Definitie van woke. In discussies over woke rijst soms de vraag naar een precieze definitie van het begrip. Daarvoor is men bij mij aan het verkeerde adres. Ik denk soms terug aan mijn leraar Stefaan Lievens die voor zijn ‘Inleiding tot de sociologie’ een half semester besteedde aan een vijftigtal verschillende definities van het vak. Zelf gebruikte ik in mijn literatuurlessen een soort ruwe werkdefinities (‘sciencefiction is literatuur over de toekomst’) om daarna meteen over te gaan tot een bespreking van kenmerken. ‘Maar’, zul je zeggen, ‘zonder precieze definitie kun je bijvoorbeeld niet discussiëren over de vraag of woke nu echt bestaat of niet, of over de vraag of woke gevaarlijk is.’ Ja, dat zijn inderdaad moeilijke discussies. Maar discussiëren over de ware betekenis van woke zal ook een moeilijke discussie zijn. Ondertussen maak ik mij zelf over de afbakening van het begrip niet veel zorgen. Behoort Black Live Matter tot de woke beweging? Een beetje wel, zeker? En ook een beetje niet.*
Mattias Desmet. Vrienden en vijanden van Mattias Desmet vinden het eigenaardig dat ik soms weerwoord bied aan aanvallen op de Gentse professor terwijl ik er niet veel voor voel om zijn boek te lezen. Dat heeft drie redenen. Een: ik hou van een ruime invulling van de academische vrijheid die historisch verbonden is met de vrije meningsuiting. Twee: ik mis in de aanvallen op Desmet te vaak een rustige redeneertrant, een zakelijke toon en een zorgvuldige formulering. Drie: zonder het te willen dramatiseren, heb ik zelf in de corona-tijd ook wel totalitaire trekjes zien opduiken.
Academische vrijheid. Voor de duidelijkheid: vrije meningsuiting hoort voor mij absoluut te zijn, academische vrijheid daarentegen moet door redelijke grenzen en tradities worden beperkt.
Lees het boek. Vrienden en vijanden van Desmet raden mij aan ‘om het boek zelf te lezen’ want dan zal ik ‘zelf kunnen vaststellen dat ….’ Over wát ik zal kunnen vaststellen lopen de versies uiteen. Iets soortgelijks is Karel van het Reve overkomen. Hij had een stuk geschreven over de ‘ondoorgrondelijke slechtheid van het opperwezen’, en hij kreeg van alle kanten leesadvies, van diepgaande theologische werken tot apocriefe evangelies. Terwijl Karel niet erg geïnteresseerd was in theologie en ik niet erg geïnteresseerd ben in speculatieve psychologie. Daar komt nog bij dat Desmet naar verluidt de kwestie van het ‘scientisme’ in de menswetenschappen behandelt. Die kwestie interesseert mij wel maar ik heb het al een poosje opgegeven om daar klaarheid in te krijgen. Om dezelfde reden lees ik ook niets over monetaire politiek.
Wetenschap en statistiek. Een groot deel van de menswetenschappen bouwt verder op statistiek. Als het over geneeskunde en gezondheid gaat zijn die statistieken vaak van een bedroevende kwaliteit. Bij Bill Bryson vond ik het volgende voorbeeld. ‘Volgens officiële bronnen … zouden de Amerikanen vijf keer meer kans hebben om te stikken onder het eten dan Britten.’ Ofwel zijn de Amerikanen heel wilde eters, ofwel hebben ze een andere fysiologie dan de Britten, ofwel zijn de statistieken verkeerd of minstens onvergelijkbaar. Ik gok op het laatste.
Geneeskunde en wetenschap. Ik ben een enthousiast aanhanger van de moderne ‘westerse’ geneeskunde: gespecialiseerde klinische diagnose, beeldvorming, big pharma, alles. Maar ik heb al enige tijd begrepen dat het geen exacte wetenschap is. Er is veel te veel statistiek en kansrekening mee gemoeid, en heel veel nieuwe literatuur vertrekt van een extreem klein aantal casussen. Het indrukwekkendste onderdeel van de geneeskunde is al sinds de oudheid de chirurgie. Je kunt geloof ik in het eerste het beste ziekenhuis een afgesneden vinger weer laten aannaaien en daarna werkt die vinger weer.
Zesde metaal. Telkens als we op de autoradio een nummer van Zesde Metaal horen, vraag ik mijzelf hardop af: ‘Zouden die jongens echt metaalbewerking hebben gestudeerd?’ ‘Je hebt dat al duizend keer gevraagd,’ antwoordt mijn vrouw dan. En dan mompel ik weer ‘Duizend keer … duizend keer …’ Maar ik heb het nu eindelijk opgezocht. ‘We zaten in het zesde middelbaar en deden allemaal Latijnse,’ vertelt frontman Wannes Cappelle. Ik heb het meteen aan mijn vrouw verteld. Voor een keer moest ze hard lachen met iets wat ik vertel.
Macht corrumpeert. Velen zien in Tár een parabel over de corrumperende invloed van macht. Ik zie dat amper. De dirigente zou verblind zijn door de jarenlange bewondering, vleierij en kruiperigheid waardoor ze omringd wordt. Maar is dat zo? Is Tár daar zo gevoelig voor? Ze doorziet in elk geval vleierij, veracht kruiperigheid en de bewondering die haar ten deel valt, leidt niet in het minst tot artistieke zelfgenoegzaamheid. Ze maakt in het machtspel die bij haar functie hoort kleine beoordelingsfoutjes, haar timing is ongelukkig, ze provoceert nodeloos, ze verliest bondgenoten, ze laat zich leiden door wraak, ze vergeet belangstelling te huichelen waar haar dat goed uit zou komen, ze onderschat de behendigheid van studenten om ongemerkt filmpjes op te nemen, ze doorgrondt niet elke nieuwe subcultuur van jonge, niet-vegetarische, Clara Zetkin verafgodende feministen. Ook kan ze haar zinnelijke hartstocht niet bedwingen op een ogenblik dat ze zelf aangeschoten wild is. Dat is allemaal waar. Maar ze maakt die fouten niet uit machtswellust. Haar probleem is het tegenovergestelde: ze denkt dat in haar wereld de artistieke perfectie het enige is wat telt, en dat macht bijkomstig is. Ze hecht eigenlijk niet genoeg belang aan macht. Ze denkt dat alles weer goed komt op het ogenblik dat ze voor het orkest staat. Misschien is ook dát een corrumperende invloed van macht: dat men macht als iets vanzelfsprekends gaat beschouwen. De ware machtswellusteling gaat die fout niet maken. Die beseft dat macht elke dag opnieuw veroverd en afgeschermd moet worden.
* Toen mijn vader het mij vroeg heb ik woke gedefinieerd als een nieuwe vorm van saloncommunisme. Voor een bespreking van een aantal eigenschappen die niet weliswaar niet exclusief aan woke toebehoren, maar die in samenhang een redelijke omschrijving vormen: zie hier.
Ik heb ook geen exacte definitie van woke. Wel weet ik dat het ons in alle vormen schaadt in onze gevoels- en gedachtenwereld : taal en beeldcensuur, gebaseerd op een fascistoïde filosofie die onze vrije wereld aanvalt en dit op een zeer slinkse manier. Ik ben dan ook blij als er anti-wokers te vinden zijn op het net. Het stelt mij enigszins gerust want zo voel ik mij minder alleen als 'witte heteroman van 60.
BeantwoordenVerwijderen'De ongelofelijke slechtheid van het opperwezen', althans... 😉
BeantwoordenVerwijderen