Soms kom je jezelf tegen in de krant.
Ik las eerst een stuk van Joren Vermeersch (DS 16/7) waarin hij systematisch uitlegt dat de nieuwe Navo-norm ‘redelijk en haalbaar is’. Ik geloof dat ook, maar ik zou dat nooit durven schrijven. Hij haalt allemaal goede argumenten aan, bijvoorbeeld, dat we in de jaren 60 ook 3,5 procent van het bbp uitgaven aan defensie en toch een sensationele economische groei kenden. Of dat een overheveling van middelen van de sociale zekerheid naar defensie niet onmogelijk is aangezien België 22 procent van zijn bbp uitgeeft aan sociale bescherming, en dat in Nederland maar 16,2 procent is. ‘België staat binnen de EU bekend voor zijn massale overconsumptie van zijn uitkeringsstelsels,’ schrijft Vermeersch nog. Alweer: ik geloof dat ook, maar ik heb geen zin om dat te onderzoeken.
Maar dan lees ik de dag erop een antwoord van Matthias Somers, en dat is precies het soort tekst die ik wél zou durven schrijven. Somers pakt het aan zoals ik het zou aanpakken. Hij pakt het kleinschalig aan. Hij zoekt één zwakke plek in de redenering van Vermeersch en bijt zich daarin vast.
Wij zouden maar liefst een derde méér besteden aan pensioenen en gezondheidszorg dan onze noorderburen. Dat is een opmerkelijk verschil, toegegeven. Zo opmerkelijk dat het onwaarschijnlijk lijkt, en dat de eerste reflex moet zijn je af te vragen: klopt dat wel? Want ofwel moeten we dan ontzettend grote kwaliteitsverschillen vaststellen tussen het Nederlandse gezondheidszorgsysteem en het onze, ofwel is België heel spilziek, en kan het geen enkel probleem zijn duchtig te snoeien zonder dat we er veel van hoeven te merken.
Dit is heel goed opgemerkt. Somers is dan wel een wetenschappelijk medewerker bij denktank Minerva, maar hij gebruikt hier het soort lekenredenering dat ik ook graag gebruik. Hij legt verder uit dat het verschil tussen 22 procent in België en 16 procent in Nederland een boekhoudkundig verschil is. In Nederland wordt de gezondheidszorg meer geregeld via privé-verzekeringen en in België via overheidsgeld. De patiënt betaalt ongeveer evenveel maar het geld legt een andere weg af.
Somers heeft dus zonder meer gelijk als hij zegt dat er geen kloof van 6 procent van het bbp bestaat tussen wat Nederlanders en Belgen betalen aan sociale bescherming. Maar het nadeel van de kleinschalige aanpak van Somers en van mij is dat je de stelling van je tegenstander hoogstens een speldenprik toebrengt. Goed, het verschil is dus geen 6 procent van het bbp. Maar het moet ook helemaal geen 6 procent zijn. Misschien verklaart een efficiënte en sobere inzet van Nederlandse middelen wel degelijk een verschil van 1 of 2 procent.
België geeft nu 1,3 procent van het budget uit aan defensie en dat moet 3,5 procent worden. We zoeken dus naar een verschil van 2,2 procent. Misschien zit dat verschil wel waar Vermeersch denkt dat het zit. Of misschien ook niet. Dat wordt dan een veel technischer discussie. En als het technisch wordt, maakt een leek als ik zich uit de voeten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten