zaterdag 7 januari 2017

De grove mond van voorzitter Mao

    
     Voorzitter Mao (1893-1976) was vaak grof in de mond en dat heeft minstens één keer geleid tot een grappige uitspraak. Dat was bij de campagne ‘Laat Honderd Bloemen Bloeien’ in 1957.
     Mao regeerde niet met wetten maar met ‘campagnes’. Die kwamen er meestal op neer dat in het hele land mensen in grote vergaderingen werden bijeengebracht waar ze vijanden of verraders moesten aanklagen en die vijanden of verraders werden vervolgens op een wrede manier gefolterd en gedood. Op het einde van zo’n campagne telde China dan een paar miljoen inwoners minder.
    Maar in 1957 was de tijd niet gunstig voor rode terreur. Stalin was dood en de Russische leiders drongen erop aan om met die moordpartijen op te houden. Mao moest voorzichtig zijn. Hij moest iets verzinnen. En hij verzon de ‘Honderd Bloemen’. Hij hield een lange toespraak waarin hij zei dat China meer pluralisme nodig had. Niet één soort bloem, maar honderd verschillende soorten bloemen. Dan konden ze er de mooiste uit kiezen. Iedereen werd uitgenodigd om vrank en vrij zijn mening te zeggen en kritiek te geven op de communistische partij.
     De respons kwam onmiddellijk. Vooral in de steden begonnen de hoger opgeleiden boze brieven te schrijven, en zelfgeschreven affiches op te hangen met kritiek op het regime. Mao liet gedurende vier maanden begaan en sloeg dan toe. Iedereen die kritiek gegeven had, werd een ‘rechts element’ genoemd en moest worden ‘onderdrukt’. 
     Aangezien het alleen om hoger opgeleiden ging, was de terreur dit keer beperkt. Mao werkte graag met quota en bepaalde dat slechts tien procent van de hoger opgeleiden moest worden onderdrukt en dan nog met mate. ‘Honderdduizend mensen aanklagen, tienduizend arresteren, duizend doden,’ zei hij. Die uitspraak betrof weliswaar maar één provincie, dus dat moet je vermenigvuldigen met vijf of met tien, maar er blijkt toch uit dat de terreur na de Honderd Bloemen, van omvang en wreedheid, een van de minste is geweest onder Mao’s regime.
      Achteraf legde de Grote Roerganger aan zijn vrienden uit dat hij de Honderd Bloemen altijd als valstrik bedoeld had. ‘Hoe konden we slangen vangen als ze niet uit hun holen kwamen? We wilden dat die hoerenzonen naar buiten kwamen en lachten en zongen en scheten lieten.’
     Ik heb hierboven twee woorden gebruikt die ik niet snel een tweede keer zal neerschrijven.
 

2 opmerkingen:

  1. Had Mao niet een merkwaardige, traditioneel Chinese attitude tegenover een van je twee woorden?
    (Ed Van Gasse)

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Het ene woord was eigenlijk 'zonen van schildpadden'. Het andere, dat zou best kunnen. Mao gebruikt het ook om te verwijzen naar zijn eigen bevelen en richtlijnen. Hij sprak van 'welriekende winden'.

      Verwijderen