zondag 1 augustus 2021

De bias van de mainstream media


      Als ik een krant opensla, vind ik meestal dat de berichtgeving die daar instaat te links of te politiek correct is. Maar dat heeft natuurlijk evenveel met mij als met die krant te maken. Die krant is misschien niet erg objectief of neutraal, maar dat ben ik ook niet. Als die krant over N-VA bericht in de gunstige zin, of over Groen in de ongunstige zin, lees ik gewoon door. Ja, natuurlijk, denk ik dan, dat wist ik al lang. Maar bij elk bericht van tegenovergestelde strekking, slaan mijn hersenen alarm. Ik verslik mij dan in mijn koffie zoals dat heet. Hetzelfde, maar omgekeerd, merk ik bij linkse vrienden: ze worden opgeschrikt door elk gunstig woord over N-VA en elk ongunstig woord over Groen, en dan verslikken zíj zich in hun koffie. Die ongevallige woorden staan daar in grote neonletters te flikkeren en ze zien de geruststellende boodschap eromheen niet.
    Dat betekent ondertussen niet dat ik ongelijk heb, of dat mijn linkse vrienden en ik evenveel gelijk hebben. De zaak zou eens moeten worden onderzocht, door suggestieve koppen te tellen, het aantal en de lengte van de quotes te vergelijken, adjectieven semantisch te ontleden, de selectie van de feiten te onderzoeken, de keuze van de foto’s te toetsen, enzovoort. Maar zoiets moet je ‘exhaustief’ doen, in een ‘representatief corpus’, met ‘vooraf vastgelegde criteria’. En die gegevens moet je dan nog in een rekenblad onderbrengen, en er ‘statistische analyses op uitvoeren’. ’t Lijkt mij een behoorlijk vervelend karweitje. Ik zou het niet willen doen.
     Een veel eenvoudiger kwestie is het om het politieke wereldbeeld van de journalist te vergelijken met dat van de beroemde Man in de Straat. Dat laatste wereldbeeld is min of meer bekend uit verkiezingsuitslagen. Als je die vergelijkt met het specifieke stemgedrag van journalisten, dan is de kloof groot. In zijn doctoraal proefschrift kwam Mark Deuze in 2002 al tot de vaststelling dat 80 procent van de Nederlandse journalisten op een linkse partij stemden. In ons land is dat niet veel anders. Bij de verkiezingen van 2007 bleek 54 procent van de Vlaamse journalisten voor SPA-Spirit of Groen te hebben gestemd, tegen 18 procent voor het kartel CD&V-N-VA. 56 procent van de Belgische journalisten noemt zichzelf ‘links’, 27 procent ‘centrum’ en 17 procent ‘rechts’. Die scheefgetrokken verhouding is niet noodzakelijk de schuld van de hoofdredacties: journalistenscholen en alfafaculteiten worden nu eenmaal meestendeels bevolkt door studenten van linkse of politiek correcte signatuur en het is daar dat toekomstige journalisten afstuderen. De hoofdredacties moeten kiezen uit wat zich aandient.
     Nu kun je hopen dat die linkse, rechtse en centrum-journalisten hun eigen overtuiging niet te veel laten meespelen in de berichtgeving. Maar dat er in de berichtgeving géén invloed – zij het onbewust – uitgaat van het eigen wereldbeeld van de journalist, die bovendien op de redactie in een bubbel van gelijkgezinden leeft, dát is moeilijk om aan te nemen. Toen de VRT de tevredenheid van het kijkerspubliek onderzocht, leerde ze dat kijkers die zichzelf als ‘rechts van het centrum’ beschouwden minder tevreden waren over de berichtgeving dan kijkers die zich als ‘links van het centrum’ beschouwden. Zelf denk ik dat die uitkomst niet voortkomt uit de grotere onverdraagzaamheid van rechtse dan van linkse kijkers.
     In dat licht heb ik mij lang afgevraagd hoe de linkse en politiek correcte bias van de media zo lang standhoudt. Je zou denken dat die media zich alleen al om commerciële redenen beter op de verwachtingen van hun gehele publiek zouden afstemmen. Maar blijkbaar zijn ze toch niet zo bang om een groot deel van dat publiek te verliezen. Het helpt dat ze rond gevoelige kwesties, zoals partijpolitiek, de bias wat onder controle houden. Maar het helpt nog meer dat een groot deel van het publiek vrij onverschillig staat tegenover zaken van politiek. Wie naar Het Nieuws kijkt om beelden van overstromingen en bosbranden te zien, zal niet over een tendentieus anti-Trump commentaartje vallen. Wie Facebook enkel gebruikt om poezenfoto’s en tegeltjeswijsheden te posten, zal zich niet storen aan de ongelijke censuur op dat platform voor blank of zwart racisme. Zelf stoor ik mij ook amper aan de linkse bias in mooie films als Lincoln, of The Trial of the Chicago 7, of in een mooie reeks als The West Wing. Ik kijk niet naar die films om de politieke bias, maar ondanks die bias. Voor mij helpt het overigens dat in die drie gevallen links niet ontaardt in politiek correct, en er zelfs uitdrukkelijk afstand van neemt in toon en inhoud.
    Je zou de linkse en politiek correcte koers van de media kunnen verklaren met de Most-Intolerant-Wins regel van Nassim Taleb. Maar de politieke onverschilligheid van het grote publiek laat een andere uitleg toe. Veronderstel dat je hoofdredacteur bent. Je weet dat een deel van je publiek uit fanatiek politiek correct links bestaat, en een ander deel uit fanatiek populistisch rechts. Je kunt die twee deelpublieken niet allebei in gelijke mate bedienen. Dus vaar je maar de koers die je zelf het beste ligt, de koers die in je eigen bubbel gangbaar is. Je verliest het extreme deel aan de ene kant, je behoudt het extreme deel aan de andere kant, en je behoudt vooral de grote middengroep die zich van politiek weinig aantrekt.

 

7 opmerkingen:

  1. Eén der redenen van de linkse hoger opgeleiden is misschien wel dat het allemaal zo gemakkelijk is, luxe-linksen, zoals bij Groen! en journalisten die maar wat uit hun pen moeten wringen, zonder daar diep te moeten over nadenken. Zij zijn geen probleem-oplossers, ondernemers, bouwers, enz. Makkelijk vanop de schrijftafel iets proclameren van hoe alles zou moeten werken. Maar dat moet dan iemand anders oplossen. Luister 's ochtends op de radio naar de krantencommentaren, de helft zijn voorspelbare clichés waar weinig is over nagedacht.

    (off-topic over 'links' energiebeleid: door windmolens, zon en gascentrales als enige optie te weerhouden, zoals Groen! dat wil, en kernenergie af te blokken is er het gevaar dat de ontwikkeling naar andere typen kernreactors vertraagt. Het klinkt allemaal zo goed en makkelijk als je het zelf niet moet doen... en dat is kenmerkend voor typetjes als Calvo, Almaci, Besien... In principe kan ik mij volledig aansluiten bij hernieuwbare energie, maar ik wil wel een samenleving die technologisch vooruitgaat, en dat gaat - niettegenstaande efficientiewinsten - meer energie vergen.)

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Interessant. Misschien kan die stelling uitgebreid worden tot de alfawetenschappen. Het is daar gemakkelijk om iets te beweren, maar moeilijk om iets te falsificeren.

      Verwijderen
    2. Als je statistische uitbreiding naar alfawetenschappers voor ogen hebt, dan is daar mogelijk (waarschijnlijk) iets voor te zeggen. Doch daar hebben we niet veel aan. Met rationele argumenten iemand die in een denkkader zit overtuigen is maar beperkt mogelijk (denk maar aan religieuzen, communisten - u kent beter dan geen ander de Amada state-of-mind...).

      Generaliseren naar iedereen in de alfawetenschappen is een stap te ver en kan niet hard gemaakt worden. Er zijn ook heldere kritische geesten die alfawetenschappen gestudeerd hebben.

      Verwijderen
    3. Natuurlijk heb je heldere kritische geesten binnen de alfawetenschappen. Ik bedoel alleen dat de speelruimte voor dubieuze stellingen groter is omdat de falsificatie vaak moeilijker blijkt. Maar de kritische (en zelfkritische) geesten zullen wel hun best doen om een mogelijke falsificatie te vergemakkelijken.

      Verwijderen
  2. Bij het lezen van media kan je je "automatische bias-corrector" in je hoofd activeren. Ik heb zo'n module ontwikkeld. Journalisten zijn volgens mij vaak gedreven mensen die vinden dat een deel van hun taak is te opiniëren. Zij willen ons "een geweten schoppen".
    Daarbij gaan ze zich vaak conformeren met andere journalisten (Het lijkt soms wel of journalisten met mekaar praten).
    Bovendien geloven ze dat indien hun boodschap alarmerend is (vooral de kop) de kans groter is dat ze gelezen en au sérieux genomen worden.
    Dat geldt voor alle kanten van het opiniespectrum:
    - kijk eens naar de alarmerende berichtgeving over ons onderwijs
    - en de dito berichtgeving over het klimaat
    Eigenlijk wordt veel informatie opgediend in het formaat "debat" of "disputatio". Volgens mij zijn de mogelijkheden van dit genre beperkt. Volgens mij komen in dit genre meestal de échte argumenten niet aan bod.
    Als je bepaalde kwesties op een dieper niveau begrijpt ga je je zelf een stuk minder opwinden bij het openen van de media.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Ja, een automatische bias-corrector kan helpen om alarmisme en slechte argumenten te doorzien, en zelf betere argumenten te ontwikkelen. Maar het helpt niet tegen eenzijdige feitenselectie.

      Verwijderen
  3. Ik wil hier zelfs het volgende aan toevoegen: somtijds moet je mensen beter begrijpen dan ze zichzelf begrijpen :-)

    BeantwoordenVerwijderen