Longreads: als het ietsje (of veel) langer mag zijn

donderdag 26 augustus 2021

Het spectaculaire idee van Koen Pelleriaux - nabeschouwingen*


** Het idee van Koen Pelleriaux om leraren zich te laten specialiseren in ofwel lesgeven, ofwel lesmateriaal ontwikkelen, ofwel lessen voorbereiden, ofwel toetsen opstellen, valt slecht bij directeur Alex Peeters van het Xaveriuscollege in Borgerhout. In Het Nieuwsblad van 25 augustus vindt hij het een ‘vreemd idee’. Is de directeur bang dat de proefballonnetjes in het Gemeenschapsonderwijs, straks ook worden opgelaten in zijn eigen onderwijskoepel?

**  Ik ben het in elk geval met Peeters eens. ‘Zo dreigen we hetzelfde soort toetsen te krijgen voor iedereen, terwijl wij leerkrachten net eigen accenten willen laten leggen … anders zijn we gewoon eindtermen aan het afvinken.’ Voilà.

** Het Nieuwsblad heeft ook medestanders van Pelleriaux gevonden. Directeur Peter Vincke van het Bernarduscollege in Oudenaarde: ‘Stel dat je een leerkracht aardrijkskunde hebt met een fantastische encyclopedische kennis die er niet in slaagt om zijn klas onder controle te houden. Dan kan je daar weinig mee doen, en dat is jammer. In die zin kan het interessant zijn om de taken te verdelen.’ Welnee. Die encyclopedist is gewoon niet geschikt voor het onderwijs. Er zijn zoveel sectoren waar ík niet geschikt voor ben.

** Directrice Maggy Vankeerbergen, van het Technisch Atheneum Halle – eindelijk iemand van de stal van Pelleriaux –, ziet in de specialisatie van leerkrachten vooral mogelijkheden tot coaching. Ze pleit voor een systeem van ‘senior’ leerkrachten die ‘junior’ leerkrachten begeleiden en evalueren. ‘Nu valt dat allemaal op de schouders van de directie. Ik ken geen andere organisaties buiten het onderwijs waar een leidinggevende rechtsreeks 40 mensen of meer moet begeleiden.’ 

** Er is een tijd geweest, mevrouw Vankeerbergen, dat men ervan uitging dat leraren, met behulp van een paar tips, een bemoedigend woordje en de herinnering aan hun eigen schoolverleden, zelf wel hun weg zouden vinden, als ze enige aanleg voor het beroep hadden. En die andere organisaties waar een legertje coaches zou instaan voor begeleiding, ik zou mij daar niet te veel bij voorstellen. Natuurlijk houdt een ervaren journalist de jonkies op de redactie wat in het oog, maar op voorwaarde dat ze het niet te bont maken, snel leren, en zelf ook al eens een probleem oplossen.

**  Natuurlijk is het fijn als een beginnende leerkracht wat hulp krijgt van een ervaren collega. Toen ik begon, stelde de directrice voor dat ik eens met collega JP zou praten. Die heeft mij toen in half uurtje middagpauze voldoende aanbevelingen meegegeven om mij een paar jaar boven water te houden. Een ervan was dat ik niet te veel naar de directrice moest luisteren want, zei hij, die had ‘het licht gezien’.

** Als men de goede raad die ervaren collega’s aan beginners geven wil formaliseren, vooruit. Hier en daar zo’n ervaren collega enkele uren vrijstellen, zal volgens mij volstaan. Dat is heel wat anders dan een batterij van senior lerarencoaches op te stellen. Want die gaan dan hun taak invullen door ‘begeleidingstrajecten’ uit te werken waar de beginners eindeloos veel tijd en energie moeten insteken, naast de lessen die ze moeten geven. Misschien moeten ze zelfs méér lessen geven, om de senior leerkrachten te vervangen die minder uren voor de klas staan. 

** Het laat zich begrijpen dat de voorstellen van Koen Pelleriaux bij enkele schooldirecteurs in goede aarde vallen. Er bestaat een weerzinwekkend document van de onderwijsinspectie waarin een ‘referentiekader voor onderwijskwaliteit’ wordt vastgelegd (Zie hier). Daarin worden 37 verschillende doelstellingen geformuleerd voor het ‘schoolteam’. Ook zijn die doelstellingen erg vaag en algemeen. Ik citeer doelstelling B2: ‘Het schoolteam biedt begeleiding zowel op het vlak van leren en studeren, onderwijsloopbaan, psychisch en sociaal functioneren als preventieve gezondheidszorg.’  Als ik directeur was zou ik graag een personeelslid vrijstellen van lesgeven om zich voltijds te wijden aan het bewaken van dat psychisch en sociaal functioneren, met andere woorden aan het bewijzen dat er ‘rond die doelstelling wordt gewerkt.’ En ik zou, in mijn onzekerheid, ook graag een personeelslid vrijstellen voor elk van de andere 36 doelstellingen.

** Helaas zal het vermenigvuldigen van het aantal gespecialiseerde personeelsleden niet leiden tot ontlasting van de sukkelaars die achtergebleven zijn in de klas. Want wat is de taak van die specialisten, bijvoorbeeld in de ‘zorg’? Moeten ze, zoals je naïef zou denken, leerlingen begeleiden die speciale ‘zorg’ nodig hebben? Welnee. Op alle nascholingen krijgen ze te horen dat ze ‘niet alles zelf moeten doen’, maar dat ze de leraren in de klas moeten coachen zodat díe voor de begeleiding kunnen instaan. Ja, zó wordt de taak van leraar natuurlijk te veel voor één persoon, en niet omdat hij zowel lessen moet geven als lessen voorbereiden.

** Bij dat alles zou ik vergeten dat Pelleriaux nog andere spectaculaire ideeën heeft. ‘We lopen veel te veel talent mis,’ zegt hij, ‘omdat almaar meer jongeren naar de universiteit gaan. Een goede evolutie, mar we gebruiken die universitairen enkel in de laatste twee jaar van het middelbaar. Dat kunnen we oplossen door een universitaire opleiding voor leerkrachten lager onderwijs te maken. Dat is technisch niet zo heel moeilijk.’

** Nee, technisch is dat niet moeilijk, dat is waar. Er zijn landen waar zo’n regeling bestaat. Maar de leerstof van het lager onderwijs vraagt werkelijk geen doorgedreven wetenschappelijke kennis. Je kunt een uitstekende meester of juf zijn, zonder dat je de theoretische aanleg hebt voor een academische opleiding. Moeten díe meesters en juffen met minder theoretische aanleg in de toekomst dan plaats maken voor academici, en zich verder dan maar toeleggen op het bijvullen van rekken in de supermarkt of in het bezorgen van pakjes? Of wil Pelleriaux, wat waarschijnlijker is, iets verzinnen die het niveau heeft van een professionele bacheloropleiding, maar de naam en de studieduur van een masteropleiding**? En gaat men dan het geld vinden om die meesters en juffen als masters te betalen? Of denkt Pelleriaux, zoals wel meer socialisten: ‘Money is no object.’


* Zie ook mijn stukje van gisteren: hier.

** Ik heb over die ‘educatieve masteropleiding’ al iets geschreven in een andere context: hier.

11 opmerkingen:

  1. Een vraag: ik heb de indruk dat veel leraars de opvatting hebben dat zij een 'uitzonderlijk' zwaar beroep hebben, en daarom recht hebben op pensioen van 57 jaar of zoiets. Is dat zo? Of is het enkel omdat onderwijspersoneel een machtspositie heeft (toekomst van onze kinderen e.d.) dat ze in staat zijn die voorwaarden af te dwingen?
    Alsof andere banen gemakkelijk zijn. Wat ik wel begrijp is dat dezelfde baan op de duur altijd lastig wordt. Maar waarom hoor ik dan dat leraars geen andere baan, bijvb in de schooladministratie voor enkele jaren, willen uitoefenen. Dat geeft wat afwisseling als je uitgekeken bent Zo gaat dat op veel plaatsen (het beroemde acroniem van IBM - I've Been Moved - zij praktiseerden dat al in de jaren '80). Het geheel pakket van leraar lijkt mij niet onaantrekkelijk, maar tegen je zin werken is altijd een strijd.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Dat idee van recht op pensioen is vooral ontstaan omdat de gewoonte nu eenmaal bestond. In sommige gevallen bestond zelfs pensioen vanaf 48 jaar. Dat is geleidelijk aan afgeschaft (terecht) en ik heb de indruk dat men zich mentaal heeft aangepast aan de nieuwe regels.
      Ik weet niet of er zoveel klachten zijn over te weinig afwisseling. Zelf heb ik lesgeven altijd zeer afwisselend gevonden. In het beste (slechtste) geval gaf ik drie keer dezelfde les per jaar. Dat is nog altijd meer afwisseling dan in de meeste administratieve functies. Er zijn wel leerkrachten die op een bepaald moment liever overschakelen naar een administratieve functie, maar de meesten geven gewoon graag les (met voorbereiden, lesmateriaal ontwikkelen en toetsen opstellen erbij).

      Verwijderen
    2. Toen ik assistent was aan de univ (lang geleden), moest ik elke les vier keer geven. In totaal was dat dus 4x2 = 8 uur les per week. Ik vond dat prima. Er was natuurlijk de afwisseling met het wetenschappelijk onderzoek. Wat de lessen betrof, was de derde opvoering meestal de beste. De première was wat onwennig sukkelen. Je kan voorbereiden wat je wil, in praktijk loopt alles net iets anders. De tweede versie ging al veel vlotter. Bij de derde stond alles mooi op punt, de vierde les was de les te veel, maar dat was niet zo erg.

      Verwijderen
  2. IBM staat natuurlijk voor International Business Machines, maar zij hadden een systeem van job-rotatie om de spirit er wat in te houden. Vandaar... I've Been Moved...

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Hadden. En "systeem" is een groot woord.

      IBM, en de privé in het algemeen, moeten niet overroepen worden als goede voorbeelden waar de overheid nog van kan leren. Veel van de onzin die Pelleriaux en gelijkaardige types uitslaan komt trouwens uit de privé. Ja, ook dat simplistisch opsplitsen van taken en het heilige geloof in coachen en papieren processen en de hang naar overrapportering.

      Verwijderen
    2. Wel misschien "hebben" ze het nog. Ik druk me gewoon voorzichtig uit. Dat mag zonder daar een zure reactie voor te krijgen hoop ik?
      En het werd "systematisch" gedaan, niet noodzakelijk voor iedereen.
      Heb zelf ervaring van internationale organisatie, rotatie om de 5 jaar was de regel voor gevoelige functies.
      De private sector moet niet overroepen worden als voorbeeld voor de overheid. Tja. De private sector gaat failliet als ze niet voldoende goed werkt. De overheid niet.
      Frustatie? Inhoud overtuigt meer.

      Verwijderen
    3. Het is niet omdat iemand het niet met je eens is dat je dat als een zure reactie moet wegzetten... en dan die hint van frustratie... ik denk dat die eerder bij jou zit.

      En bespaar me dat simplisme over de privé die failliet gaat als ze niet voldoende goed werkt. De werkelijkheid is veel complexer. Iemand die ervaring heeft met internationale organisaties zou beter moetne weten. Trouwens, Wie zegt dat ik die niet heb? :-p Of misschien goed op de hoogte van het reilen & zeilen binnen bvb. IBM. Na de jaren 80, dat geeft ik toe.

      Maar ok, hier is mijn kernstelling: de overheid heeft de afgelopen decennia veel management technieken uit de privé overgenomen die daar eigenlijk ook niet goed werken (oa. onder de vlag van "new public management", maar het is een kwestie van tijd voor ook een recenter modeverschijnsel als "agile" zal opduiken). In de privé blijft dat mislukken meer binnenskamers omdat bedrijven minder transparant werken en veel minder verantwoording moeten afleggen aan de buitenwereld.

      We leven allang niet meer in de karikaturale overheid vs privé wereld waar links-rechts keyboard warriors graag over doorbomen. De overheid die we vandaag hebben is mee gevormd door ideeen uit de wereld van het bedrijfsmanagement en liberale marktdenken. Je kan dat oed of slecht vinden en dat kan per idee verschillen, maar het lijkt mij duidelijk dat de resultaten er niet altijd zijn.

      Verwijderen
    4. Oei, Oei.
      We gaan deze mooie blog niet verder bevuilen.

      Verwijderen
    5. Onnozele pipo :-)

      Geen argumenten, niet in staat tot een echte discussie, maar wel zo vol van jezelf dat je absoluut het laatste woord wil en dan maar zo'n kakberichtje post. Zo hoeft het voor mij inderdaad ook niet.

      Verwijderen
    6. Sorry Gavroche. Wat een gebrek aan beschaving.
      Misschien hebben de leraars hier tekort geschoten, om terug op het onderwerp van de blog te komen.

      Verwijderen
  3. Versnippering van opdrachten, voortdurend afvinken van doelstellingen, ronddwalende specialisten elk met hun eigen eisen voor de leerkracht om hun eigen noodzakelijkheid te bewijzen, verwachtingen van ouders die helemaal niet onderwijs gerelateerd zijn (zindelijkheidstraining, ochtend- middag- en avondopvang...), een eindeloze planlast... Mocht de taak van de leerkracht herleid worden tot de essentie: les geven, oudercontact, overleg met CLB, maandelijkse personeelsvergadering, dan zou de uitstroom van gedegen leerkrachten vermoedelijk wel sterk verminderen. Helaas directeurs voelen dermate veel externe druk (inspectie, begeleiding, nascholers, veiligheids- en preventieadviseurs, voedselinspectie) dat ze die druk (onbewust) overdragen op hun team. In mijn lange onderwijsloopbaan (16 jaar onderwijzer, 25 jaar directeur) liet ik me niet onderdrukken. Ik durfde het aan om al die druktemakers op hun plaats te zetten, met alleen maar positieve gevolgen: goede individuele inspectieverslagen, goede doorlichtingen en vooral een zeer dankbaar terugblikken op de goede samenwerking met het team, de leerlingen de ouders.

    BeantwoordenVerwijderen