vrijdag 9 augustus 2024

Humo en het antisemitisme


 Kan satire antisemitisch zijn?
     Ik heb gisteren al iets geschreven over de column van Brusselmans: alle gelegenheden zijn voor mij goed om het vrije woord te verdedigen, ook als het ‘misbruikt’ wordt. Karel van het Reve schreef ooit dat de verdediging van het vrije woord berust op de weigering om een onderscheid te maken tussen het ‘gebruik’ en het ‘misbruik’ ervan. Hij had, zoals zo vaak, gelijk. Maar dat de wetgever en de rechter dat onderscheid niet mogen maken, betekent niet dat
 ik dat onderscheid niet mag maken. En de antisemitische oprisping van Brusselmans vind ik ‘misbruik’.
 
     De hoofdredactie van Humo blijft, ondanks de ophef, de controversiële column verdedigen*. Ik citeer even:

Voor wie de volledige column leest, is het overduidelijk dat Herman de zinnen niet letterlijk bedoeld heeft … De uitspraken maken deel uit van een satirische column, niet van een journalistiek artikel of een interview . Daarom gelden er andere maatstaven bij het beoordelen van zo’n bijdrage … Bij satirische schrijvers zoals Herman Brusselmans moet het geschrevene vooral nooit honderd procent letterlijk genomen worden. Daarom is op de redactie niet ingegrepen in de tekst van onze columnist … Herman Brusselmans is een gevierd en gerespecteerd schrijver die in zijn vele boeken en teksten graag scheldt en schampert, gretig gebruikmakend van hyperbolen en schuttingtaal. Nog meer dan voor andere columns geldt dus voor de zijne dat ze met literaire en niet met journalistieke maatstaven beoordeeld moeten worden.

       Ik weet niet of de omschrijving van Brusselmans als ‘gevierd en gerespecteerd auteur’ als argument bedoeld is. Mocht het zo zijn, dan is het een zwak argument. Het is niet omdat je een auteur respecteert om zijn talent, dat je meteen ook zijn gedrag en zijn opvattingen respecteert.
      Beter is het argument dat je een literaire tekst met literaire maatstaven moet beoordelen, en niet met journalistieke (of morele). Maar het is ook niet verboden om die laatste erbij te betrekken. Voor literatuur komt daar nog iets bij. Men gaat ervan uit dat je de ‘verteller’ in een tekst niet zomaar mag gelijkstellen met de auteur van vlees en bloed die de tekst geschreven of getypt heeft. Dat is waar. Maar er is geen reden om aan te nemen dat een ‘verteller’ nooit en in geen enkel opzicht samenvalt met de auteur. Dat doet hij vaak wel.
     Ogenschijnlijk het sterkste argument van Humo is dat de tekst satirisch van aard is. Maar ook dat is niet te nemen of te laten. Satire is een heel breed begrip. Strikt genomen is satire een spottende kritiek op iets of iemand. Als leerlingen van mij op een mondeling examen een tekst als ‘satirisch’ omschreven, vroeg ik altijd waarmee er precies werd gespot. Voor de column van Brusselmans zou ik dat niet zo precies kunnen aanduiden.
      Het is bekend dat satire overdrijvingen gebruikt. Ook Humo verwijst naar de ‘hyperbolen’ van Brusselmans. Prima, maar hoe moeten we dat begrijpen? Brusselmans schrijft: ‘Ik word zo woedend dat ik iedere Jood die ik tegenkom een puntig mes los door de keel wil rammen.**’ Waar zit hier de overdrijving? Bedoelt hij dat hij die jood niet een puntig mes door de keel wil rammen, maar alleen met zijn vuist op diens gezicht wil slaan? Of dat hij bij het zien van een jood overvallen wordt woede en walg? En is dat om een of andere reden minder antisemitisch?
     Satire kan ‘nooit honderd procent letterlijk worden genomen,’ zegt de hoofdredactie van Humo. Dat is waar. Maar sommige satirische teksten moet je 90 procent letterlijk nemen, en andere 10 procent. Satire kan ironisch zijn, wat volgens Karel van het Reve 
– ik citeer hem nu eenmaal graag   betekent dat het ‘ernstigheidsteken’ is weggelaten. Maar satire kan ook sarcastisch zijn, en sarcasme is meestal heel ernstig gemeend, al moet je de betekenis van de woorden soms omdraaien. Wanneer Boudewijn de Groot zong van ‘Meneer de president, slaap zacht’, dan geloof ik dat hij zijn kritiek op de Amerikaanse president heel ernstig meende, en hem minstens voor de rest van zijn leven slapeloze nachten toewenste. Bij Brusselmans geloof ik niet dat je de betekenis van de woorden moet omdraaien, en dat hij eigenlijk iedere jood die hij tegenkomt wil omhelzen.
     Op zijn blog De Laatste Vuurtorenwachter brengt Flor Vandekerckhove een andere nuance aan. Hij verwijst op zijn beurt naar de satirische aard van de column, en vergelijkt satire met toogpraat. De tooghanger verliest zich niet in nuances, meent Vandekerckhove. Voor hem is, als het hem zo uitkomt, elke Duitser een nazi, elke pastoor een kinderverkrachter, en elke Jood een Palestijnenmoordenaar. De tooghanger zegt zulke dingen, en een satiricus die het niet zo nauw neemt met de regels van de literatuur schrijft wel eens zulke dingen. Hij zou dat eigenlijk niet mogen doen.
     Vandekerckhove wijst erop dat men meestal niet moeilijk doet over zulke veralgemeningen, behalve dan over die aangaande de Joden*** – vanwege de Holocaust. In elk geval kijkt de verstandige lezer door die veralgemeningen heen en ziet de boodschap: het is helemaal fout om nazi te zijn, om kinderen te verkrachten, en om Palestijnen te bombarderen.
     Mocht de boodschap van Brusselmans zijn dat het Israëlische leger bij zijn strijd tegen Hamas veel onschuldige burgers en kinderen doodt, zou hij niets anders zeggen dan wat we dagelijks in de krant lezen en op de televisie horen. Zijn gebruik van cijfers – honderden onschuldige burgers voor iedere Hamas-strijder – zal ik ook maar als een satirische stijlfiguur catalogeren. Maar het gaat bij Brusselmans niet om zijn boodschap, zijn politieke analyse of zijn cijfers, maar om zijn gevoel. Dat gevoel is, zoals ik het interpreteer, begrijpelijk, eerlijk en antisemitisch.
     Ik sta met die lezing niet alleen. Een lezer wees mij op het stuk van Eric Hulsens op DeWereldMorgen. Ik citeer nogmaals uitgebreid:

Wat openbaart de tekst van Brusselmans? Hij beschrijft de empathie, het medegevoel dat een “ik” heeft bij de beelden van een Palestijns jongetje dat om zijn moeder roept, die onder het puin ligt. De “ik” identificeert zich daarmee, beeldt zich in dat het om zijn eigen zoontje en zijn eigen geliefde gaat, en wordt woedend, zo agressief woedend dat hij elke Jood die hij tegenkomt wel een mes door de keel zou willen rammen. Die passage beschrijft een heel reëel fenomeen, en heel raak: het zien van het afslachten van Palestijnen in Gaza maakt veel mensen boos en agressief en dat is begrijpelijk en terecht. Die boosheid leidt tot agressieve fantasieën, die meteen ook elke nuance verstikken: de agressie kant zich gemakkelijk tegen alle Joden, waar ze je ook tegenkomt, en ze is moorddadig. Dat is natuurlijk een verkeerde veralgemening, niet elke Jood is medeplichtig aan de genocide in Gaza. Maar de opkomende woede werkt zo wel. Je hoort dat elke dag: “Wanneer wordt Tel Aviv nu eens platgebombardeerd?”  Of, erger: “Tja, Hitler heeft zijn werk niet kunnen afmaken hé…”

   Hulsens en ik kijken anders aan tegen het Israëlisch-Palestijns conflict, en ik zou de Gazaanse oorlog geenszins genocide noemen. Ook zou ik antisemitische gevoelens niet impliciet vergoelijken zoals hij doet. Maar zijn verklaring van die gevoelens lijkt mij veel waarheid te bevatten. Zijn zin ‘Opkomende woede werkt wel zo’ lijkt wel een echo van wat ik gisteren in mijn stukje schreef: ‘Zo zit empathie in elkaar.’ Ik verkeer weliswaar in andere kringen dan Hulsens want ik hoor niet elke dag de uitroep ‘Tja, Hitler heeft zijn werk niet kunnen afmaken.’ Maar dat het grote aantal burgerslachtoffers dat het Israëlische leger maakt, het emotionele antisemitisme aanwakkert is zeker waar. Al trapt de ene mens sneller in die val dan een andere. Een teveel aan empathie, sentimentalisme, eenzijdige informatie, anti-Westers victimisme en vroeger aanwezige vooroordelen over de onbetrouwbaarheid, de arrogantie en het egoïsme van de joden kunnen helpen.
     Karel van het Reve – driemaal is scheepsrecht – heeft er ooit op gewezen dat taboes aan mode onderhevig zijn. Velen schaamden zich niet, schreef Karel, om aan een psychiater toe te geven dat ze hun vader wilden vermoorden of dat ze seks wilden hebben met hun moeder, maar als ze toevallig met antisemitische gevoelens behept waren, hielden ze die liever verborgen. Vandaag hoeft dat niet meer. Antisemitisme is ‘begrijpelijk’ geworden.
     Maar begrijpen betekent niet goedkeuren. Ik begrijp Poetin, tot op zekere hoogte. Ik begrijp Hamas, tot op zekere hoogte. En op dezelfde manier begrijp ik antisemitisme en moslimhaat. Maar ik zou er niet te veel aan toegeven. Een  hoofdredacteur van Humo zou geloof ik geen stuk plaatsen waarin, na een aanslag, een satiricus schrijft dat hij iedere moslim een puntig mes in de keel wil rammen. Hij zou gelijk hebben, moreel en commercieel. Lezers zouden kunnen afhaken. Maar dat hij Brusselmans wel laat schrijven over het mes in de keel van iedere jood, zonder vrees om lezers te verliezen, het zegt iets over de herwonnen respectabiliteit van het antisemitisme – ik zou haast schrijven ‘het antisemitisme in maatpak’, maar dan denk ik aan de vestimentaire cultuur van de Palestina-manifestanten en van Brusselmans, en trek de uitdrukking weer in.
      Rik Torfs kan het soms mooi zeggen. ‘Wie vindt dat Herman Brusselmans niet gestraft moet worden en Jeff Hoeyberghs wel,’ schrijft hij,  ‘is even fout als wie het tegendeel zegt. Vrijheid van meningsuiting hoort er voor iedereen te zijn.’ Dus inderdaad, geen wetten, geen Unia, geen rechtbanken en geen straffen in deze zaak.  En vrijheid voor antisemitische satire. Als hoofdredacteur van Humo zou ik daar echter aan toevoegen: maar niet in mijn blad. 

 

* Mijn vorige stukje over de Brusselmans-affaire staat hier. De lezer vindt het standpunt van Humo hier. Ondertussen heeft het tijdschrift de bewuste column dan toch van haar website gehaald en zijn er verontschuldigingen gekomen.


** De context van het zin is belangrijk. Ik geef hier een langer citaat: 
‘Het Midden-Oosten zal exploderen, met malafide gevolgen voor de rest van de aardbol. En dat allemaal door een klein, dik, kaal Joodje dat de onheilspellende naam Bibi Netanyahu draagt, en dat er om welke reden ook voor wil zorgen dat de hele Arabische wereld wordt weggeveegd. Voor iedere Hamas- of Hezbollahstrijder die door dat Israëlische kutleger wordt omgelegd, worden er honderden onschuldige burgers gedood, en we kunnen niet anders dan blijven herhalen dat daar vele kinderen tussen zitten, en dat we ons hier, in het zogenaamd veilige Westen, niet kunnen voorstellen dat hetzelfde lot onze kinderen beschoren zou zijn.
Ik zie een beeld van een huilend en schreeuwend Palestijns jongetje dat helemaal buiten zinnen om z’n onder het puin liggende moeder roept, en ik beeld me in dat dat jongetje m’n eigen zoontje Roman is, en de moeder m’n eigen vriendin Lena, en ik word zo woedend dat ik iedere Jood die ik tegenkom een puntig mes los door de keel wil rammen.

Je moet er natuurlijk altijd bij denken: niet iedere Jood is een moorddadige rotzak, en om die gedachte vorm te geven maak ik me een voorstelling van een bejaarde Joodse man die door m’n eigen straat schuifelt (...) en ik heb medelijden met hem en krijg bijna tranen in de ogen, maar even later wens ik hem naar de hel.’ 


*** Het blogstuk van Flor Vandekerckhove staat hierVandekerckhove schrijft terecht dat we de veralgemeningen van Duitsers=nazis en pastoors=kinderverkrachters gemakkelijker aanvaarden dan die van de joden=Israëlische regering. Maar veel andere veralgemeningen worden ook heel moeilijk aanvaard: aangaande moslims, mensen van kleur, homoseksuelen en alle categorieën die beschermd worden door de nieuwe politiek-correcte code.

 

 

 

10 opmerkingen:

  1. Je moet mensen zoals Brusselmans volledig vrijlaten om te schrijven wat ze denken. Zo weet je wat voor klootzakken ze zijn. Groetjes, Marcus.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Citaat: "De satiricus verliest zich niet in nuances, meent Vandekerckhove. Hij schrijft, als het hem zo uitkomt, dat elke Duitser een nazi was, elke pastoor een kinderverkrachter, en elke jood een Palestijnenmoordenaar. "

    Dat is allemaal waar, maar dat was niet het punt van de kritiek op Brusselmans' stuk. Brusselmans schrijft letterlijk dat hij ELKE Jood wil vermoorden. Dat is het punt van kritiek.

    Hij mag dat gevoel hebben en dat tot uiting brengen. De volgende stap is expliciet anderen oproepen om elke Jood te vermoorden. En dat dan te vergoelijken met dat het satire is.

    Maar anderen kunnen dan satirisch wensen om de hele Brusselmans clan - elke Brusselmans (inclusief kinderen) - om te brengen. Satirisch natuurlijk. Elke Jood, elke Brusselmans.

    Moet men dat verbieden?
    - Daar ben ik niet uit, maar men zit hier in ieder geval op de grens van oproepen tot geweld en moord. En 'satire' is een interpretatie, d.w.z. iedereen kan dan om het even wat schrijven en zeggen dat het satire was, slechte satire is ook satire.

    - Oproepen tot moord, daar ben ik wel uit, vervolgen.

    Aangezien Brusselmans zijn slaatje slaat uit brute en harde taal (toegelaten), lijkt het me dat hij gewoonweg een koekje van eigen deeg moet krijgen.
    Beoordeling over zijn uitspraak dat elke Jood moet gedood worden: wettelijk technisch lijkt me dit geen oproep te zijn, maar een uiting van zijn gevoelens - hoogstens een verborgen oproep, zo bedoeld of niet doet niet terzake. Het gaat erom wat er zwart op wit staat.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Je bent het eens met Eric Hulsens, Philippe, als die schrijft: ‘Dat is natuurlijk een verkeerde veralgemening, niet elke Jood is medeplichtig aan de genocide in Gaza.’ Maar dan maak je Hulsens’ onterechte kwalificatie ‘genocide’ tot de jouwe…

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. De kwalificatie van het hoge aantal burgerslachtoffers als 'genocide' vind ik absurd, Marc, net als de algemene strekking van wat Hulsens schrijft. Ik ben het alleen eens met hem als hij schrijft sempathie een van de redenen is van het hedendaagse antisemitisme - dat Hulsens vergoelijkt, en ik niet. Ik geef een uitgebreid citaat omdat

      Verwijderen
    2. Tis ongeveer 1 per 1 de verhouding terrorist/burger. Ongelooflijk laag, ongelooflijk profesioneel. Als je dan nog het feit in beschouwing neemt dat zeker 70% van het gazavolk hamas-apologisten zijn....tis in ieder geval leuk te zien hoe gefrustreerd de antisemitische linkse meute is, dat ondanks hun toxisch gestook Israel lekker doet wat het moet doen. Rotthier was nu in knack aan het zeuren hoe de crazy squad-congressisten Bowman en Bush uit het toekomstige congres gewipt werden door AIPAC. Zie je wel, die smerige joden.

      Verwijderen
  4. De kwalificatie van het hoge aantal burgerslachtoffers als 'genocide' vind ik absurd, Marc, net als de algemene strekking van wat Hulsens schrijft. Ik ben het alleen eens met hem als hij schrijft dat empathie een van de redenen is van het hedendaagse antisemitisme - dat Hulsens vergoelijkt, en ik niet. Ik geef een uitgebreid citaat omdat ik de context wil meegeven.

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Mooi, maar het was me niet meteen duidelijk.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Ik verwijs graag naar wat Rowan Atkinson zei over vrije meninsuiting op X:
      https://x.com/andst7/status/1822316145698804079

      Verwijderen
  6. Ik denk het een en ander wanneer ik dit lees. Over het algemeen reageer ik niet wanneer mensen de Gazaanse oorlog geen genocide zouden noemen (ik kan ze aanraden om bv Anatomy of a genocide te lezen,.maar dat doen ze toch niet). Deze keer een reactie omwille van dit "Een teveel aan empathie, sentimentalisme, eenzijdige informatie,(...)" . Ik herinner me dat Philippe Clerick na 7/10 zéęr emotioneel was. Zodanig emotioneel en empathisch tov verkrachte Israėlische vrouwen dat iedere wraak op Palestina toegelaten was. Inmiddels is het alweer lang geleden dat bewezen is dat al die verkrachtingen verzonnnen waren. Er waren ook geen onthoofde baby's. Van de andere kant zijn er dan weer wel bewezen verhalen over gang tapes en onthoofde baby's. Selectieve empathie, cognitieve dissonantie? Of eenvoudigweg racisme? Kloppen doet het alleszons niet.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Heb ik toen geschreven dat 'iedere *wraak* op Palestina *toegelaten* was'? Dat zou mij verwonderen. Maar het zou inderdaad bewijzen dat zéér emotionele reacties en eenzijdige informatie tot racisme kunnen leiden. Over wraak las ik onlangs een interessant, al wat ouder stuk van Peter Singer. https://www.project-syndicate.org/commentary/hamas-attack-and-gaza-death-toll-unjustified-by-peter-singer-2024-01

      Verwijderen