maandag 28 juli 2025

Tomorrowland: het debat


       Tomorrowland is afgelopen. Allerlei voortreffelijke lieden hebben zich op de sociale en reguliere media uitgesproken over het festival: Geraard Goossens, Christophe Vekeman, Filip Rogiers, Pascal Cornet … Misschien word ik ook een beetje voortreffelijk als ik mij in het debat meng.
      Geraard Goossens was in zijn commentaren het scherpst. Hij nam zich voor om bij de volgende verkiezingen te stemmen voor de partij die ‘een simpel verbod op heel dat gruwelijke Tomorrowland in haar programma zet.’ Als hij naar beelden van Tomorrowland keek ‘voelde hij zich radicaliseren.’ Ik heb dat veel minder. Waar wij wonen, Keerbergen en Oostende, dringt het kabaal niet door. En als ik op het Nieuws iets zie dat mij niet interesseert, begin ik te scrollen ik op mijn mobieltje.
     Vekeman noemt Tomorrowland ‘al met al geen erg sympathiek festival.’ Hij verwijst naar mijn smaak terecht naar het ‘oorverdovend lawaai’ en heeft begrip voor de festivalgangers die om die reden naar verdovende middelen grijpen. Maar festivalgangers zelf lijkt hij ook ‘al met al niet erg sympathiek’ te vinden. Hij noemt ze ‘weekendyuppies’. Zelf heb ik op Facebook en in het echte leven enkele vage kennissen die graag het festival bezoeken: bezadigde, al wat oudere mensen uit de middenklasse, het soort mensen dat niet in beeld komt in de nieuwsverslagen. Ik ken ze niet goed genoeg om te weten of ze echt sympathiek zijn, maar ik heb geen reden om dat bij voorbaat uit te sluiten.
      Wat mijzelf het meest interesseerde was de snelle heropbouw van het podium na de brand. Als sympathisant van het vrije ondernemerschap doet zoiets mijn hart sneller slaan. Die Tomorrow-mensen die druk in de weer zijn om een organisatorisch wonder te verwezenlijken, slechts af en toe onderbroken door een half uurtje slaap. In mijn verbeelding zie ik kranige kerels die timmeren en iets met touwen omhoog hijsen, terwijl de baas rondloopt en bevelen schreeuwt. In werkelijkheid zal er wel vooral getelefoneerd zijn, en op vergaderingen onderhandeld over veiligheidsvoorschriften. Maar ook dat heeft zijn heroïek.
     En die heroïek stroomt door naar de nieuwsredacties. Remy Amkreutz, hoofdredacteur van De Morgen (20/7), werd er lyrisch van:

Het is alle hens aan dek: van de fotoredactie en de vormgeving tot de cheffen en de sitemedewerkers. Iedereen die op dat moment kan, werkt samen om de eerste belangrijke vragen te beantwoorden, duiding te verschaffen en inzicht te krijgen in wat er gebeurd is én wat er te gebeuren staat. 

     Als je zoiets leest lijkt het wel of Lady Di verrezen is om opnieuw om te komen in een tragisch ongeluk. Ik herinner mij de verhalen van mijn vrouw die toen hoofdredactrice was van een weekblad.
     Voormalig Standaard-journalist Filip Rogiers (DS 25/7) stoort zich aan al dat enthousiasme voor het vrije ondernemerschap. 

De teneur van die en andere verdwaasde kopij was dat de organisatie vermocht wat geen enkele overheid of politicus nog gedaan krijgt: in twee dagen tijd een nieuw hoofdpodium te bouwen … Zelfs de burgemeesters van Middelkerke en Lubbeek verdienen meer empathie. Wat bedoelen die zwijmelschrijvers eigenlijk? Dat de overheid zich (nog) minder moet bekommeren om een inderdaad tijdrovend en arbeidsintensief vergunnings- en handhavingsbeleid? Hebben sommige journalisten Atlas Shruggedvan Ayn Rand in hun koffer?

    Om op die laatste vraag te antwoorden: nee, onze journalisten zijn geen aanhangers van het extreme liberalisme van Ayn Rand. De meerderheid van hen zijn línks-liberalen. Links voor migratie, diversiteit, klimaat, herverdeling en dekolonisering, en op de cultuurpagina’s zijn ze antikapitalistisch. Maar anderzijds ook een beetje liberaal voor de economie en de markt. Iedere keer als er iets misloopt op gebied van milieu of veiligheid eisen ze strengere regulatie, maar in het algemeen leeft ook het besef dat overdreven regulatie het economisch initiatief kan afremmen* en dat men niet álles aan de overheid moet overlaten. ‘Stel nu dat daar in Boom mensen in de brand waren gebleven …’ schrijft Rogiers. Zeker, in dat geval zou de pers de kapitalistische organisatoren hebben afgemaakt. Dan hadden we ‘links’ geschrijf te lezen gekregen. Maar als het eens goed gaat, dan krijg je soms een sprankel liberalisme.
      Wie ook knuppel in het hoenderhok gooide was Pascal Cornet. Zijn bijdragen op Facebook lees ik bijzonder graag. Op 17 juni liet hij ‘voor een keer de emotie (in casu verontwaardiging) primeren op de ratio’ en postte ‘een commentaar met een bewust provocatieve toon’. Enkele dagen later schreef hij een vervolg. Ik citeer uit de twee posts.

Staat die wansmakelijke kitschbarak van Tomorrowland in de fik? I couldn’t care less. Maar wat me wel verontrust is dat dit item meer dan tien minuten lang vooraan in het 19 uur-Journaal van de door N-VA en Blok gecontroleerde VRT wordt uitgesmeerd. Met nadruk op de vraag of het de aandacht afleidende feest morgen wel kan doorgaan en wat dat rijkeluiszootje snuivers dat van overal ter wereld naar hier is overgevlogen daarbij voelt … Bovendien wordt die nieuwsdienst ideologisch gestuurd. Door de aandacht buitenproportioneel op TML te vestigen, wordt hij afgeleid van de zionistische genocide waar onze leiders geen afstand van wensen te nemen.

     De bezwaren van Cornet tegen de Tomorrow-hype zijn van velerlei aard: esthetisch (‘kitsch’), sociaal (‘rijkeluiszootje’), moreel (‘snuivers’**), politiek (‘zionistische genocide’) en mediakritisch (‘buitenproportionele aandacht’). Dat laatste noemt hij zelf zijn ‘belangrijkste boodschap’.
     Intrigerend vond ik de frase over de ‘door N-VA en Blok gecontroleerde VRT’. Hoe moet ik mij dat voorstellen? Kan deze sketch helpen? Frieda Brepoels, voorzitster van de raad van bestuur van de VRT, leest op de sociale media iets over de brand bij Tomorrowland. Zelf is ze lid van N-VA maar ze is ook beste vriendjes met de Vlaams Belang-leden van de raad van bestuur. Na overleg met hen pleegt ze een telefoontje naar de nieuwsdienst: ‘Zeg, hebben jullie het gehoord van de brand? Besteed daar eens wat aandacht aan. Dat is ten minste iets anders dan dat geleuter over de genocide in Gaza of over zogezegde wapentraffiek met Israël. Ik wil vanavond 10 minuten over Tomorrowland, of anders zwaait er wat.’
     Deze kleine sketch is natuurlijk een provocerende overdrijving. Om te beginnen zijn N-VA en Vlaams Belang lang niet zulke goede vrienden. Als de VRT politiek gecontroleerd wordt, dan is dat door N-VA, CD&V en Vooruit. En dan zeg ik nog niets over de manier waarop die ‘controle’ zou verlopen. Dat moet, als je het statuut van de nieuwsredactie leest, wel héél subtiel in zijn werk gaan. De vraag is eigenlijk of ik de sketch zo onder handen kan nemen, door de ene hyperbolische laag na de andere af te pellen, dat er aan het einde toch nog iéts overblijft van het verband tussen de ‘controle van N-VA en Blok’ en het ‘afleiden van de aandacht van Gaza’.
      Kan de redenering van Cornet worden gered door een onderscheid te maken tussen expliciete bedoeling en effect? Cornet hint in die richting voordat hij over de 
ideologische sturing begint: 

Mijn bedenking: TML heeft wél met Gaza te maken … ‘Entertainment en realiteit hebben met elkaar te maken’. TML is het feest van het escapisme, dat aan het besef van de realiteit van – onder meer – Gaza wil ontkomen. Entertainment en realiteit zijn als communicerende vaten: hoe meer aandacht voor entertainment (niet alleen TML maar ook sport, bijvoorbeeld de Tour de France, waarin ikzelf soelaas vind voor de ondraaglijkheid van een voortdurend realiteitsbesef), hoe minder aandacht voor de realiteit.

      Hier zou het dwaas zijn om het escapisme als menselijke behoefte en als moreel probleem te ontkennen. Maar dan rijst een nieuwe vraag: heeft dat veel met Gaza te maken? Zou Cornet zónder Gaza met minder interesse de Tour de France volgen? Zouden VRT en VTM zónder Gaza minder minuten besteden aan Tomorrowland? Zou ikzelf zónder Gaza ’s avonds minder naar Netflix kijken? Ik betwijfel het.
      Ik deel de mening van Cornet dat Nieuws en Journaal in het algemeen niet het ‘juiste gewicht aan de dingen geven’. Maar die eensgezindheid zal, vrees ik, niet lang standhouden als we naar het concrete niveau afdalen. Cornet schrijft:  ‘Met een paar tientallen vertrappelde of verbrande festivalgangers zou een kwartier in het televisiejournaal zeker welbesteed zijn geweest.’ Ach, denk ik dan, welnee, het moeten niet altijd rampen zijn. Het mag ook wel eens goed aflopen. En dat mag ook wel eens getoond worden.

 

* Al gelooft Dominique Deckmyn van De Standaard dan weer dat artificiële intelligentie en sociale media nooit genoeg kunnen worden gecontroleerd. 

** Bij andere gelegenheden hekelde Cornet het ‘hedonistische idee van vrijheid’ achter Tomorrowland.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten