Paul Graham over woke, dat jou mogelijk interesseert. (De lengte van het essay is overigens omgekeerd evenredig met de kwaliteit ervan. Dat beargumenteerd Graham zelf vaker en hier zondigt hij tegen zijn eigen kwaliteitszorg, vermoedelijk omdat het thema hem emotioneel diep raakt.)
BeantwoordenVerwijderenhttps://paulgraham.com/woke.html
BeargumenteerT - miljaarde.
VerwijderenGeweldig bedankt voor deze leestip. Dit is veruit het beste wat ik ooit over woke heb gelezen. Het is helder, geestig, juist, volledig, en bevat niet de onzin die men in de meeste anti-woke teksten aantreft. Dat de remedie die Graham voorstelt uiteindelijk wat minder is, dat is onvermijdelijk. Dat is altijd zo met dat soort teksten, ook van de allerbeste auteurs. Ik heb vruchteloos gezocht naar een zin of een halve zin waar ik het niet mee eens ben. Misschien die over de humor als dé doodgraver van de victoriaanse moraal. Dat is geloof ik maar gedeeltelijk waar. Naast humor had je ook de ernstige, zwaarwichtige literatuur die gaten schoot in het victorianisme.
VerwijderenMooie leestip. Het artikel slaagt erin het woke-fenomeen (een thema dat dreigt wat uitgemolken te raken) vanuit een originele invalshoek te belichten. Voor de eerste keer lees ik een heel concrete beschijving vanuit eigen ervaring van het fenomeen dat de soisant-huitarts indertijd "de lange mars door de instituties" noemden. Een dweeperige term die vooral de maoïsten hun bloed sneller moet hebben doen stromen. Dat was ook nodig in het vooruitzicht van deze saaie strategie om de verbeelding aan de macht te brengen.
BeantwoordenVerwijderenHet tweede fenomeen dat Graham goed beschrijft is dat van "de eeuwige kwezel".
Over die “Langste Mars” schreef Sanctorum in 2018 al een boek. En daarmee is de cirkel weer rond.
BeantwoordenVerwijderen