dinsdag 16 augustus 2016

♫ Deutschland, Deutschland über alles ♫

Links: Brecht - Rechts: Eisler
     Als je bij mij thuis aanbelt, is de kans klein dat ik opendoe met een schrobber of zwabber in de hand. Het lot van mijn vrouw is beklagenswaard. Maar soms wordt het schuldgevoel te groot, en zet ik mij eraan. En dan heb ik muziek nodig om mijn gemoed een beetje bij te sturen. Niet alle muziek is daar geschikt voor. Bachs motetten zijn te vrolijk, zijn cellosuites te somber, en er is geen sprake van dat ik de Goldbergvariaties zal bezoedelen door ze als achtergrondmuziek te gebruiken bij mijn schoonmaakklus.
     Wat dan wel? Ja – ik zal hier wel even en plein public mijn slechte smaak inzake populaire muziek etaleren! Morgen brengen, hoor! Maar ééntje wil ik wél openbaar maken: het wondermooie Duitse liedje Anmut sparet nicht noch Mühe. Vrij vertaald: Spaar geen gratie of geen moeite*. Daar kan ik vijf, zes, zeven keer na elkaar naar luisteren terwijl de vloer geschrobd of het water opgedweild wordt.
     ’t Is eigenlijk een soort alternatief volkslied dat Bert Brecht dichtte in 1950, als antwoord op de West-Duitse beslissing om Das Lied der Deutschen weer in ere te herstellen. Op de melodie van dat oude lied viel niet veel aan te merken. Die was van Papa Haydn zelf en ze kan moeiteloos de vergelijking doorstaan met die van andere volksliederen. Maar de tekst! Van die negentiende-eeuwse romantische bombast met veel ‘Recht’ en ‘Vrijheid’ en ‘Edelmoed’. Het minste wat we kunnen zeggen is dat Heinrich Hoffmann von Fallersleben zich eens flink heeft laten gaan toen hij die tekst neerschreef. En dan die eerste zin: Deutschland, Deutschland über Alles. We hebben gezien wat daarvan komt als zulke woorden te veel jaren na elkaar gezongen worden. En dat Deutschland wordt door Hoffmann ook nog eens ruim gedefinieerd: Von der Maas bis an die Memel.  Hélà, hola, niet de Maas hé!
     De tweede strofe tapt uit een ander vaatje. Deutsche Frauen, deutsche Treue, deutscher Wein und deutscher Sang. Zo kennen we ze, die Duitsers: een Oktoberfest met forse mannen, rooie koppen, vrouwen in schunnige bloesjes en hoge pullen bier als er toevallig geen wijn voorhanden is. Toen Adenauer in 1950 dus besliste om het oude lied weer  boven te halen, moesten die eerste twee strofen weg. Geen Wein, Weib und Gesang meer, en Hoffmanns plannen om het Maasgebied te veroveren werden ook begraven. En vóór alles moest dat Deutschland über alles weg. Zo bleef alleen de slaapverwekkende derde strofe nog staan, over ‘Eenheid’ en ‘Streven’ en ‘Recht.
     Daarmee waren de moeilijkheden niet van de baan. Een tekst op papier kun je schrappen; met een tekst in het collectieve geheugen gaat dat niet. Van zodra iemand de bekende melodie hoort, lichten de oude woorden weer op in zijn brein en gaat hij mompelen van Deutschland en van über alles.
     Zo kon het niet verder, vond Brecht. Hij schreef dus een anti-Hoffmanntekst**. Duitsland moest niet bóven de andere landen staan, maar ook niet ónder de andere. Dat is een mooie gedachte. Van mijn vader kreeg ik vaak te horen: ‘Denk niet dat ge meer zijt dan een ander, maar denk ook niet dat ge minder zijt dan een ander.’ Mijn vader legde de nadruk op het tweede deel van de zin, Brecht op het eerste – maar in grote lijnen is de boodschap dezelfde.
     Dit is de tekst.

Anmut sparet nicht noch Mühe
Leidenschaft nicht noch Verstand
Daß ein gutes Deutschland blühe
Wie ein andres gutes Land.

Daß die Völker nicht erbleichen
Wie vor einer Räuberin
Sondern ihre Hände reichen
Uns wie andern Völkern hin. 

                     
 Und nicht über und nicht unter
Andern Völkern wolln wir sein
Von der See bis zu den Alpen
Von der Oder bis zum Rhein.


Und weil wir dies Land verbessern
Lieben und beschirmen wir's
Und das Liebsten mag's uns scheinen
So wie andern Völkern ihrs.


     Brecht schreef zijn gedicht als een kinderlied, om door kinderen gezongen te worden, maar ook met geraffineerde onhandigheid, een beetje zoals een kind een gedicht zou schrijven, met woorden die het kent uit een boek (Anmut), gebrekkige woordvolgorde door rijmdwang (Anmut sparet nicht), naïeve woorden op een naïeve manier herhaald (gutes, gutes), spanning en sensatie (erbleichen vor einer Rauberin), kreupel rijm (wir’s – ihrs), halfzacht alle-kindjes-vriendjes-gedachtegoed (irhe Hände reichen) en met de dubieuze logica dat elk kind de beste papa en de beste mama ter wereld heeft, en het kind van de buren ook.
     Het mooiste, vind ik, is dat Brecht als eerste vaderlandse deugd de Anmut aanprijst. Ik ken niet alle volksliederen ter wereld – nu, met de Olympische spelen, heb ik op tv nog geen enkel volkslied gehoord – maar ik weet wel zeker dat die warme oproep tot gratie en bevalligheid een unicum in het genre is. En een beetje gratie en bevalligheid op zijn tijd kan geen kwaad – dat heb jij, lieve lezer, ook wel eens gedacht in de vertrek- of aankomsthal van een luchthaven.
     De muziek die bij het lied hoort is van Hanns Eisler**. Er bestaat een opname van de oude Eisler die zelf het lied zingt, met een klein, onvast stemmetje (hier).  Misschien had hij die dag wel iets gedronken, want zo anmutig was het leven niet in zijn geliefde communistische Oost-Duitsland. Daarnaast bestaan ook heel wat opnamen met kinderkoor zoals deze hier. Bij het schoonmaken wissel ik af tussen die twee uitvoeringen.

* Flor Vandekerckhove heeft mij gewezen  – zie de reactie hieronder  – op een wel erg onnauwkeurige Franse vertaling : ‘‘Le charme ne suffit pas, le travail est nécessaire’. Bijna het tegenovergestelde dus van wat Brecht schrijft.

** Na de Wende hebben een aantal ex-Oost-Duitsers – ex-communisten en ex-dissidenten – voorgesteld om het Brechtlied tot officieel volkslied van Duitsland te verklaren. Umsonst.

***Die Eisler, zou je kunnen zeggen, was vooral een componist van marsmuziek en cabaretdeuntjes. Maar ook daarin bestaat een verschil van klasse. Enige tijd geleden zag ik samen met Jan (18) een voorstelling van Moeder Courage – tekst van Brecht en muziek van Paul Dessau. Dat verliep allemaal prima. Maar halverwege het stuk was een nummer van Eisler toegevoegd. Dat daarmee plots in een hogere divisie werd gespeeld, dat had ook Jan begrepen.

8 opmerkingen:

  1. Ik zie dat de eerste versregels in ’t Frans vertaald worden als: ‘Le charme ne suffit pas, le travail est nécessaire/ La passion non plus, ik faut de la raison.’ Nu begrijp ik waarom er hier bij mij zoveel stof blijft liggen.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Potverdriedubbeltjes! Dat was mij niet opgevallen. Die vertaler moet een wel erg humorloze stalinist geweest zijn - of anders Fransonkundig.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Het Rhodesische 'volkslied' onder Smith was ook erg Europees, Duits of Beethoven getint. Die Ode werd wel in het Engels gebracht.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Deze reactie is verwijderd door de auteur.

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Voor bij de grote kuis (je vrouw zal alleen liever worden), de CD "Die Partei hat immer recht (eind Dokumentation in Lieder)" van Deutschland radio. na de val van de Muur te koop in Kaufhof aan Alexanderplatz. Ik heb 21 jaar in de BRD gewoond en wat Ostalgie helpt tegen de Westduitse cataract, want die bestond ook.

    BeantwoordenVerwijderen