woensdag 5 april 2023

Herman van Goethem, en andere kortjes


Herman van Goethem

 In een recent stuk in De Morgen pleit rector Herman van Goethem tegen cancelcultuur – yes! – en vóór verplichte bijscholingen over ‘onbewuste vooroordelen’ – euh ... Om mensen zoals ik over dat laatste gerust te stellen, voegt hij eraan toe: ‘Dat is heus geen strafkamp.’ Van Goethem verdedigt dat soort bijscholingen omdat ze volgens hem nodig zijn voor een respectvolle omgang van medewerkers, ‘ook in onze lerarenkamer.’ 
Ik ben een groot voorstander van respect. Mocht Van Goethem een boekje schrijven met etiquetteregels voor de lerarenkamer, en zijn medewerkers verplichten om dat boekje te lezen en toe te passen, dan zou je mij daar niet over horen klagen. Maar zo’n schimmige ‘opleidingen’ vertrouw ik niet, vooral niet als ze zich als ‘professioneel’ aandienen.  Zijn daar cursusteksten van? Kunnen wij die ergens raadplegen? Wie garandeert mij dat die opleidingen meer zijn dan een geraffineerde vorm politieke indoctrinatie? Van Goethem zelf? Maar is die man wel in staat indoctrinatie te herkennen als die toevallig overeenstemt met zijn eigen gedachtegoed? Ik betwijfel het.
Bijvoorbeeld. In zijn stuk in De Morgen schrijft de rector: ‘De universiteit moet zich neutraal opstellen,’ en in hetzelfde stuk schrijft hij : ‘Het wokedebat in Vlaanderen is uitgegroeid tot een sloophamert(je) om op rechts electoraal garen te spinnen.’ Dat van dat garen spinnen kan best juist zijn, maar past het wel voor de rector van een zich neutraal opstellende universiteit om electoraal rechts even de oren te wassen? Zou hij zelf zien dat hij hier blijk geeft van enige politieke tendentie?  

Julien Weverbergh
Op de redactievergadering van een Vlaamse krant werd gisteren de vraag gesteld hoeveel aandacht moest gaan naar het overlijden van uitgever Julien Weverbergh. Weverbergh? Daar hadden de meeste jongens en meisjes op de vergadering nog nooit van gehoord. Er was nochtans een tijd dat Gerard Walschap hem belangrijk genoeg vond om er een boek-pamflet over te schrijven dat Culturele repressie (1969) heette. Maar de vraag die ik mij hier stel is deze: hebben de jongens en meisjes op die redactievergadering ooit al van Gerard Walschap gehoord? 
Ach, Weverbergh, waar is de tijd? Ik heb hier wellicht nog enkele nummers van het tijdsschrift Bok liggen, met de klinkende namen van weleer: Herwig Leus, die studentenleider Ludo Martens ging interviewen voor De Vlaamse Gids, Herman J. Claeys, die gerechtelijk vervolgd werd omdat hij het tijdschrift Gandalf verkocht in zijn boekenwinkel, Jan-Emiel Daele, die zo kritisch over wielrennerij schreef en zo tragisch aan zijn einde kwam, Hedwig Speliers, die, in tegenstelling tot wat zijn voornaam liet vermoeden, een man was, en die vernietigend uithaalde naar Stijn Streuvels. En Weverberg zelf natuurlijk, die na zijn Bok-periode met een zekere regelmaat in Humo over UFO’s schreef en dus een ‘wappie’ avant la lettre was. Je werd daarvoor niet uitgescholden, toen.

Walschap als Chinareiziger
Ik heb, terwijl ik bovenstaand kortje aan het schrijven was, snel een tweedehands exemplaar van Culturele repressie besteld. Dat is nu eens een boekje dat ik graag eens opnieuw wil lezen. In mijn herinnering gaat het over de Chinezen die ons land bezetten en die Julien Weverbergh als collaborerend cultuurpaus aanstellen. Walschap had toen, kort voor hij het boekje schreef, een bezoek gebracht aan China en was, in tegenstelling tot de meeste andere China-reizigers van die tijd, niet erg enthousiast teruggekeerd. De Grote Proletarische Culturele Revolutie vond hij maar niets.

Engelse woorden
Ik kan er goed tegen dat Engelse woorden tijdelijk in onze taal binnendringen. Ik begrijp bijvoorbeeld dat Jan zegt soms awkward in plaats van ongemakkelijk. Als op restaurant iemand rode wijn morst op een witte broek, kun je probleemloos zeggen: 
Dít is awkward!’  ‘Hoe gênant!’ kan ook.* Maar Hoe ongemakkelijk! klinkt voor mij minder goed. Je moet dan al bijna zeggen ‘Dit is een ongemakkelijke situatie.’ Dus, awkward, waarom niet? 
Engelse termen uit de managementswereld dat is weer iets anders.  Die roepen weerstand op omdat je denkt aan het soort mensen dat ze gebruikt. Je zou kunnen zeggen: laat die maar gewichtig doen onder elkaar, wat hebben wij daar mee te maken? Maar het vervelende is dat ze sommige van hun termen aan ons proberen op te dringen, zoals content en consent. Bij dat laatste woord kan ook de homografie, zoals wij taalkundigen dat noemen, voor problemen zorgen. ‘Geef je consent als je content bent met de content.’

Hoe lang duurt ‘nu’?
Er bestaat een oude cartoon van Kamagurka met de bekende Bert in de hoofdrol. ‘Als je “nu” zegt,’ zegt Bert, ‘is het al voorbij.’ En dan volgen enkele tekstbalonnetjes met ‘Nu!’ ‘Nu!’ ‘Nu!’ Bert gaat er dus van uit dat ‘nu’ een oneindig klein moment is. Maar psychologisch schijnt dat niet te kloppen. Ons ‘nu’ schijnt ongeveer 3 seconden te duren, de tijd die we nodig hebben om iemand een hand te geven, om een dichtregel op te zeggen, om iets, zelfs als we verstrooid zijn, toch in het kortetermijngeheugen te houden*. Maar als ons leven bestaat uit zo’n opeenvolging van stukjes van 3 seconden, hoe noemen we dan het scheidingslijntje tussen die stukjes?

Oxford-komma
De Oxford-komma is de komma die je gebruikt vóór het woordje en in een opsomming. Toen ik onlangs een kopje plaatste Hilde van Mieghem en andere kortjes, dan suggereerde ik eigenlijk dat de actrice zelf een kortje was. Een lezer reageerde: ‘Bij mij zou het niet waar zijn!’ Ik zal dus voortaan een komma plaatsen voor de toevoeging ‘en andere kortjes’. Je kunt dubbelzinnigheid maar beter vermijden. Anders krijg je zinnetjes als: ‘This book is dedicated to my parents, Ayn Rand and God.’
(Het is grappiger als je wat thuis bent in het Ayn Rand-universum.)


* Gênant werd mij gesuggereerd door Herman Jacobs. Dat woord heeft inderdaad een mooiere staat van dienst in onze taal. Jan gebruikt het trouwens ook.
** Jan zegt iets tegen mij en hij merkt dat ik niet oplet. Wat heb ik gezegd, vraagt hij. Als hij die vraag stelt binnen de 3 seconden, kan ik het antwoord geven. Wij vinden dat dan allebei raar.

3 opmerkingen:

  1. Je kan zeer goed zeggen « Dat is ongemakkelijk. »

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Je zit in een restaurant en iemand morst rode wijn op een witte broek. Je kunt zeggen: 'Hoe gênant!'. Kun je ook zeggen: 'Hoe ongemakkelijk!'

      Verwijderen
  2. Engelse woorden: goed dat u er goed tegen kan!

    Ik begrijp die weerstand tegen Engels niet, zoals je dat vaak ziet op Doorbraak. De rol van Frans in België is niet vergelijkbaar met Engels. De Franstaligen in België hebben actief gepoogd Nederlands te laten wegkwijnen en Frans tot enige landstaal te maken. Er staat geen horde Engelstalige beleidsmakers te trappelen om Nederlands onderdrukt te houden en Engels tot hoofdtaal te maken.
    Ook nu nog is er gebrekkig respect van de Franstaligen voor Nederlands in België, zie bijvb. de zogezegd 2-talige hoofdstad, of in Wallonië waar Nederlands geen verplicht vak is. Ik vind het prima wat Wallonië doet, eigen keuze, maar dit is geen keuze voor een verenigd land.
    Vlaanderen moet wat betreft vreemde talen ook z'n eigen keuze maken, los van Franstalig België. Dan valt die keuze voor het merendeel van de Vlamingen beter op Engels, als enige echte wereldtaal, ook in Europa.

    Met de opgang van een taal volgt natuurlijk de incorporatie van woorden, concepten en terminologie van die taal in de eigen taal. So what?

    P.S. mijn kinderen spreken perfect algemeen Nederlands, ze kunnen wel overweg met lokale taal. En ze zijn bijna native in Engels. Het één sluit het ander niet uit. Hun studies en verdere ontwikkeling hebben enorm baat bij hun Engels.

    BeantwoordenVerwijderen