Longreads: als het ietsje (of veel) langer mag zijn

woensdag 6 december 2023

Tinne Van der Straeten, en andere kortjes


 Tinne Van der Straeten vs Zuhal Demir
     Ik heb van de week, tegen mijn gewoonte in, naar de 7de dag gekeken, met dat debat tussen Tinne Van der Straeten en Zuhal Demir. Inhoudelijk wil ik daar niet veel over kwijt. Van der Straeten was voorstander van windmolens, en daar heb ik geen verstand van. Demir was voorstander van kernenergie, en daar heb ik ook geen verstand van, maar dat belet niet dat ik er ook voorstander van ben*. Maar wat mij het meeste opviel was de manier waarop onze federale minister van Energie sprak. Als ze vroeger op de televisie kwam, legde ze een nadruk op elke vierde lettergreep, hoe ongelukkig die nadruk ook viel. Nu heeft ze waarschijnlijk lessen in welsprekendheid gekregen om die fout af te leren. Nu krijgen alle lettergrepen evenveel nadruk, dat wil zeggen geen. Ik kon amper volgen wat ze zei.

Lachen met politiek-correct links
     Mensen als ‘Mira Ornstein’ en ‘Ann Lesby’ plaatsten vaak grappige berichtjes op de sociale media waarin ze de draak steken met de politiek-correcte linkse medemens. @miraroodgroen schrijft dan dingen als: ‘Mijn nichtje Rosalie heeft al een mening over Israël en Gaza, maar krijgt nu bijles om die te kunnen onderbouwen.’ Of: ‘Op sommige dagen word ik wakker en dan denk ik: ik sta toch wel aan de moreel goede kant? Maar na de koffie weet ik altijd weer dat het goed zit met mij.’ Je herkent de naïviteit die ik, als ik goed gemutst ben, veeleer ontwapenend vind. Liever naïef dan grimmig. Maar hoe goed de satire ook is, ze moet onderdoen voor het origineel.
      Enkele voorbeelden - voor de herkomst van de citaten zie voetnoot**:

Och, als ik eenmaal uitgerangeerd en irrelevant ben, kan ik vast nog wel aan de slag bij Doorbraak.

‘Ik beschouw de oorlog in Oekraïne als een klimaatoorlog.’ 

‘Al dit verdriet (in Gaza) zal zijn weg naar het podium vinden. De cultuursector kan niet stil blijven bij wat er gebeurt.’ 

`‘Lize en ik delen iets. Een slachtofferschap. Dat zit in ons DNA, in onze miljoenen jaar oude cultuur van zusterschap.’ 

‘Het is pas toen ik in Nederland ging studeren dat ik echt met Zwarte Piet geconfronteerd werd. Ik was zo geschokt. Maar in die tijd, achttien jaar geleden, kon je daar geen vragen over stellen.’ 

‘Wie haar al bezig heeft gezien, weet dat de gezichten van kinderen in Gent en Brussel oplichten van blijdschap als Queen Nikkolah ergens binnenkomt.

Why we need anti-racist and feminist leadership on climate and energy. 

Het is natuurlijk allemaal veel grappiger als je die uitspraken onverwacht ergens tegenkomt.

Buruma / Wilders
     Het is leuk om de linkse verklaringen van het Wilders-effect voor een keer terug te vinden onder de pen van iemand waar je een beetje naar op kunt opkijken. Ian Buruma is zo iemand. ‘Tot niet zo lang geleden,’ schrijft hij (DS 3/10) ‘werden xenofobe figuren als politieke outsiders weggezet. Maar dat was voor veel boze burgers net hun attractie. Daarvan hebben Donald Trump in 2016, en nu Geert Wilders geprofiteerd. Maar dat kon alleen gebeuren door het cynisme van de ‘nette’ behoudende partijen. Bang voor het verlies van hun rechtse kiezers, begonnen zij de meest boze burgers naar de mond te praten.’
     De veronderstelling van het ‘cynisme’ heeft in een politieke context een zekere geloofwaardigheid. Maar ze is hier wel eenzijdig. Ze houdt er geen rekening mee dat die nette behoudende partijen misschien écht wel overtuigd zijn van de noodzaak om immigratie verder te beperken. En dat dat misschien zelfs het verstandigste beleid zou kunnen zijn. Buruma lijkt ervan uit te gaan dat de gedachte aan immigratiebeperking alleen kan opkomen in de geest van primitieve xenofoben.
     Er is een tweede reden om in de migratiestandpunten van de behoudende partijen niet alleen cynisme te zien. Cynisme in de politiek hoort in de eerste plaats, zo niet moreel, dan toch sluw te zijn. En nu is er onder de politicologen een grote meerderheid die keer op keer aantoont dat de behoudende partijen stemmen verliezen als ze de anti-immigratiestandpunten van radicaal-rechts overnemen. Weten de leiders van die behoudende partijen dat niet? Zijn ze dan echt zo dom dat ze met alle geweld stemmen willen verliezen? Dat is niet erg cynisch. Of hebben ze veeleer hun twijfels aan de politicologische wijsheden van de stuurlui aan wal? Dat kan ook.
    Scherpzinnig als hij is, legt Buruma wel de vinger op een andere zere plek. De antimigratiepolitiek van de behoudende partijen ‘bleef meestal bij woorden … maar daardoor werd de woede van de boze burgers alleen maar groter.’ Dat is natuurlijk de spijker op de kop, alhoewel niet helemaal op de kop. En wat is de verklaring van Buruma dat de antimigratiepolitiek meestal bij woorden bleef? Daarover schrijft hij: ‘De belangen van het bedrijfsleven gingen nog altijd voor.’
     Dat is alweer heel eenzijdig. Natuurlijk ziet het bedrijfsleven een zeker economisch voordeel in ‘goedkope arbeidskrachten’ die de een algemene druk op de lonen zetten. Maar dat verklaart niet de omzichtigheid waarmee de twee belangrijkste aders van immigratie worden behandeld: asiel en gezinsvereniging. Als de migratie niet via asiel of gezinshereniging verliep, zou een beleid kunnen worden gevoerd waar de bedrijven veel meer aan hebben. De redenen waarom amper aan asiel en gezinshereniging geraakt wordt, zijn andere: humanitaire idealen, politieke ideologieën, vastgeroeste internationale akkoorden, een extrapolatie van juridische procedures, precaire diplomatieke relaties met landen van herkomst, traagheid van Europese besluitvorming. Misschien vergeet ik er nog een paar.

Ignaas Devisch en de verschuiving
     Over de gerechtelijke uitspraak in de Klimaatzaak houdt Devisch zich op de vlakte (DS 5/12). ‘Rechtbanken worden verleid,’ schrijft hij, ‘zich niet alleen uit te spreken over de correcte toepassing van de wet, maar ook te oordelen over de rechtvaardigheid van de wet. Dat laatste was tot voor kort een taak van de politiek.’ Zijn commentaar daarbij is wel heel voorzichtig: ‘Dat toont aan dat een democratie geen blauwdruk heeft.’
     Hij had als moraalfilosoof toch ook kunnen zeggen dat hij tégen die nefaste verschuiving was. Toen Elchardus voorstelde om het terrein van de politiek uit te breiden ten koste van het juridische, had hij wel een mooi vertoogje klaar tegen
 die verschuiving.

Ignaas Devisch, Goed Bestuur en Groot Verhaal
     In plaats van het evidente domein van de wetgevende macht te verdedigen, begint Devisch halverwege zijn column over iets anders te praten: over de tegenstelling tussen het ‘taaie beleidswerk’, ook ‘goed bestuur’ genoemd, tegenover het ‘emotionele politiek spektakel’, met een verwijzing naar Omtzigt en Wilders als vertegenwoordigers van die twee verschillende werkwijzen. Ik geloof dat we met die tegenstelling niet erg ver zullen komen. Niemand is tegen goed bestuur, politiek spektakel is van alle tijden, en wie daar goed in is kan ook rond de slagzin ‘goed bestuur’ het nodige spektakel brengen.
     De kwestie die door radicaal-rechts (en ook bijvoorbeeld door de klimaatzaakmensen) op de agenda wordt geplaatst, is die van een verandering van koers. Er zijn een aantal beleidsdomeinen waar, in de ogen van velen, een andere richting moet worden ingeslagen. Goed bestuur kan al te gemakkelijk begrepen worden als het verderzetten van het bestaande beleid, maar dan efficiënter. 
     Er zijn veel terreinen waar goed bestuur onvoldoende is als antwoord. Een aantal voorbeelden: hogere of lagere normen voor onderwijs, toename of afname van het begrotingstekort, toename of afname van het defensiebudget, herfederaliseren of confederaliseren, handhaving of beperking van het asielrecht, afremmen, voortzetten of versnellen van de CO2-reductie, uitbreiding of inperking van de vrije mening, verhoging of verlaging van de belastingen.
     Dat zijn keuzes die meer te maken hebben het ‘Grote Verhaal’ dan met 
Goed Bestuur. Zo’n Groot Verhaal zorgt inderdaad voor meer spektakel en meer emotie. Ignaas Devisch betreurt dat, en ik ook. Dat is een reden om die grote keuzes rationeel te benaderen, niet om ze te verdoezelen in een Grijs Verhaal.

200 miljard
     Ik kwam vroeger bijna nooit op Twitter, en nu het X heet al helemaal niet meer. Maar soms zie ik zo’n X-berichtje verschijnen op Facebook. Een ervan luidde: ‘Vlaming erfde of kreeg 200 miljard euro in acht jaar tijd. Rijk worden omdat je ouders rijk zijn, is niet rechtvaardig.’ Nu wil ik een ding weten: wie is die Vlaming die 200 miljard kreeg? Namen, a.u.b.!

I did it My Way
     Jan ontdekt soms op eigen houtje mijn muziek, zoals bijvoorbeeld liedjes van Jan de Wilde. Of muziek van mijn vrouw, zoals laatst Frank Sinatra.  Hij had vorige week, zei hij, wel 60 keer geluisterd naar I did it My Way. ‘Ha,’ zei ik, ‘dat is het volkslied van de instinctieve libertariërs. Je zou eens moeten weten hoeveel bouwondernemers, verzekeringsmakelaars, restaurateurs en autoverkopers dat lied kiezen om op hun begrafenis af te spelen.’ ‘Dat zeggen mijn vrienden ook,’ antwoordde Jan, ‘maar het geeft je wel moed als je door een lastige week moet.’

Aanstootgevende posters.
     Ik heb lang gedacht dat er van de Amerikaanse schrijver John O’Hara slechts één roman in het Nederlands vertaald was: Afspraak in Samara. Dat was een vergissing. In 2010 bijvoorbeeld bracht de Arbeiderspers een vertaling op de markt van Butterfield 8, met een nawoord van Christophe Vekeman.
     Butterfield 8 is een roman uit 1935, die verfilmd werd in 1960, met Elizabeth Taylor in de hoofdrol. In de bioscoop van mijn ouders werd de Franstalige versie van de film vertoond: La Vénus au vison. Een vertegenwoordiger van de parochie kwam mijn vader vragen om de aanstootgevende reclame-posters voor de film te verwijderen.
     Ja, het waren barre tijden. De taboes waren allom. Je kon geen vragen stellen over Zwarte Piet. Je kon geen posters ophangen waarop, onder de
 vison, ook een combinaison zichtbaar was.
 



*Over kernenergie,  zie bijvoorbeeld mijn stukje hier.

** Herkomst van de citaten

Irrelevant - Rien Emmery, factchecker bij Knack, over econoom Ivan Van de Cloot. (De gedachte alleen dat dat Rien ooit irrelevant zou worden! Ik word er helemaal koud van.) 

 ‘Klimaatoorlog in Oekraïne’ -  SF-auteur Kim Stanley Robinson. (Kan een oorlog vandaag ook géén klimaatoorlog zijn? Ik vraag het voor een vriend)

‘Het verdriet van de cultuursector’ - KVS-directeur Michaël De Cock (De nazi-auteur Hans Johst zei ooit dat hij bij het woordje ‘cultuur’ naar zijn revolver greep. Ik heb geen revolver, maar bij het woordje ‘sector’ moet ik grinniken.)

‘Slachtofferschap en zusterschap in DNA.’ - Actrice en regisseur Veerle Baeten over Lize Spit (Men moet voorzichtig zijn met het figuurlijk gebruik van het letterwoord DNA, vooral als de letterlijke betekenis weer komt doorschemeren in de context van ‘miljoenen jaren’.) 

‘Geen vragen over Zwarte Piet’ - Laura Nsengiyuma alias Queen Nikkolah (Die taboesfeer aan de Nederlandse universiteiten in 2005! Welke vreselijke dingen zouden er niet gebeurd zijn als Laura het taboe toen wél had doorbroken! Misschien werd ze wel van de universiteit getrapt.)

‘Oplichten van blijdschap bij Queen Nikkolah’ - Veerle Beel, journaliste bij De Standaard. (Oplichten van blijdschap, dat is wat mijn gezicht doet als ik die mooie, oude uitdrukkingen van Zonneland terugvind in een volwassenenkrant anno 2023.)

‘Anti-racist and feminist leadership on energy’ -  Titel van een boek van  Jennie C. Stevens, gevonden op de website van RoSa. (Jenny C. Stevens is professor aan de Northeastern University en haar specialisaties zijn: Environment & Energy, Democracy & Governance, Gender & Sexuality. Grimmig of naïef? Ik twijfel. 


4 opmerkingen:

  1. In de korte inleiding buiten de betaalmuur lees ik:
    'Geert Wilders heeft Indische roots. Dat zou volgens Ian Buruma kunnen verklaren waarom hij zo islamofoob en nationalistisch is: hij wil er absoluut bij horen, dat maakt hem tot de extremist die hij is.'
    Zou dit, als het in een rechtse publicatie was verschenen, geen uitroep hebben veroorzaakt die met een f begint en voor de rest erg lijkt op 'pacifisme'?

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ik bedoelde r, geen f. Sorry!

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Absoluut. Dergelijke speculaties opperen, als terzijde, zou je inderdaad beter niet proberen in een rechtse publicatie. De speculatie - misschien heeft ze een zekere plausibiliteit - behoort overigens niet tot de kernargumentatie van Buruma, dus zeg ik er niets over. Ik heb niets tegen een beetje onbevangenheid, speculatie en een occasionele slag onder de gordel.

      Verwijderen
  3. Uitspraak (dictie) Demir: Zij heeft een herkenbare lokale tongval (Genk). Nogal wat Vlaamse politici hebben - spijtig - een lokale tongval. Ik vond in het voorbije gesprek in de 7de dag juist opvallend dat haar lokale tongval veel verminderd was en ze was goed verstaanbaar, wat altijd het geval is geweest, lokale tongval of niet.
    Ik kan me voorstellen als je weinig van de besproken onderwerpen kent, het allemaal snel gaat, maar aan haar uitspraak (dictie) lag het niet.

    Inhoudelijk was er weinig twijfel dat Tinne v.d. Straeten het moest afleggen, nog steeds ideologisch bezig en vruchteloos proberen zich eruit te praten (volgens Groen: vroeger was kernenergie slecht, nu is het goed, gascentrales moeten gebouwd worden met het doel ze af te bouwen, hoe windmolens etc de energievoorziening moeten recht houden, daar komt geen antwoord op, behalve het ideologische dogma dat het allemaal gaat werken). De kerncentrales sluiten was hetzelfde als je oude schoenen weggooien voordat je er nieuwe hebt, en niet weten of er geschikte nieuwe schoenen zijn.

    BeantwoordenVerwijderen