donderdag 23 mei 2019

Groene bolsjewieken

      Nu hebben de Groenen weer eens een slim idee om te besparen. Er is al enige tijd sprake van een zogenaamde betonstop, waarbij de regering bepaalde bouwgronden herdefinieert als natuurgebied of landbouwgrond. Voor de eigenaar is dat een pijnlijke zaak. Zijn eigendom is dan plots veel minder waard. Zo’n natuurgebied bijvoorbeeld kost twee keer niets. Wij hebben ooit de kans gekregen om het bos te kopen dat naast ons huis ligt. Voor enkele tienduizenden euro zou het van ons zijn geweest.
      Aangezien het herdefiniëren van bouwgrond tot bosgrond door de regering wordt vastgelegd, is het billijk dat de regering de eigenaars voor hun verlies vergoedt en het verschil betaalt tussen de vroegere waarde en de nieuwe waarde. Dat kan een dure onderneming worden. Bart Tommelein dacht dat het 7 miljard zou kosten tegen 2025. Groen betwistte die cijfers. Maar nu heeft de partij er iets beters op gevonden. Wat als we die eigenaars nu eens mínder geld uitbetaalden? Zou dat geen mooie besparing zijn? In plaats van de marktwaarde van de bouwgrond in rekening te brengen, zou de regering zelf kunnen vastleggen wat ze wil betalen, bijvoorbeeld de prijs die dertig jaar geleden voor de grond betaald werd en daar dan de inflatie bijgeteld.
     Het doet mij denken aan de politieke opvoeding die ik kreeg in mijn kinderjaren. In Rusland, vertelde mijn grootmoeder, had je een regering van bolsjewieken. Dat waren kwaaje kerels. Die wilden niet dat je een eigen huis had. Als je een eigen huis had, dan kreeg je bezoek van twee heren met een boekentas.
     ‘Je moet dat huis aan de staat verkopen,’ zeiden de heren.
     ‘Voor hoeveel?’
     ‘Tienduizend frank’.
     ‘Maar ons huis heeft twaalfduizend frank gekost. Er is elektriciteit in elke kamer.’
     ‘Tut, tut, tut. Je moet verkopen. Anders nemen we je mee naar de gevangenis.’
     Ik weet niet of alle details kloppen van het verhaal. Wellicht zagen die bolsjewieken er niet uit als heren, hadden ze geen boekentas, was hun voorstel niet zo genereus als mijn grootmoeder dacht, en hingen ze weigeraars op in plaats van ze in de gevangenis te stoppen. Maar het beginsel was hetzelfde. Het recht op eigendom werd met voeten getreden. Het zou nog veertig jaar duren voor ik begreep waarom dat eigenlijk zo erg was.
     Nu heb ik een vraag voor onze Groene bolsjewieken. Zij hebben geloof ik gezegd dat ze de vermogens willen belasten en dat ze daar ook wijnkelders en boekenverzamelingen zullen bijtellen. Nu hebben wij geen wijnkelder, maar ik heb wel een enkele oude boeken, waarvan sommige mooi geïllustreerd of redelijk zeldzaam zijn. Hoe gaat men nu de waarde van die boeken bepalen? Ik stel in elk geval voor om niet de marktwaarde maar de aankoopprijs in rekening te brengen. Daar mag desnoods – maar het moet niet – de inflatie worden bijgeteld.
     Ik hoop maar dat ik alle aankoopbonnetjes nog terugvind.

1 opmerking: