woensdag 21 oktober 2020

Aan het hof


      Enkele dagen geleden werd de bastaarddochter van koning Albert II, prinses Delphine, ontvangen op het koninklijk paleis. Er bestaat zelfs een foto van om het te bewijzen. Die is niet gefotoshopt, mocht je dat soms denken, want anders had men in een moeite door de wallen onder de ogen van koning Filip wel wat verdoezeld. 
     In de kranten las ik dat het bezoek drie uur geduurd heeft, maar een aanvangs- of einduur heb ik niet teruggevonden. Ik zou dat graag kennen*. 
     Wat is het ideale uur om bij de koning aan te waaien? Wat het hof van Filip betreft, weet ik het niet, maar over het hof van Lodewijk XIV krijgen we nuttige informatie in een brief van markiezin de Sévigné. De ceremonie bij het opstaan, het ‘grand lever’, kan de markiezin niet aanraden. Heel veel bezoekers krijgen dan toegang krijgen tot de slaapkamer – nadat de nachtpot eerst weggehaald is tijdens het ‘petit lever’. Te druk, vindt de markiezin.  Dat vindt ze ook van de dagelijkse mis en het middagmaal.
     Wie het gedrang wil vermijden, loopt best ’s zaterdags aan, rond 3 uur. Iedereen die er toe doet is dan in de mooie paleiszaal. Je staat er niet dicht opeengepakt te zweten, je kan vrij rondlopen, er wordt gekaart, je kan tot bij de koning lopen en een complimentje krijgen (‘alsof ik nog mooi en jong was,’ schrijft de markiezin), je kan met de koningin babbelen over haar jicht, en met de officiële minnares van de koning over haar zere knie. Die laatste was daarvoor naar een kuuroord gegaan en in plaats van één zere knie had ze er nu twee. 
     ‘Deze aangename mengeling van hovelingen,’ zo luidt het in de vertaling van Ben Rekers, ‘duurt van drie uur tot zes uur. Altijd is er wel een muziekje. Ten slotte wordt op het uur dat ik je genoemd heb, het kaartspel gestaakt; men neemt dan de moeite niet om de winst te tellen. Men stapt in de koetsen. Dan gaat men met gondels het water op en daar wordt ook weer muziek bij gemaakt. Om tien uur komt men terug en is er toneel; om twaalf uur is er een middernachtelijk maal.’
     Zou dat aan het hof van koning Filip ook zo toegaan? Of heeft Talleyrand gelijk toen hij zei: ‘Qui n’a pas connu les années qui ont précédé la Révolution ne sait pas ce que c’est que la douceur de vivre.’

* Zekere Mariena Dewulf merkt op dat er sprake was van een lunch, waarvan het aanvangsuur gebruikelijk tussen half één en één ligt. Goed opgemerkt. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten