maandag 23 december 2019

Maaike Neuville en K3

     De actrice en columniste Maaike Neuville heeft onlangs in het Vlaams Parlement het debat over de cultuursubsidies gevolgd en ze schreef daarover een stukje in De Morgen. Maaike had het gebeuren ‘met open mond’ aanschouwd. Ze schrijft het twee keer. De parlementsleden hadden voortdurend ruzie gemaakt en ze hadden niet écht naar elkaar geluisterd. Toen Jan Jambon het woord had genomen nam, herhaalde hij bijna woordelijk wat hij daarvóór al in de commissie Cultuur had gezegd.
     Dat laatste vind ik eigenlijk niet zo erg. Ik zou het erger vinden als hij in het Parlement het tegenovergestelde kwam vertellen van wat hij in de commissie had gezegd. Maar dat die politici niet luisteren naar elkaar, dat is inderdaad jammer. Het is ook niet gemakkelijk met 150 parlementsleden – als ze er allemaal zijn – een beschaafde en diepgaande discussie te voeren. Hopelijk doen die mensen dat beter in de kleinere parlementaire werkgroepen.
     Een van de aanmerkingen van Maaike trof mij in het bijzonder. Ze beschrijft hoe ze daar in de tribune zat met een aantal collega’s,  en hoe de parlementsleden maar onder elkaar bleven tateren zonder acht te slaan op de artiesten. Er was een ‘totale afwezigheid van enige connectie met de mensen uit het domein … terwijl wij daar met een twintigtal mensen op zaten toe te kijken’. Maaike zag de parlementsleden, maar de parlementsleden zagen Maaike niet.
     Het deed mij denken aan iets van lang geleden. Jan moet vier of vijf jaar zijn geweest. Wij waren naar Antwerpen gegaan om Sinterklaas de zien. Na enig wachten op de oever van de Schelde meerde de boot aan en de Sint kwam aan wal, daarbij vergezeld van de zangeresjes van K3. De kinderen juichten en lachten en hadden veel pret. Maar plots begon Jan onbedaarlijk te huilen. Wat er scheelde, vroegen wij. Hadden wij geen goed plekje bemachtigd? Kon hij de Sint en K3 niet goed zien? Ja, dat wel, snikte hij, maar K3 ziet mij niet.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten