zondag 5 januari 2020

Arme, domme muziek


    Ik was al enkele dagen aan het nadenken over een stukje in de stijl van ‘Georg Friedrich Händel en ik’*. Dan is de vraag: waarmee begin je? Met een Latijns proverbium? Een algemene beschouwing? Iets over de Beatles en de Rolling Stones? Die laatste kaart heb ik eergisteren al op tafel gegooid**.
 En zie. Nu heeft mijn Facebookvriend Geraard Goossens mij vanmorgen een interview met Philippe Herreweghe doorgespeeld dat erg bruikbaar is voor mijn doel***. De bekende dirigent geeft daar als zijn mening te kennen dat de barokperiode in de muziek de armste en domste periode is die hij kent. Dat verklaart ongetwijfeld mijn voorkeur voor die periode. Voor Bach wil hij een uitzondering, maken, en voor Monteverdi, ook al vindt hij die laatste – terecht geloof ik – eerder een renaissancecomponist. Maar Telemann, Charpentier en Händel, die zou Herreweghe in de jaren die hem nog resten nooit willen dirigeren. Voor het geld moet hij het niet doen, want hij heeft al een huis en een tweede huis.
     Ik zou de muziek van die drie componisten ook niet willen dirigeren, en in de jaren die mijn nog resten, zal ik er ook niet vaak naar luisteren. Dat is ooit anders geweest. Ik had indertijd in de auto enkele muziekcassettes liggen met Händelmuziek erop. Het vaakst luisterde ik naar de opera over koning Salomon.
     De muziekcassette heeft met de e-reader gemeen dat ze een lineair gebruik opdringt. Je kunt niet zoals in een dichtbundel, meteen dat ene gedicht opslaan dat je graag eens wilt herlezen. Je kunt ook niet, zoals met een cd-speler of een mobieltje telkens hetzelfde nummer laten herhalen, zoals ik nu doe met variatie 25 van de Goldbergverzameling. Waarom luisteren naar variatie 24 en 26 als 25 de mooiste is?****
     De cassette met de opera over de wijze koning beluisterde ik dus in zijn geheel. Maar, en nu moet ik Herreweghe gelijk geven, zowel muziek als tekst begonnen mij op de duur te vervelen. Dezelfde noten en dezelfde woorden werden eindeloos herhaald. ‘Thy sentence, great king, is prudent and wise’, opnieuw en opnieuw en opnieuw en opnieuw.
     Je denkt nu bij jezelf: Clerick, als die koning Salomon je verveelde, waarom liet je dat bandje dan telkens weer afspelen? Eigenlijk deed ik dat alleen voor één kort stukje. En om bij dat korte stukje te komen moest ik eerst de hele cassette afspelen, en om er opnieuw bij te komen, moest ik de andere kant ook nog eens afspelen. De terugspoelknop ingedrukt houden terwijl ik een auto bestuurde, zou ik niet gedurfd hebben. Dat is te gevaarlijk.
    Nu wil de lieve lezer graag weten voor welk stukje ik de hele cassette doorliep? Het gaat om een aria uit de derde scène van het tweede bedrijf. Twee vrouwen – ‘harlots’, staat er in het libretto –  hebben onlangs een kind gebaard en een van die kinderen is overleden. De twee moeders beweren allebei dat het nog levende kind het hunne is. Ze leggen het probleem voor aan de koning die, bij gebrek aan overtuigend bewijsmateriaal, beslist om het kind in twee stukken te laten snijden, voor elke moeder één. De tweede ‘harlot’ vindt de beslissing ‘prudent and wise’ en wordt niet moe dat te herhalen. Maar dan komt de eerste ‘harlot’ aan het woord. Die kan de gedachte niet verdragen dat het zwaard in het tere vlees van het kind zou snijden. Ze stelt zich levendig voor hoe het bloed uit het lichaampje zou vloeien.

Can I see my infant gor’d
With the fierce relentless sword?
Can I see him yield his breath,
Smiling at the hand of death?
And behold the purple tides
Gushing down his tender sides?
Rather be my hopes beguil’d,
Take him all, but spare my child.

     Je moet geloof ik een hart van steen hebben om niet iedere keer weer ontroerd te worden bij de woorden ‘gushing down his tender side’. Toch is het niet meer dan mi-mi-mi (telkens mol) en re-re-re-re, van verschillende lengte weliswaar, en versierd met een eenvoudige harmonie op de achtergrond. En je moet de noten die er juist aan voorafgaan ook enigszins in rekening brengen.
      De aria vind je hier vanaf 1:26:15. Het ‘gushing down’ begint vanaf 1:27:56. 

* Zo’n stukje schreef ik hier al. 
** Zie ook hier
*** Hier, vooral vanaf 11’50’’
**** Zie ook hier.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten