De bungeesprong van Bart De Wever
Een medewerker van De Standaard liet mij een filmpje zien van de bungeesprong van Bart De Wever. ‘Ongelooflijk. Heb je gezien hoe diep het daar is?’ Maar dan lees ik in de commentaar in dezelfde Standaard dat De Wever in plaats van over zijn bungeesprong beter iets over Gaza op de sociale media zou plaatsen, zoals Rousseau en Mahdi en Trump dat doen.
Als de enige communicatie Instagramposts over je bungeesprong en je bezoek aan de leeuwen en de krokodillen is, dan is dat niet alleen maar een politieke strategie, maar ook een provocatie.
Ik betwijfel niet dat Mahdi en Rousseau ook vanuit humanitaire bezorgdheid over Gaza communiceren, maar ik zie er toch ook wat ‘politieke strategie en provocatie’ in. Dat die politici aan populariteit willen winnen door iets van de daken te roepen dat goed ligt bij de publieke opinie, kun je hen niet kwalijk nemen. Ook weten ze dat ze De Wever in deze kwestie makkelijk tot een compromis zullen kunnen bewegen dat verder reikt dan wat hijzelf verstandig vindt. Hij zal N-VA geen tweede keer door een wisselmeerderheid rond een secundaire kwestie uit de regering laten drijven. Het gevaar schuilt ergens anders. Dat Rousseau en Mahdi door dat soort gemakkelijke ‘overwinningen’ ook op andere vlakken steeds maar brutaler worden totdat er geen huis mee te houden is.
(DS 9/8)
‘Gaza verdient een wisselmeerderheid’
De dagelijkse berichtgeving over partijstandpunten rond Gaza deden Paul Cordy op zijn FB-pagina besluiten dat ‘de pers aanstuurt ‘doelbewust bezig met de politieke spanning op te voeren in de hoop de regering De Wever te doen crashen.’ Dat is het soort intentieproces en dat wil ik meestal wil vermijden, maar ik begrijp wat Cordy bedoelt. Neem nu het hoofdartikel van Ruben Mooijman van enige tijd geleden (24/7). Hij schrijft uitdrukkelijk dat een crash van de regering ‘rampzalig’ zou zijn. Ook een slap compromis rond Gaza moet worden vermeden. Wat is dan de beste oplossing: ‘Als coalitiepartners het fundamenteel oneens zijn over een uiterst belangrijk dossier … is de democratisch zuivere oplossing ... een wisselmeerderheid.’
Ik zou het nooit in een hoofdartikel durven schrijven, maar in een bescheiden blog, vind ik, kan het: Gaza is voor België géén uiterst belangrijk dossier. Het is een uiterst belangrijk dossier voor de Gazanen, voor Israël, voor de Arabische landen, voor Iran, voor de USA en tot op zekere hoogte voor Europa. Het belang van het dossier hangt zeker af van de humanitaire kwestie, maar ook van wat je eraan kunt doen. Zo is voor ons land ook de oorlog in Soedan of de situatie van de Oeigoeren in China geen‘uiterst belangrijk dossier.’
En voor de zekerheid voeg ik eraan toe dat alle maatregelen die België kan nemen niet noodzakelijk alléén ‘symbolisch’ zijn, noch dat symbolische maatregelen geen énkel belang hebben.
David Grossman
Ik ben De Standaard dankbaar voor de publicatie van het interview met de Israëlische schrijver David Grossman. Het interview verscheen eerder in La Repubblica, en had als kop ‘A Gaza è genocidio, mi si spezza il cuore ma adesso devo dirlo.’ De Standaard vertaalt correct: ‘Het is een genocide, het breekt mijn hart maar ik moet het zeggen.’ De kop en een samenvatting van het artikel werden overgenomen door tal van buitenlandse kranten. De Neue Zürcher Zeitung merkte op dat de zin ‘Het is een genocide’ niet letterlijk in het interview voorkwam. Ik heb toen met Grok de Italiaanse zinnen opgevraagd waarin het woord ‘genocidio’ voorkwam en ik had de indruk dat de kop heel goed de essentiële gedachte van Grosmann weergaf. Ik heb nu het hele artikel gelezen, en ben van mening veranderd. Grossman gebruikt het woord ‘genocide’ weliswaar in een andere betekenis dan ik dat zou doen, maar het hele interview bevat eigenlijk weinig waar ik niet akkoord mee kan gaan.
Ik zou nu een heel lang, vervelend en nutteloos stuk kunnen schrijven waarom Grossman eigenlijk niet zegt : ‘Het is een genocide.’ Ik ga dat niet doen. Iedereen mag van mij beweren ‘Grossman zegt het ook.’
(DS 9/8)
‘Wie wegkijkt, is medeplichtig’
Ivo Victoria wijdde een column aan ons aller medeplichtigheid in de tragedie van Gaza. Hij weerlegt het gekende excuus dat alles wat we ‘doen’ alleen maar een symbolische waarde heeft:
Betogen, petities tekenen, geld storten: velen beweren wijsneuzig of gelaten dat het toch niets uithaalt. Maar het is niet (alleen) de vraag wat ze zelf kunt veranderen. De vraag is ook: wat voor mens ben je? Een harteloze lul (m/v/x) bijvoorbeeld, die ‘zin in vakantie’ antwoordt wanneer ze hem naar Gaza vragen?
Dat is een goede benadering. Wat is beter: een eerlijke harteloze lul of een hypocriete lul? Soms denk ik: het tweede. Veel van de mensen die iets ‘doen’ voor Gaza, of die zich ‘betrokken voelen’ zijn ideologisch gedreven. Maar anderen hebben echt wel humanitaire motieven. Dat daar hypocrisie bij komt kijken, ligt voor de hand. En dan? Alsof een beetje hypocrisie zo erg is. Hypocrisie ondermijnt de waarheidsliefde, maar bevordert de gezelligheid in de samenleving.
(DS 31/7)
Gaza: getuigenissen
Infectiologe Erika Vlieghe schreef een emotioneel stuk over de ellende in Gaza. Ze vertelt van haar bewondering voor collega-artsen die in Gaza proberen de nood te lenigen van mensen die zwaar verwond zijn door kogels, granaatscherven en instortende gebouwen. Ik deel die bewondering. Die mensen zijn helden. Dat wil niet zeggen dat ik álles geloof wat iédere arts vertelt. Ook een humanitaire held maakt niet altijd het onderscheid tussen wat hij gezien heeft en wat hij gehoord heeft. Misschien laat zich in zijn interpretatie leiden door vooroordelen. Ook kan hij bezwijken voor de verleiding om met het oog op de Goede Zaak de werkelijkheid te vertekenen. Misleidende propaganda kan voortkomen uit het nobelste idealisme.
Vlieghe heeft het voorbeeld van Nick Maynard,
‘een ervaren, oer-Britse chirurg uit Oxford – niet iemand die je verdenkt van overdrijvingen voor de bühne of propaganda. Op haast klinische wijze beschreef Maynard de schotwonden van argeloze Gazanen die bij hem werden binnengebracht. Op dag 1 waren ze allemaal in de armen geschoten, op dag 2 in de buik en op dag drie waren het jonge mannen, in de testikels geschoten – alsof het om een soort macaber spel van verveelde sluipschutters bleek te gaan.
Ik vind het moeilijk om die getuigenis te geloven. Ik geloof zonder enige moeite dat het Israëlisch leger bij de ordehandhaving rond voedselbedeling op de menigte schiet. Ik geloof ook zonder enige moeite dat daarbij, onder de tienduizenden toegestroomden tientallen onschuldige slachtoffers vallen. Ik acht het waarschijnlijk dat die chaos mee wordt uitgelokt door gangsters en Hamas-strijders. En ik acht het niet uitgesloten dat er zich onder de Israëlische soldaten regelrechte sadisten bevinden. Maar dat scenario van dag 1, dag 2 en dag 3 … Het kán natuurlijk, maar heel eerlijk, ik geloof het niet.
Gaza en de komkommertijd
In rechtse kringen heeft De Standaard een linkse reputatie. Dat is normaal. Als ik overvallen word door de drang om objectief te zijn, doe ik wel eens een poging om voor mijzelf na te gaan hoe gewettigd de rechtse ergernis is. Meestal kom ik dan tot een genuanceerde conclusie. Ik heb daar al een paar keer verslag van gedaan*. Nu heb ik echter de de kranten van de laatste 14 dagen nog eens doorbladerd, is mijn indruk was ongunstiger. Ik zie minutenlang met stijgende verbazing al die koppen voorbijkomen over Israël die meer de indruk gaven van een overtuigingscampagne dan van een zakelijke berichtgeving. Ik ga er hier even van uit dat die campagne niet ingegeven wordt door antisemitisme, maar door bekommernis om de humanitaire ramp in Gaza en door de linkse, tiersmondistische ideologie die al meer dan 50 jaar in de mode is.
Dat kranten campagne voeren voor een goede zaak, tegen een Grote Slechterik of een Kleine Satan, is geen nieuw verschijnsel. Ik hoorde eergisteren Geert Mak met gloed en enthousiasme vertelle, over al die getalenteerde journalisten die in de jaren dertig campagne voerden voor de New Deal. Er zullen tijden en landen geweest zijn waarin neutraliteit wat hoger aangeschreven stond, maar campagne voeren zit, vrees ik, in het DNA van het perswezen. Mijn krant voert campagne tegen Poetin, Trump en Netanyahu. Waarom niet? Als er tussendoor maar wat informatie wordt meegegeven die hopelijk niet te éénzijdig is geselecteerd.
Waarom was ik dan zo verbaasd? Het was geloof ik de hoeveelheid. De krant bestond dag na dag voor de helft uit human interest en voor de helft uit Gaza. Op de buitenlandpagina’s ging het over de oorlog, en op de binnenlandpagina’s over welke houding onze regering tegenover die oorlog moest aannemen. Dat heeft te maken, geloof ik, met de komkommertijd. Er is in de vakantie minder politiek nieuws dan gewoonlijk. En dan kiest men een onderwerp waarmee de krant zonder al te veel moeite kan worden gevuld, dat commercieel interessanter is dan de oorlog in Soedan, en waarbij de standpunten en de te gebruiken bronnen al lang vastliggen. Die stukken schrijven zichzelf.
* Zie mijn stukjes hier, hier, hier en hier.
Ik ben eigenlijk wel geinteresseerd in je analyse van het interview met David Gossman. Je hebt er schijnbaar al tijd in geinvesteerd. Het zou toch zonde zijn om dit dan niet te delen met 'de wereld'?
BeantwoordenVerwijderenIn essentie. Genocide heeft in de huidige discussie grof gezegd drie betekenissen: 1) een groot aantal (vermijdbare) slachtoffers door de schuld van Israël, 2) alleen de schuld van Israël, 3) als gevolg van de uitdrukkelijke bedoeling om veel Palestijnse burgers te vermoorden. In de controverse rond het woord draait het om de betekenis 2 en 3. Grossman gebruikt het woord in betekenis 1).
VerwijderenBetreft het stukje over David Grossman,
BeantwoordenVerwijderenen voor alle duidelijkheid:
U schrijft: "Ik heb nu het hele artikel gelezen, en ben van mening veranderd"... Bedoelt u dat werkelijk zo, of is er een woordje weggevallen, namelijk: "... en ben van mening NIET veranderd..." ?
Nee, ik ben van mening veranderd. Ik denk nu dat de nuances van Grossman niet tot hun recht komen in de kop (maar dat gebeurt nu eenmaal meer als je een korte kop wil maken). Genocide heeft grof gezegd drie betekenissen: 1) een groot aantal (vermijdbare) slachtoffers en door de schuld van Israël, 2) alleen de schuld van Israël, 3) met de uitdrukkelijke bedoeling om veel Palestijnse burgers te vermoorden. In de polemiek rond het woord draait het om de betekenis 2 en 3. Grossman gebruikt het woord in betekenis 1).
VerwijderenBedankt voor uw toelichting.
Verwijderen1/ Ik ga ermee akkoord dat Grossman het woord genocide gebruikt in de betekenis zoals door u aangegeven: een oorlogssituatie met "een groot aantal (vermijdbare) slachtoffers, (hier) door de schuld van Israël".
2/ [Het eventuele "intentionele aspect" wordt in de loop van het interview niet expliciet vermeld, en hij kan in die intentionaliteit blijkbaar niet geloven, het is hem al erg genoeg dat er schuld (al dan niet deels) bij Israël ligt.]
Te begrijpen.
3/ En inderdaad naargelang de betekenis die aan het begrip "geno-cide" wordt toegekend, impliceert ook de titel van het artikel AL DAN NIET dat "intentionele aspect".
Er is dus enige dubbelzinnigheid. U had dus gelijk het hele artikel te lezen. (Ikzelf beschik alleen over de vertaling in De Standaard)
4/ Ik wil er nog graag aan toevoegen dat m.i. naast een strikt grieks-latijns etymologische betekenis (die daarbij ook geen intentionaliteit impliceert) is het begrip "geno-cide" hier gangbaar in twee volgende betekenissen:
(1): Een juridische (die intentionalieit impliceert), en
(2): Een feitelijke die aansluit bij de etymologische betekenis [genos (kind, familie, geslacht, generatie) + caedere (doden)], maar eventuele intentionaliteit "niet expliciet impliceert"...
5/ U meldt dat de "Neue Züricher Zeitung" opmerkte dat de zin "Het is een genocide" niet letterlijk in het interview voorkwam. Dat lijkt me ook correct voor de versie van De Standaard (buiten in de titel, dus).
Grossman zegt wel:
"Jarenlang heb ik geweigerd het woord genocide te gebruiken. Maar nu moet ik het wel gebruiken,...
Maar dat woord dient voornamelijk voor het geven van een definitie of voor juridische doeleinden: ik wil daarentegen spreken als mens die in dit conflict is geboren...
Ik wil spreken als iemand die heeft gedaan wat in zijn vermogen lag om te voorkomen dat Israël een genocide-staat wordt genoemd (!).
En nu, met immens verdriet en een gebroken hart, moet ik constateren dat het vlak voor mijn ogen gebeurt..." (dus niet dat er een genocide is, maar "dat Israël een genocide-staat wordt genoemd")
David Grossman heeft dus een dubbel verdriet:
(1) Een verdriet over een pijnlijk gebeuren, waarbij ook Israël schuld draagt (er is wel schuld, maar geen intentionaliteit);
(2) Een verdriet over de reputatie van Israël
Moge zijn verdriet toch vruchtbaar zijn...
Voor de betrokken "Palestijnse" families maakt het natuurlijk geen zier uit of het nu een "juridische" genocide is, of alleen maar een "feitelijke" genocide... of god weet welk label men ook plakt op die afschuwelijke gebeurtenissen en triestige feiten...
VerwijderenAkkoord met alles wat u schrijft.
VerwijderenHet is oorlog in Gaza - wat een ramp is - maar geen genocide. Als het nodig is om Hamas met wortel en tak uit te drijven, dan ligt een drastische (helaas militaire) oplossing voor de hand. Met veel collateral dammage...Israël kan dat en moet dat. Dat wisten we al lang voor de fameuze 7 oktober-raid. Daarvoor hoorden we de wijsneuzen niets oreren. Net zoals nu over bvb. Afrikaanse toestanden in Soedan. Of de massale verdrukten in N-Korea. Of in Irak, Iran of Afganistan. Om over Oekraïne maar te zwijgen. Gratuite klaagzangen, zonder werkbare oplossingen. Alsof die plots zouden ontstaan door massale uiting van pronkerige verontwaardiging in een Pride Parade. Hoe naïef.
BeantwoordenVerwijderen