dinsdag 28 mei 2024

Links en rechts op x- en y-as

 

    Volgens De Standaard van 21 mei zijn bijna alle politieke partijen naar rechts opgeschoven. Dat wordt geïllustreerd met een 2-assen grafiek. Op de horizontale as worden de economische standpunten van de partijen weergegeven en op de verticale as de culturele. ‘Rechts’ staat ook werkelijk rechts op de horizontale as, en op de verticale as staat ‘rechts’ bovenaan. ‘Links’ staat op de tegenovergestelde posities.
     Zo’n 2-assen stelsel is in elk geval een vooruitgang tegenover het 1-as stelsel van links versus rechts. Ook voelt het resultaat zoals dat in de grafiek wordt weergegeven min of meer juist aan. Je kijkt naar de plaats van de gekleurde stippen en je denkt: ja, dat is ongeveer waar die partijen horen te staan.  
     Om een idee te krijgen van welke programmapunten men gebruikt om de stippen op de assen te plaatsen, heb ik de 35 vragen van de stemtest erbij gehaald. Als je die 35 vragen vergelijkt met het assenstelsel, dan ontkom je niet aan een aantal vaststellingen.
  1. Een aantal programmapunten heeft van ver noch van dichtbij met de tegenstelling ‘links’ en ‘rechts’ te maken. Ik denk bijvoorbeeld aan de vraag over een andere spreiding van de schoolvakanties, of aan die over de financiering van de grootsteden.
  2. Het middelpunt van het assenstelsel wordt bepaald door de bestaande partijprogramma’s. Het economische middelpunt bijvoorbeeld ligt tussen MR/N-VA en PS. Voor een orthodoxe liberaal ligt dat middelpunt veel te ver naar links, voor een orthodoxe communist ligt het veel te ver naar rechts. Maar voor een pragmatisch doel als een vergelijking, is de methode goed genoeg*.
  3. Daarbij moeten we opmerken dat de economische as door liberalen en socialisten op een andere manier wordt gedefinieerd. De liberaal kijkt naar de ecomische methode: staatstussenkomst of vrij initiatief. De socialist kijkt naar het resultaat: grotere of kleinere inkomensgelijkheid.
  4. De economische partijstandpunt worden gedeeltelijk ingegeven door principes, maar ook gedeeltelijk door de belangen van het eigen electoraat. Dat is duidelijk bij de rechtse partijen. Zo is OVLD, tegen de liberale principes in, voorstander van subsidies aan de veeteelt en wil N-VA, alweer tegen de liberale principes in, een hogere interest op de spaarrekeningen verplicht maken.
  5. Dezelfde inconsequentie tref ik aan bij de linkse partijen. Bij de stemtest had ik als vrijhandelaar ingevuld dat ik tegen importtarieven voor Chinese elektrische auto’s was. Ik werd daarin alleen gesteund door Groen en PVDA. Maar ik vermoed dat bij geen van die twee partijen het vrijhandelsideaal een grote rol speelt. 
  6. Wat hoort bij de culturele as? Je kunt er van alles instoppen: milieu, migratie, asiel, multiculturaliteit, secularisme, privacy, law and order, abortus, euthanasie,  buitenlandse politiek, vrije meningsuiting, kinderrechten, vernieuwende pedagogie, moderne kunst … Wat is in godsnaam de gemeenschappelijke noemer?
  7. Vroeger was het makkelijker om een consistente culturele as te bepalen. Aan het individualistische uiteinde had je het ideaal van maximale vrijheid voor het individu, zolang een ander individu geen duidelijk aanwijsbare schade berokkend werd. Aan het communautaristische uiteinde had je een maatschappij, of desnoods de staat, die normen kon opleggen om zichzelf in stand te houden en te beschermen tegen gevaarlijke nieuwlichterij. 
  8. Ik zou in zo’n geval dicht bij het ‘progressief-liberale’ individualisme hebben gestaan: tolerantie, vrije meningsuiting, gelijke rechten voor vrouwen, geen discriminatie van LGBTI-mensen, vrij verkeer van personen, ieder zijn geloof, multiculturaliteit, vrije euthanasie, vrije abortus, open en pluralistische opvoeding, bescherming van privacy.
  9. De laatste drie verdienen voor mij meteen een principiële nuancering: abortus moet binnen een redelijke termijn gebeuren, kinderen moeten gezag aanvaarden, en de staat moet over de nodige middelen beschikken om de misdaad te bestrijden en om law and order te handhaven. Door die nuances zou ik mij ergens tussen de progressief-liberale pool en het centrum bevonden hebben.
  10. Vandaag is dat anders. Veel progressief-liberalen hebben het individualisme ingeruild voor de ideologie van groepsrechten: positieve discriminatie, speciale bescherming op de arbeids- of huurmarkt, censuurpraktijken* zodat ‘niemand gekwetst of misleid wordt’, enzovoort. Daardoor word ik als individualist weggeduwd van die pool.
  11. De praktijk van massale asielmigratie – niet tientallen, maar tienduizenden – heeft een nieuwe realiteit in het leven geroepen. Grote allochtone gemeenschappen kunnen slechts goed functioneren als ze in de Westers-individualistische maatschappij geïntegreerd raken, en dat komt er niet van als er telkens nieuwe migranten bijkomen. Mijn bezwaar – in deze context – tegen open grenzen duwt mij nog verder weg van de liberaal-progressieve pool. 
  12. Multiculturaliteit behoort ook tot de waarden van de progressief-liberaal. Ik ben in die kwestie nogal centristisch. Die multiculturaliteit moet niet te veel ‘aangemoedigd’, en niet te veel ‘bestreden’ worden. De staat kan noch moet op dat terrein veel bereiken. ‘Gelijkwaardigheid van man en vrouw in het gezin’ etc. kun je niet decreteren. 
  13. Uitzonderingen zijn voor mij het secularistische beginsel dat hoofddoeken niet op hun plaats zijn aan loketten en in het openbaar onderwijs, en het pedagogisch beginsel dat op school, of minstens in de klas, geen allochtone talen getolereerd worden. Op die terreinen is een streep in het zand beter dan slappe tolerantie. 
  14. Ook voor het milieu ben ik een centrist. Als ik het gewichtig mag formuleren, ben ik een voorstander – let nu goed op – van een ‘evenwicht tussen economische vooruitgang en zorg voor het milieu.’ Maar ik heb geen idee waar dat evenwicht ligt.
  15. En voor de buitenlandse politiek ten slotte, wat is hier ‘links’ en ‘rechts’? VB en PVDA zijn de enige partijen die zich ertegen verzetten dat Oekraïne lid zou worden van de Europese Gemeenschap. Ik ben in elk geval Westers-gezind, zij het minder enthousiast voor buitenlandse interventies, dan vroeger. Maar die Belgische F-16s voor Oekraïne mogen voor mij morgen al geleverd worden. We moeten heus niet wachten tot de F-35s in onze eigen hangars stof staan te vergaren.
* Zie over die kwestie ook mijn polemiek met Seppe De Meulder: hier
** Een voorbeeld van zon censuurpraktijk is het linkse programmapunt dat de staat moet ingrijpen om fake news op de sociale media tegen te gaan.

1 opmerking:

  1. Er ontbreken enkele belangrijke ijkpunten in deze analyse, in een land met een heel duidelijke communautaire opdeling. Je kan dat communautaire goed of slecht vinden, maar het is een niet te ontkennen feit (voor de bondigheid laat ik de argumenten hier achterwege - kan er op terugkomen):
    Enkele elementen:
    1/ zelfbeschikking en zelfbestuur: dit wordt meestal beschouwd als een linkse eis, maar in België ligt dat anders. De linkse partijen in Vlaanderen houden vast aan unitarisme, omdat ze denken dan sterker te staan met de grote inbreng van links Wallonië. Maar ook O-VLD is uitgesproken belgicistisch, door hun band met het traditionele belgische kapitaal. Het gevolg is dat O-VLD in de bestuurspraktijk vaak mee de linkse toer opgaat zogezegd om het hoger belang van het land (België) te dienen. Anders gezegd: een centrum-rechtse partij gedraagt zich links onder invloed van het communautaire.

    2/ erfelijk koningsfunctie: dit is in ieder geval niet links. En toch in België zijn het voornamelijk linkse partijen, en ook O-VLD die het koningshuis verdedigen. Ook weer voor het hoger belang van het voortbestaan van een unitaire België.

    3/ en zo zijn er talloze afgeleide politieke issues waar partijen eigenaardige keuzes maken die afwijken van wat doorgaans als links of rechts wordt beschouwd. Bijvoorbeeld het rijbewijs met punten dat in heel veel landen met succes bestaat, zit in België communautair geblokkeerd, omdat er een serieuze breuklijn bestaat tussen Vlaanderen en Wallonië, en die slapende hond wordt daarom slapend gehouden. Er zijn talloze specifieke beleidsonderwerpen waar het communautaire beslissend is.of een partij links of rechts gaat. Aan de rechterzijde is het vnl. O-VLD die hierdoor onbetrouwbaar is en nogal de linkse toer opgaat, in de interesse van het traditionele Belgisch groot-kapitaal. CD&V is gespleten, een octopus met vele tentakels. N-VA heeft daar weinig last van omdat ze consequent het bestaan van twee democratiën erkent, en 2 democratiën kunnen andere richtingen uitgaan, als ze elkaar maar geen stokken in de wielen steken.

    BeantwoordenVerwijderen