woensdag 27 januari 2016

Het onderwijs volgens Homer Simpson?

     “Het onderwijs heeft vele schoonmoeders,” reageerde laatst een facebookvriend – met wie ik het anders meestal niet eens ben. Nu heb ik met mijn schoonmoeder nooit kwestie gehad, maar ‘vele schoonmoeders’ is natuurlijk nog iets anders. En helemaal beangstigend wordt het als er een ‘werkgroep van schoonmoeders’ wordt gevormd. Toch is dat nu gebeurd. Bij benadering dan. Minister van Onderwijs Crevits heeft namelijk, in samenwerking met de Koning Boudewijnstichting, een groep van 24 “representatieve” vaders en moeders samengeroepen om gedurende drie weekends na te denken over  “de toekomst van het onderwijs”. (hier)
     Als ik zoiets lees, houd ik mijn hart vast. Ik moet dan aan Homer Simpson denken die in opdracht van zijn broer, de autofabrikant, een wagen ontwerpt ‘voor en door de gewone man’. Homers wagen heeft een aparte cockpit voor de chauffeur, drie claxons waarvan er één La Cucaracha speelt, haaienvinnen achteraan zoals in de jaren vijftig – en de motor maakt een geluid dat de akoestische omgeving nabootst van het einde der tijden. Alleen zoon Bart vindt de wagen ‘cool’. De fabriek van Homers broer daarentegen gaat bankroet, want de auto is ook nog eens onbetaalbaar.
     Mijn vrees was dus dat die 24 “representatieve” ouders, overgelaten aan hun wilde fantasie en met ‘no skin in the game’, de meest grensverleggende en de meest onredelijke voorstellen zouden aandragen. Rekenen in twaalfdelig stelsel. Mandarijn vanaf het derde leerjaar. Kruidengeneeskunde en circusvaardigheden als verplichte vakken –  net als tuinieren overigens, maar daar schreef ik al een stukje over. (
hier)
     Ik had me geen zorgen moeten maken. De minister ook niet. De voorstellen van de ouders zullen haar vertrouwd in de oren hebben geklonken: een brede eerste graad, de schotten weg tussen aso, tso en bso, portfolio-onderwijs, vakoverschrijdende projecten en modules, permanente evaluatie, de leerkracht als coach en teamspeler … kortom precies hetzelfde als wat haar beleidsmedewerkers haar al een jaar in het oor fluisteren – precies hetzelfde als wat ik al twintig jaar hoor op nascholingen, vakcoördinatorenvergaderingen en pedagogische studiedagen. Zelfs de woordkeus van de ouders sluit naadloos aan bij die van het onderwijswereldje1. Het lijkt wel een variant van de ‘harmonia praestabilita’2.
    Nee, grensverleggend kun je de voorstellen van de “representatieve” ouders niet noemen. “Same old same old,” zeggen ze in het Engels. Maar of die voorstellen ook redelijk zijn, daar kun je van mening over verschillen. Zelf zal ik dat hele rapport niet zo gauw lezen. Als ik het lees in de vroege avond, dan wind ik me op en kan ik geen opstellen meer verbeteren. Verbeter ik eerst de opstellen en lees ik het in de late avond, dan kan ik niet meer slapen. Misschien iets voor de grote vakantie.


1 De ouders werden natuurlijk ook goed ‘omkaderd’ door 32 – tweeëndertig – adviseurs. Omkadering is alles. Het lijstje van die adviseurs vind je op de facebookpagina van Raf Feys die met argusogen de ontwikkelingen in het onderwijs volgt (hier).
2 “De leerlingen worden niet verondersteld het begrip ‘harmonia praestabilita’ te kennen voor het eindexamen. Ze moeten wel in staat zijn om zich op het onderwerp te oriënteren via hun zoek- en reflectievaardigheden, alsook er een powerpointpresentatie over te kunnen geven.” – Ik doe mijn best, maar helemaal heb ik het taaltje van eindtermen en leerplannen nog niet in de vingers.

1 opmerking:

  1. Wat is er fout met tuinieren als basisvaardigheid? Niet objectieve leerkracht.

    BeantwoordenVerwijderen