dinsdag 5 december 2017

Gewetensnood om Sinterklaas

Luns (links) en Bomans als Sinterklaas (rechts)
     Van Godfried Bomans heb ik alle stukjes meermaals gelezen, behalve die over Sinterklaas. Die vind ik kinderachtig. Ik heb nochtans in Sinterklaas geloofd tot in het derde leerjaar. Toen meester Bernard in de godsdienstles zei dat er in de moderne tijden geen mirakels meer gebeurden – het was de tijd van het tweede Vaticaans Concilie –  wees ik hem op het jaarlijkse wonder van de schoorsteen. Daar wist onze meester niet zo gauw een antwoord op. In de klas waren gelovige kinderen zoals ik, en ongelovige, die al door hun ouders waren ingelicht. Wat moest je nu als meester zeggen als je niemand wilde kwetsen?
     Dus gelóven deed ik. Maar geloven is één ding, en respecteren is een ander. Gerespecteerd heb ik Sinterklaas nooit. Ook toen ik nog in hem geloofde, vond ik hem een potsierlijke verschijning, en zijn knecht Zwarte Piet ook. Goed, de man was heilig, en hij had kinderen weer tot leven gewekt die eerder in stukken waren gesneden en ingezouten, en dat kon niet iedereen. Maar ik had meer ontzag voor Romeinen, ridders, zeerovers en musketiers, zoals ik die kende van de films, en waarvan mijn tante nochtans beweerde dat ze níet echt waren. Die films waren maar prentjes, zei mijn tante telkens weer.

     En zo komt het dat ik rond deze tijd van het jaar in gewetensnood verkeer. Ik lees dan hier en daar een stukje van de anti-Zwarte-Piet-club. In die club heeft zich het meer kinderachtige deel van de anti-racistische beweging verzameld. Een moeder denkt met pijn in het hart terug aan die keer toen haar zwarte zoontje schreiend thuiskwam van school. Sinterklaas was op bezoek geweest, herinnert ze zich, en zijn vriendjes hadden gevraagd of hij ook zo stout was als Zwarte Piet. Mens, denk ik dan, raap jezelf bij elkaar. Dat een kind voor zoiets schreit is niet ongewoon, maar daarom moet jíj nog niet beginnen janken.
     Of ik lees van een freelance journalist die in Taiwan – of all places – te horen kreeg dat Zwarte Piet ons koloniale verleden symboliseert.* Voor die journalist is dat aanleiding om daar enkele alinea’s lang over te zaniken. Het is door die kolonies van vroeger, beweert hij, dat we nu ‘extreem rijk’ zijn.  Och jongen, vloek ik stilletjes, kijk eens om je heen, daar in Taiwan. Daar zijn ze ondertussen toch ook flink rijk en ze hebben géén koloniaal verleden. Die rijkdom heeft alles te maken met de productiviteit van nu, en heel weinig met de rooftochten van toen.

     Ik zou op die stukjes willen antwoorden, maar iets houdt me tegen. Als ik antwoord, is het alsof ik de verdediging op mij neem van die hele zes-decembertraditie, en ik eet nog liever mijn hoed op. Zeg ik evenwel niks, dan lijkt het alsof ik mij laat afdreigen door flauwe moeders en door freelance journalisten. Wat moet ik doen? Ik zou aan Sinterklaas raad kunnen vragen, maar die doet daar niet aan. Marsepein en speculaas en zo, dat is meer zijn ding. En die lust ik niet.


* Het stuk van freelance journalist Jeroen Deckmyn verscheen op de radicaal-linkse site van De Wereld Morgen. Het begint met een aardige taalkundige uitweiding over de vraag : hoe vertaal je Zwarte Piet in het Chinees? Leuk. Ook vertelt de journalist over zijn verleden. Dat hij vroeger moest lachen met naïeve Amerikanen die in Zwarte Piet een racistisch symbool zagen. Voor een stuk in De Wereld Morgen, vond ik dat allemaal op een verrassend menselijke toon verteld. Daarna wordt het iets minder.

5 opmerkingen:

  1. Iets dat aan je kindertijd herinnert, aan een blije verwachting, ouder en kind in verrukking bracht,'alle dagen is het Sinterklaas'een toespeling op overconsumptie, weelde, daargelaten. Het was soberder dan bij mijn vriendje, maar diens ogen vielen wagenwijd open, zo verstonden mijn oudere zussen de kunst in de voorkamer al die onooglijke spulletjes uit te stallen; er was niets bij, heus, dat aan zijn snel van stationnetje naar stationnetje sporend treintje tippen kon.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Zoals gezegd enkele reacties op je reactie, waarvoor nogmaals dank. Ik hoop dat je niet vind dat ik ga "zaniken".
    De huidige ontwikkelde landen zijn de landen die de huidige ontwikkelingslanden ooit hebben gekoloniseerd. Taiwan is een prima voorbeeld, want Taiwan is een voormalige kolonie van Japan en een ontwikkelingsland. Japan had naast Taiwan kolonies in China en dus groeide Japan uit tot een ontwikkeld land, zelfs na twee atoombommen. Daarover hoef je dus niet langer stilletjes te vloeken tegen de jongen die ik ben. (En als ik je niet weet te overtuigen, wat ik vermoedelijk inderdaad niet doe, dan kan je meer over deze dingen vinden in de boeken van Ha-Joon Chang of Edward Said.)
    Ik heb in mijn tekst niet gezegd dat Zwarte Piet een gevolg is van ons koloniaal verleden. Ik heb niks over de geschiedenis van Zwarte Piet gezegd. Wat ik gezegd heb is dat veel mensen in de hele wereld bij het idee aan een oude witte man die over heel veel dienaars beschikt die dan nog eens een zwart(geworden) huid hebben, dat dat voor veel mensen in de wereld lijkt, eventueel alleen maar líjkt, op een witte man met zwarte slaven. Op, eventueel, Congo dus. Lijkt, zoals in een teken. Een symbool.
    Wat mijn tekst zegt is dat de Westerse wereld (in dit specifieke geval van Zwarte Piet België en Nederland) weigert te luisteren naar de rest van de wereld, omdat het zich superieur voelt, nog altijd. Ik ben ervan overtuigd dat er voor het Westen maar één mogelijke weg is voor de toekomst: andere meningen toelaten en onszelf durven laten beïnvloeden door anderen - door de islam bijvoorbeeld, of door China. Een grote stelling, dat besef ik, maar het zijn dan ook grote culturen die nu eenmaal bestaan naast de grote cultuur van het Westen. Het zou toch gewoon te gek zijn om niet naar andere meningen te luisteren en om niet in de spiegel te kijken? Het Westen is aan het verbrokkelen. Het verzwakt. Als we het nu niet doen, wanneer dan?
    Zwarte Piet is een illustratie, een teken, een symbool, van hoe wij de wereld niet zien. Van hoe wij weigeren te luisteren naar mensen die ons zeggen dat er hen iets tegensteekt.
    Wanneer twee mensen trouwen met elkaar, dan passen beiden in de meeste gevallen enkele persoonlijke gewoonten aan waarvan ze nooit hebben vermoed dat andere mensen die zouden kunnen ervaren als eigenaardig of storend. Ik bijvoorbeeld heb mijn gewoonte aangepast van 's morgens te douchen en niet 's avonds, omdat mijn vrouw het vies vond om het vuil van een hele dag mee in bed te nemen. Een proper argument. Dus ik douche nu 's avonds (en 's morgens opnieuw, wat mijn vrouw gek vindt, maar dat mag ze gek vinden).
    Er komen meer en meer mensen uit andere landen en culturen in ons land wonen. We moeten daarmee huwen, of toch wanneer we een aangename toekomst voor de mensen van later willen creëren. En in een huwelijk luister je naar elkaar. In een huwelijk zeg je niet: nu ga jij je aanpassen aan wat ik je zeg en anders zoek je maar iemand anders.
    (Bovendien, ter afsluiter, is men in Taiwan niet rijk. Een afgestudeerde masterstudent verdient hier 800 à 900 euro per maand en voor een klein appartement betaal je 400 euro huur. Maar goed, de economie van Taiwan, die is te complex om nu over te beginnen.)

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Dat ik je ‘jongen’ heb genoemd, moet je niet persoonlijk nemen. Ik doe dat vaak in een polemiekje, zeker als ik vermoed dat mijn opponent enkele jaren jonger is dan ikzelf.
      Om met Zwarte Piet te beginnen: jouw standpunt over Piet en ons koloni-aal verleden heb ik inderdaad onnauwkeurig samengevat. Ik zal de be-woordingen in mijn stukje aanpassen.
      Of de westerlingen zich moeten laten beïnvloeden door de islam en door China, laat ik hier onbesproken. Evenals de vraag hoe het moet met men-sen uit andere landen en culturen die in ons land komen wonen: moeten die zich aanpassen aan ons, of moeten wij ons aanpassen aan hen, of moeten we een tussenweg zoeken. Geef toe dat dat een erg brede discus-sie is.
      Ik heb wel bezwaren tegen je standpunt over de oorsprong van onze welvaart. ‘Die extreme welvaart van onze staat, waar zou die vandaan komen?’ schrijf je. En nog: ‘Wij in het Westen zijn wie we zijn, die rijke, beschaafde … mens, *omdat* wij honderden jaren lang slaven hebben gecreëerd over de hele wereld’.
      Het is waar: sommige westerlingen hebben zich verrijkt met slavenhandel en koloniale uitbuiting, en ze zijn wreed opgetreden tegen minder ontwikkelde landen. Maar wie even nadenkt, beseft dat de huidige welvaarts-spreiding in de wereld weinig met de kolonisatie te maken heeft, en wel hierom:
      - koloniale rooftochten kunnen evengoed tot tijdelijk economisch verval als tot tijdelijke economische bloei leiden (zie Spanje en Portugal)
      - ook landen zonder kolonies (of met weinig kolonies) hebben grote welvaart bereikt
      - zelfs sommige ex-kolonies zijn nu welvarend
      - sommige roversstaten zijn later weer arme landen geworden
      - kolonisatie kóstte ook veel welvaart, die als belastingen aan de maatschappij werd onttrokken
      - tijdens zijn hoogtepunt zorgde het kolonialisme ongetwijfeld voor grote winsten van bepaalde groepen; zonder het kolonialisme zouden ándere groepen meer tot ontwikkeling gekomen zijn
      - de mogelijke effecten van de kolonisatie op onze welvaart verzinken in het niets vergeleken met de algemene productiestijging die al 200 jaar aan de gang is.
      Je schrijft in je stuk dat onze welvaart er niet gekomen is door hard te werken, want ‘mensen in Afrika, Azië en Zuid-Amerika werken net zo hard als wij, als het niet harder is.’ Maar dat is niet het probleem. Het probleem is dat onze productiviteit hoger ligt door specalisatie, handel, mechanisering, infrastructuur, organisatie en know-how.
      Dát die mechanisering enzovoort bij ons hoger liggen dan in andere lan-den heeft vele oorzaken. Een aantal daarvan worden vrij aardig uitgelegd in het boek van Acemoglu en Robinson ‘Why Nations Fail’, al heeft het boek in mijn ogen ook een aantal tekortkomingen.

      Verwijderen
  3. De Westerse wereld voelt zich niet alleen superieur, onze Westerse beschaving is dat ook! Iedereen elders op de wereld weet dat, vandaar dat ze in drommen staan aan te schuiven. Wij zien dat, door het links cultuurrelativisme van de soixante-huitards, niet of minder. Etienne Vermeersch sprak ooit in Humo over de Westerse succesformule WTK (wetenschap, technologie en kapitaal). Dat vind ik een veel betere omschrijving dan het vermaledijde woord 'kapitalisme'.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. "Er komen meer en meer mensen uit andere landen en culturen in ons land wonen. We moeten daarmee huwen"
    Hoe kom je daar nu toch bij? Dus als iemand bij jou komt inwonen moet je daar mee huwen? En als dat nu een ruziemaker is? Of een andere seksuele geaardheid heeft?

    BeantwoordenVerwijderen