In mijn stukje van gisteren nam ik de vrijheid om mezelf vrij te pleiten van medeplichtigheid aan de koloniale misdaden van mijn land. Zo’n medeplichtigheid is alleen geloofwaardig als de collectieve schuld van de Belgen overerfbaar zou zijn van geslacht tot geslacht. Dat is te gek voor woorden. Maar ook zonder overerfbaarheid is collectieve schuld een heel dubieus begrip en minstens strijdig met mijn – zoals de filosoof Michael Sandel dat afkeurend noemt – ‘moreel individualisme’. Laat mij een voorbeeld geven dat de woke-gezinde medemens gemakkelijk zal begrijpen.
Als er in naam van de erbarmende Barmhartige in Madrid, Parijs of Brussel een aanslag wordt gepleegd, is het hoogst immoreel om daar de hele moslimgemeenschap verantwoordelijk voor te stellen. Die gemeenschap moet ook geen schadevergoeding betalen, noch op een andere manier gestraft worden. Ja, de politie zal op treinen, luchthavens en andere publieke plaatsen overgaan tot striktere controles en daarbij wellicht meer aandacht besteden aan jongere mannen die er moslimachtig uitzien, maar als dat netjes gebeurt, is dat geen straf. Wanneer ik op trein of tram gecontroleerd word, vind ik dat vervelend, ook als het netjes gebeurt, maar ik heb mij nog nooit gestraft gevoeld. Mocht nu blijken dat oudere blanke mannen statistisch meer zwartrijden, ondanks de korting die ze als gepensioneerde genieten, dan wil ik gerust bij iedere rit als eerste gecontroleerd worden. Dat is geen straf. Een straf, dat wil zeggen een boete, verdien ik slechts als ik mij uit moedwil of vergeetachtigheid géén vervoerbewijs heb aangeschaft, of dat vervoerbewijs uit slordigheid ben kwijtgeraakt. Dán is het mijn verantwoordelijkheid, ook als is vergeetachtigheid een erkend ouderdomsverschijnsel, en probeer ik al heel mijn leven iets te doen aan mijn slordigheid.
Het is bij terreuraanslagen heel ongepast, vind ik, om van de hele moslimgemeenschap ‘verontschuldigingen’ te eisen. Wel kan men in zo’n geval, tot nut van die gemeenschap zelf, vragen om ondubbelzinnige veroordelingen. Dat is heel iets anders dan verontschuldigingen. Verontschuldigingen zijn in die context zelfs verdacht. Een vriend van mij verbleef lange tijd in een Arabisch land. Naar aanleiding van de aanslag op Charlie Hebdo, kwam een moslimcollega zijn verontschuldigingen aanbieden. Dat vond mijn vriend raar. Er volgde een hele discussie. De moslimcollega vond die aanslagen vreselijk, schandalig, onaanvaardbaar. Hij zou alles doen om zoiets te verhinderen. Hij zou mensen die zo’n aanslag beraamden, wijzen op bepaalde verzen in de Koran. Zou hij ook naar de politie stappen, wou mijn vriend weten, om de aanslagplegers aan te brengen. Nee, dat niet. Het waren ten slotte gelovigen die beledigingen aan het adres van de profeet wilden wreken.
Kijk, ook in zo’n geval zou ik niet spreken van ‘collectieve schuld’. De moslimcollega van mijn vriend is minstens in gedachte enigszins medeplichtig, maar ook die medeplichtigheid is individueel. En zelfs als er veel moslims dezelfde houding aannemen, verandert dat de zaak niet. Dan is dat nog altijd geen collectieve schuld, maar de individuele verantwoordelijkheid van elk van die moslims. En of die zich nu verontschuldigen of niet voor die verantwoordelijkheid, dat houdt mij niet zo bezig. Ik vind weinig moois aan die verontschuldigingen, behalve dat ze wijzen op een zeker gebrek aan fanatisme. Dat is al iets.
De eerder vermelde Michael Sandel schijnt daar anders over te denken. Volgens hem zijn verontschuldigingen namens de eigen gemeenschap een bekrachtiging van de gehechtheid aan deze gemeenschap. ‘Je kunt je immers niet verontschuldigen voor iets waar je geen betrokkenheid bij voelt,’ zo vatte Kevin Absillis die redenering samen*. Heel goed. Maar waar voel je betrokkenheid bij en met wie? Bij al die leden van je gemeenschap die géén aanslag hebben gepleegd, of bij die enkelingen die het wel deden? Of bij degenen die aanslag betreuren maar zich toch voldoende medeplichtig opstellen dat ze in gedachte weigeren om naar de politie te stappen?
De epische Netflixfilm Athena vertelt het verhaal van drie broers in een Franse moslimgemeenschap. De ene is een drugsdealer, de tweede is een wraakzuchtige revolutionair, en de derde is een voorbeeldig geïntegreerde, rationeel handelende militair. Maar ook de voorbeeldige militair helpt uit solidariteitsgevoel een ondergedoken terrorist. Hij voelt zich immers lid van dezelfde gemeenschap als die terrorist. Je zou hem in die betekenis een collectivist kunnen noemen. Maar dat betekent niet dat ik dat collectivisme mooi moet vinden. Ik moet dat collectivisme niet overnemen om een collectivist te beoordelen. Het koekje-van-eigen-deeg-beginsel vind ik verwerpelijk, behalve in boeken en films.
Ik blijf, binnen de perken van het redelijke, het moreel individualisme aanhangen.
* Ik ken die Michael Sandel nur dem Namen nach. Ik heb niets van hem gelezen, maar zie hem wel eens geciteerd bij linkse ‘gemeenschapsdenkers’ als Paul Collier en Mark Elchardus. Déze verwijzing haal ik uit het stuk van Kevin Absillis in De Standaard van 18 oktober.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten