Kerstoverpeinzing 2024
Naar mijn aanvoelen kan Jezus nooit op een woensdag geboren zijn.
Bart De Pauw
Op x.com plaatst Bart De Pauw een boodschap dat hij zijn kerstcadeau al heeft ontvangen nu zijn aangekondigde zaalshows op één-twee-drie uitverkocht waren. Daaronder staat een Contentwaarschuwing: ‘Het volgende bevat mogelijk gevoelige content.’ Daaronder staat een knop Weergeven, voor lezers die niet bangelijk zijn aangelegd en het er toch op willen wagen. Na enige aarzelen heb ik op de knop geklikt. Wat verscheen was een reeks van plaatsen en data die aangeven waar en wanneer de shows De Pauw zullen plaatsvinden, met per voorstelling de vermelding of er nog tickets beschikbaar waren. (Zie onderaan)
Klimaatkoppen
Stukken in de krant die over het klimaat gaan, laat ik meestal ongelezen. Om die fout goed te maken, blijf ik dan wat langer mijmeren bij de kop van het stuk. In De Standaard zag ik in zo’n kop de woorden van een hedendaags succesauteur weergegeven: ‘Ik begrijp niet dat niet iederéén over klimaatverandering schrijft.’ Eerlijk gezegd, begrijpen doe ik het ook niet, maar ik stel het wel vast. Zo waren er in de jaren 50 ook schrijvers die niet over de nucleaire dreiging schreven.
In een recente Knack heette het dan weer: ‘Meeste wetenchappers zijn het erover eens: het worstcasescenario is afgewend.’ Ja, dacht ik, de meeste wetenschappers. Moet ik mij nu gerustgesteld voelen? En wat denkt Nick Balthazar daarover?
De wasmachine van Melissa Depraetere
De West-Vlaamse politica Melissa Depraetere wil kortingsbonnen van 250 euro uitdelen aan de lage-inkomensgezinnen waarmee die een energiezuinige wasmachine of koelkast kunnen kopen. Naast alle andere bezwaren, lijkt mij dat onrechtvaardig tegenover de lage-inkomensgezinnen die nog maar pas zo’n apparaat hebben gekocht, net vóór de kortingsbon werd ingevoerd.
Paul Murray en het neoliberalisme
Paul Murray, de Ierse auteur van De bijensteek – een boek dat opgenomen is in veel eindejaarslijstjes – gaf een maand geleden een interview aan De Standaard der Letteren. Hij lijkt mij een gedreven man met een lichte neiging tot flagelantisme. ‘Ik ben een witte, vijftigjarige man – niet noodzakelijk een stem die mensen nu willen horen.’ Maar hij vertelt ook honderduit over de Griekse tragedie, Shakespeare, Oscar Wilde, en over Thomas Pynchons Gravity’s Rainbow, dat hij twee maal gelezen heeft. Hij heeft het nog altijd niet helemaal begrepen, ‘maar, zegt Murray, begrijpen wordt overschat.’ Ik ben blij dat ik het nu eens van iemand anders hoor.
Murray heeft een sombere kijk op de geschiedenis van Ierland. Die bestond achtereenvolgens uit kolonisering, katholieke verstikking, armoede en werkloosheid, en ten slotte neoliberalisme. De nadelen van de eerste drie zijn mij bekend. Maar wat zijn de nadelen van dat neoliberalisme? Murray somt op: (1) Ierland werd heel rijk; (2) iedereen kocht een auto; (3) autoverkopers werden miljonair; en (4) in 2008 werd de auto-industrie hard getroffen door de economische crisis. Dan vind ik die kolonisering, verstikking en endemische werkloosheid toch erger.
Slobodan Snajder en de planeconomie
Een andere beroemde auteur is Slobodan Snajder die naar verluidt episch schrijft over zijn geboorteland Joegoslavië. Ook hij werd geïnterviewd voor De Standaard der Letteren. Snajder is een Oostblok soixante-huitard, die meedeed aan de protesten tegen de Tito-dictatuur. Nu vindt hij dat de mensen onder het Tito-communisme gelukkiger waren dan onder de huidige regering. Die bestaat immers uit dieven die zich miljoenen overheidsgeld toeëigenen. Snajder gelooft dat de toekomst in een of andere vorm van socialisme ligt.
Het concept van oneindige economische groei heeft gefaald, maar het kapitalisme blijft erop hameren. We worden nu geconfronteerd met de uitputting van de hulpbronnen in die ene wereld die we hebben. We moeten het zien te regelen. Hoe? Het antwoord is zo ouderwets dat ik me er bijna voor schaam: planeconomie. Laten we eerlijk verdelen wat we hebben.
Snaider brengt hier vier dingen met elkaar in verband: groei, uitputting der grondstoffen, eerlijke verdeling en centrale planning. Maar dat verband is niet altijd zo vanzelfsprekend. Zo kan juist een geplande economie heel veel grondstoffen verspillen zonder dat er veel groei uit voortkomt. De hele economische geschiedenis van de Sovjetunie is daar een mooi voorbeeld van. Onze overheid, met Tinne Vanderstraten, heeft een plan uitgewerkt voor een groot energie-eiland. De kost was eerst op twee miljard geraamd, maar zou nu al zeven miljard bedragen – en dat bedrag zal ongetwijfeld nog stijgen. Je kunt je dan de vraag stellen of hier niet meer grondstoffen zullen worden verspild dan er, tussen twee periodes van Dunkelflaute in, aan energie zal worden gewonnen.
Honderd jaar eenzaamheid
Sommige kijkers storen zich aan het discrete gebruik van een vertelstem in de televisiebewerking van Honderd jaar eenzaamheid. ‘Dat is geen cinema.’ ‘Show, don’t tell’. Ik heb dat helemaal niet. Ik hou van vertelstemmen in films. In slechts een van de talrijke versies van Blade Runner wordt een vertelstem gebruikt. Ik vind dat de beste. Trouwens, in Honderd jaar eenzaamheid heeft men volgens mij de vertelstem alleen gebruikt om de openingszin van Marquez te kunnen hergebruiken.
BDW
Ik heb de film BDW in de zaal gezien. Het publiek leek mij niet uit de reguliere cinefielen te bestaan. Paul Jambers liet Bart De Wever van een andere kant zien. Meestal mag De Wever voor de camera’s spreken over politiek, iets waar hij goed in is. Paul Jambers wilde De Wever laten spreken over zijn gevoelens, iets waar hij slecht in is. Twee keer dacht ik: hé. De eerste keer was toen hij zijn verontwaardiging uitsprak over de manier waarop Jan Jambon werd afgeschilderd in de pers. Ik herkende dat gevoel, want ik had dat ook. Het tweede gevoel had te maken met de talrijke haatboodschappen die hij kreeg van Vlaams Belangers. ‘Dat raakt mij diep,’ zei De Wever. ‘Ik kom uit dat milieu.’
Conclave
In Conclave speelt Ralph Fiennes een van de beste rollen uit zijn carrière in een voor de rest verzorgde, onderhoudende, maar oerdomme film. Dat oerdomme zit niet zozeer in de voorspelbaarheid én ongeloofwaardigheid van de ontknoping, maar in de toon die er niet in slaagt politieke analyse, humor, en elementen uit het detectivegenre op een geloofwaardige manier samen te brengen.
Flying to the Moon
In de jaren 30 van vorige eeuw warden aan de lopende band goede komedies gemaakt, terwijl ze vandaag, ondanks de overvloed aan romcoms few and far between zijn. We kunnen allemaal enkele uitzonderingen opsommen. Dit jaar behoort Flying to the Moon tot de uitzonderingen. Het is een aardig niemendalletje waar alles op zijn pootjes valt: van de zwarte kat die op het lanceerplatform rondloopt, tot de occasionele maar herhaalde vermelding van regisseur Stanley Kubrick.
Emilia Perez
De zang- en dansnummers in Emilia Perez zijn weinig spectaculair maar de film is er niet minder om. Ook zijn er twee uitzonderingen: het lied Aqui Estoy dat de midpoint scène uitmaakt, en de finale, met de zingende menigte die door de Mexicaanse straten trekt. Maar welk lied zong die menigte? Welk lied-welk lied-welk lied? Het was oorspronkelijk zeker geen Spaans lied. Misschien iets Engels? Of was het Duits? De scène was bijna afgelopen voor ik het antwoord wist*. Ik was zo verdwaald geraakt in de krochten van mijn geheugen, dat ik de scène opnieuw heb moeten afspelen.
Who by Fire
Een goedgekozen muziekje bij het einde van een film kan een emotionele dreun verkopen. Het hangt af van de timing en wat er aan dat muziekje voorafgaat. De film Golda eindigt met Leonard Cohens Who By Fire en ik had het lied nog nooit zó gehoord**. In de televisieserie Bad Sisters eindigt elke aflevering met hetzelfde lied, zij het in een bewerkte versie. Het doet mij niets. Ik spoel het onmiddellijk door.
* Een videofragment van de scène is nog niet voorhanden, maar een geluidsfragment kan men hier vinden.
** Mijn commentaar over Who by Fire zoals het lied gebruikt wordt in Golda staat hier.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten