Gisteren plaatste ik een stukje
over de ruzie tussen N-VA en Open-Vld. N-VA had een filmpje met twee fragmenten
van Gwendolyn Rutten gepost, één van 2010 waar ze zich vóór confederalisme
uitspreekt, en één uit 2020 waar ze tégen is. Het filmpje van Open-Vld had als
slagzin: ‘Wij beantwoorden de charge van N-VA met Abraham Lincoln: ‘Truth is
generally the best vindication against slander’.
Dat is een goede raad. Alleen begrijp ik niet goed waarom Open-Vld hem zelf niet toepast. Waarom weerlegt ze de laster niet door de waarheid te vertellen. Bijvoorbeeld dat Gwendolyn Rutten níet van mening is veranderd over confederalisme. Of dat de vrouw op het filmpje niet Gwendolyn is maar iemand die op haar lijkt. Of dat de fragmentjes uit hun verband zijn gerukt. Of dat Open-Vld goede redenen had om van standpunt te veranderen. Dan zouden ze die goede redenen kunnen uitleggen, desnoods in een langer filmpje. Maar helaas, zo werkt het niet in politieke propaganda. Daar geldt het pragmatische adagium: never apologize, never explain.
Moet ik dan alles zelf doen?
Toen ik een jaar of acht, negen was, vroeg een buurjongen mij of ik wist wat PVV betekende? Nee, dat wist ik niet. Pest Voor Vlaanderen, zei hij. Het was de tijd van de taalgrens. Het vlakbij gelegen Komen werd ‘overgeheveld’ naar Wallonië. Overal zag je gekalkte leuzen: Nee Theo, Dat Nooit! Dat was toen natuurlijk nog een andere Theo.
Dat is een goede raad. Alleen begrijp ik niet goed waarom Open-Vld hem zelf niet toepast. Waarom weerlegt ze de laster niet door de waarheid te vertellen. Bijvoorbeeld dat Gwendolyn Rutten níet van mening is veranderd over confederalisme. Of dat de vrouw op het filmpje niet Gwendolyn is maar iemand die op haar lijkt. Of dat de fragmentjes uit hun verband zijn gerukt. Of dat Open-Vld goede redenen had om van standpunt te veranderen. Dan zouden ze die goede redenen kunnen uitleggen, desnoods in een langer filmpje. Maar helaas, zo werkt het niet in politieke propaganda. Daar geldt het pragmatische adagium: never apologize, never explain.
Moet ik dan alles zelf doen?
Toen ik een jaar of acht, negen was, vroeg een buurjongen mij of ik wist wat PVV betekende? Nee, dat wist ik niet. Pest Voor Vlaanderen, zei hij. Het was de tijd van de taalgrens. Het vlakbij gelegen Komen werd ‘overgeheveld’ naar Wallonië. Overal zag je gekalkte leuzen: Nee Theo, Dat Nooit! Dat was toen natuurlijk nog een andere Theo.
Veel is ondertussen veranderd en de PVV van toen heet nu Open-Vld.
Toch moest ik bij Gwendolyns pleidooi voor herfederalisering terugdenken aan
dat Pest Voor Vlaanderen. Was er dan toch in de blauwe familie een latent
Belgicistisch virus aanwezig dat vijftig jaar lang werkzaam bleef? Zelfs nadat
de helft van de Volksunie was naar die familie was overgelopen?
Dat is een weinig geloofwaardige verklaring. Maar de verklaring die Open-Vld’ers
desgevraagd zelf geven is ook niet erg geloofwaardig. (Zie bijvoorbeeld hier).
Er is veel veranderd sinds 2010, zeggen
ze. Er is ondertussen een zesde staatshervorming geweest die ‘het zwaartepunt
bij de gewesten legt’. Heel goed. Maar waarom mag dat zwaartepunt niet verder
verlegd worden? Dát willen we weten.
Zelf heb ik twee andere verklaringen. Open Vld is op minder dan 20 jaar
tijd gezakt van bijna 25 procent naar 13 procent. De Waalse MR daarentegen
blijft comfortabel boven de 20 procent. De Vlaamse liberalen hebben er dus meer
dan vroeger belang om met de Waalse broeders een blauw ‘front’ te vormen – als ik dat belligerente
woord ook eens mag gebruiken. Hoe hechter de politieke eenheid in België, hoe gemakkelijker
het is om zo’n front tot stand te brengen over de taalgrens heen. L’union fait
la force … voor blauw … en nu ik erover nadenk ook voor groen en rood.
Een andere verklaring voor
het nieuwe belgicisme ligt in de politieke marketing. Op economisch vlak zijn
de liberalen niet goed te onderscheiden van N-VA. Op migratievlak verschillen
ze wel, maar dat zouden ze, als ze slim, zijn, beter niet aan de grote klok
hangen. Rest de communautaire kwestie. Daar kunnen de liberalen zich wel
onderscheiden.Uit allerlei onderzoek blijkt dat de Vlaming van die communautaire kwestie ‘niet wakker ligt’, zoals men zegt. ’t Is ook een verduiveld ingewikkelde zaak, die al zestig jaar aansleept. Elke hervorming is ingewikkelder dan de vorige. Er wordt eindeloos vergaderd. Er worden kilometers teksten opgesteld, met artikels die uitdijen tot bis, ter, quater en quinquies. Er is een financieringswet waarvan slechts enkele geleerden begrijpen hoe die in elkaar zit. Je hebt een Belgische regering, een Vlaamse regering, een Duitstalige regering, een Brusselse regering en twee Franstalige regeringen – één voor het Gewest en één voor de Gemeenschap. Het is een warboel. Zou één regering niet eenvoudiger zijn?
Het was de strategie van Rutten, geloof ik, om in te spelen op dat wat naïeve verlangen naar eenvoud. Gedaan met de in-sti-tu-tio-nele hervormingen – zo’n moeilijk woord ook! Laten we alles laten zoals het was. En de échte problemen aanpakken: milieu, zorg, onderwijs, jobs, het coronavirus, immigratie, of nee, dat laatste eigenlijk niet.
Kan zo’n strategie aanslaan? Wie zal het zeggen. Bij mij niet. Als ik naar het Waalse onderwijs kijk, ben ik blij dat het departement gesplitst is. Met Wallonië erbij zou ons onderwijs niet eenvoudiger worden, en zeker niet beter. Justitie mag van mij morgen worden gesplitst, en Asiel en Migratie en de Sociale Zekerheid ook. ’t Zal een beleid in Vlaanderen een stuk eenvoudiger maken. Ik begrijp dat links tegen zo’n splitsing is. ’t Is hun goed recht en ik ken hun principiële argumenten ongeveer. Maar wat zijn die van de liberalen? Behalve politieke berekening?