Toen ik in DS van 5 april een opiniestuk zag Vlaanderen wordt slaafs, niet onafhankelijk, dacht ik, met Witte Donderdag en de Hof van Olijven nog in het geheugen, ‘laat deze kelk aan mij voorbijgaan – dit stuk lees ik niet.’ Toen ik drie dagen later een repliek van Mia Doornaert zag – Hoe irritant zijn toch die betweters van links – dacht ik weer aan die kelk en aan de Hof van Olijven, en liet het stuk opnieuw ongelezen. Maar toen de dag daarop alweer, niet één, maar twee antwoorden op Doornaert de opiniepagina’s sierden, was mijn belangstelling gewekt. Ik heb toen maar beslist om de hele zwik toch te lezen.
Het eerste stuk – Vlaanderen wordt slaafs – is van Robrecht Vanderbeeken. Hij neemt nogal veel hooi op de vork: een economische analyse van de ontzuiling, een sociologische duiding van de emancipatiebetrachting, een summiere doorlichting van ethische verschuivingen door de generaties heen, en een requisitoir tegen N-VA.
Voor dat laatste gebruikt Vanderbeeken de bekende techniek van de ‘waslijst’, waarbij 14 aanklachten worden afgevuurd – en slechts één een beetje wordt uitgewerkt. Over enkele ervan (rechterlijk activisme, gemuilkorfde onderwijsinspecties, Dalilla Hermans en Ruth Lasters) heb ik vroeger al geschreven, en ik ben het in grote lijnen oneens met Vanderbeeken. Dat moet kunnen. Ook over de kwestie die hij wél uitwerkt, verschil ik van mening. Als ik het goed begrepen heb, heeft het Cultuurhuis Flagey een politiek samengestelde bestuursraad. Als dat dan toch zo is, dan vind ik, net als Jan Jambon, dat Vlaams Belang daar een zitje in mag hebben*. En de PVDA voor mijn part ook.
Op enkele punten is Vanderbeeken nogal onduidelijk. Hij maakt geen onderscheid tussen de oorspronkelijke emancipatiegolven en de excessieve woke-versie ervan, bijvoorbeeld als hij spreekt over ‘de strijd tegen het racisme en voor de dekolonisatie’. Die eerste strijd heeft een respectabele stamboom, die tweede – 60 jaar na de échte dekolonisatie – is een woke constructie. Omgekeerd schetst hij het verzet tegen de emancipatiegolven als een generatieconflict tussen ‘oudere volksmilieus’ en de rebelse ‘jongere generatie’. Maar de partijpolitieke reacties – van N-VA en VB – op woke haalt hij dan weer weg uit deze sociologische context. De enige context die hij bij die partijen ziet, is de drang om te ‘verknechten’ en te ‘muilkorven.’ Die visie vertrekt van een vooroordeel: de rechtse partijen kunnen nooit een emanatie zijn van volkse verzuchtingen; ze kunnen die verzuchtingen alleen misbruiken voor hun snode plannen.
Ook de conclusie van Vanderbeeken is eigenaardig. Hij predikt ‘verzet tegen het primaat van de politiek’ net nadat hij de kunstenaars dringend heeft afgeraden om ‘de politiek de rug toe te keren’. Moet de kunst nu politiek zijn of niet? Het antwoord van Vanderbeeken is geloof ik dat de kunst inderdaad aan politiek moet doen, maar alleen aan linkse politiek, aan ‘kritische’ politiek, en dat de rechtse politieke partijen in de bestuursraden dat maar moeten aanvaarden. Met dat laatste ga ik min of meer akkoord. De partijpolitiek moet zich niet te veel met kunst inlaten. In mijn ideale maatschappij moet ze die kunst zelfs helemaal loslaten en niet eens subsidiëren. Als ze dat niet meer doet, mogen al die partijpolitieke bestuursraden voorgoed worden opgedoekt.
Dan het antwoord van Mia Doornaert. Die beweert dat de cultuurwereld van vandaag ‘slaafs in de pas loopt van het linkse dogma,’ of, minder polemisch verwoord, dat in die cultuurwereld links nogal oververtegenwoordigd is. Ook beweert ze dat rechtse rakkers als Jambon lankmoedige stoïcijnen zijn die subsidies blijven uitdelen aan instellingen van wie ze alleen kritiek krijgen. Ik vermoed dat Doornaert gelijk heeft. Vanderbeeken kan dan wel 14 gevallen van ‘verknechting’ aandragen. Maar voor zover ik het kan bekijken wegen veel daarvan héél licht vergeleken met de 150 miljoen subsidies die jaarlijks worden toegekend, en waarvan er veel naar ‘kritische projecten’ gaan.
Verder haalt Doornaert er enkele andere zaken bij: de betweterij van links, Sartre en Camus, en de uitgeverij EPO die een boek van Vanderbeeken heeft uitgegeven. ‘Die uitgeverij,’ schrijft Doornaert, ‘is destijds opgericht door de Amada, de voorloper van de PVDA/PTB.’ Dat is natuurlijk de zuivere waarheid. Ik heb in de zomervakantie van 1972 nog in de kelder van de uitgeverij manueel exemplaren van een uit het Chinees vertaald boekje gelumbeckt. Het heette: Marxisme-leninisme of revisionisme - Nogmaals over de meningsverschillen tussen kameraad Togliatti en ons. De uitgeverij heette toen al EPO. Weinigen weten vandaag nog waar die letters vandaan komen. Ze komen van Education Prolétarienne – Proletarische opvoeding.
Maar 1972 is wel heel lang geleden. Toen mijn vrouw in de jaren 80 bij EPO werkte, was de uitgeverij al lang opgehouden met boekjes over kameraad Togliatti uit te geven, en ook daarna zijn EPO en de PVDA blijven evolueren. Ik begrijp dat een polemiste als Doornaert graag herinnert aan de banden die bestaan tussen EPO en de PVDA, en tussen de banden die bestaan hebben tussen de PVDA en het Noord-Koreaanse regime. Tenslotte worden extreem-rechtse partijen op basis van heel wat dunnere dossiers in verband gebracht met het nazisme. Maar de ketting Vanderbeeken–EPO–PVDA–Amada–Noord-Korea is wel erg lang. Ik ken nog auteurs die bij EPO hebben uitgegeven, en die nochtans weinig met Noord-Korea, met het communisme of zelfs met links te maken hebben.
Tot slot: het antwoord van Vanderbeeken op Doornaert. Dat is veruit het zwakste van de drie stukken. Hij verwijt Doornaert dat ze spreekt over een “woke-dictatuur”, terwijl dat woord, tussen aanhalingstekens, nergens in de tekst staat. ‘De strategie van anti-woke,’ schrijft Vanderbeeken, ‘is: de aandacht verleggen van de sociaal-economische machtsverhoudingen naar culturele tegenstellingen.’ Dat is een onzinnige aanklacht omdat woke er zelf mee begonnen is met die aandacht te verleggen. Daar zijn ook veel linksen het over eens. Bovendien staat Doornaert op sociaal-economisch vlak waar ze altijd heeft gestaan: centrumlinks, in die mate dat ik als ik haar lees wel eens liberale kriebels in de keel krijg.
Nu was Doornaert zelf inderdaad wat hard geweest toen ze Vanderbeeken een zelfgenoegzame, irritante betweter had genoemd, behept met een ‘onwankelbare zekerheid van het eigen gelijk.’ Ik vind dat ook allemaal maar ik schrijf het niet. En misschien had Doornaert moeten zwijgen over Noord-Korea. Maar wat Vanderbeeken daar allemaal op antwoordt! Doornaert wil ‘via stemmingmakerij rancune aanwakkeren … desinformatie als politiek wapen … chaos creëren … kortademige knallen die het debat overschreeuwen.’ En het mooiste is dat Mia en andere ‘anti-wokies’ volgens Vanderbeeken ‘de media overspoelen’.
Worden de media overspoeld door anti-wokies? Wordt De Standaard overspoeld door anti-wokies? Worden vrt en vtm overspoeld door anti-wokies? Ik betwijfel het. En is het alleen Doornaert die het debat overschreeuwt, beste heer Vanderbeeken?
* De rechtbank heeft geoordeeld dat Vlaams Belang volgens het Cultuurpact niet automatisch recht heeft op bestuursraadszitjes, of althans dat een klacht daaromtrent onontvankelijk was. Dan is dat zo. Maar is het billijk dat de andere partijen een concurrerende partij uitsluiten?
Het enige waardoor de media vandaag overspoeld worden is de "terugkeer" van Mateke Rousseau. Pasen. Hij is verrezen! Sla de publicaties van de Mediagroep open en bekijk of lees alles van de VRT: de Conner is er weer bij. Vanop een nederige plaats op de markt van Sint Niklaas zal hij als een hedendaagse versie van Sint Michiel de restanten van de de vroegere socialistische zuil redden uit de klauwen van VB & NVA. Alle hens aan dek dus om hem daarin bij te staan. Groetjes, Marcus.
BeantwoordenVerwijderenSchrijf je die naam nu opzettelijk een paar keer verkeerd?
BeantwoordenVerwijderenNatuurlijk niet. Mijn excuses. Ik heb de eigennamen nu een voor een gecontroleerd en verrast vastgesteld dat ik voortdurend wissel tussen 'vanderbeeken' en 'vanderbeeren'. Maar bij de onverwachte variant 'vanderbeelen' heb ik hard moeten lachen.
VerwijderenEn wie mag die "Verbeeren" dan wel zijn?
BeantwoordenVerwijderenIk veronderstel dat er een naam bestaat voor mijn afwijking. Ik pas het aan.
VerwijderenIk ben blij dat onze barones Mia hier wat voorspraak krijgt. Zij verwoordt in haar columns duidelijke en geargumenteerde ideeën en bedenkingen. Bovendien in een leesbare en onberispelijke taal. Ik ben het ook eens met u dat de kunst een absolute onafhankelijkheid moet nastreven tov de overheden. Anderzijds, overheid mag ook geen kunstenaar of zijn hersenspinsels recupereren. Dus weg met subsidies en politiek ingevulde beheerraden allerhande. De vrijheid die kunst moet en mag hebben strookt niet met politieke objectieven. Maar wie bepaalt dan welke kunstzinnige artefacten de muren van onze overheidsgebouwen mogen versieren?
BeantwoordenVerwijderenVoor die overheidsgebouwen heb ik ook geen sluitende oplossing. Het zal wel weer iets met commissies zijn, met alle nadelen van dien, maar is er een alternatief?
Verwijderen