zaterdag 30 augustus 2025

De 'bevrijdingsoorlog' van Hamas

 


   Veel van de anti-Israël-commentaren lees ik met tegenzin. Ze staan vol met eenzijdig geselecteerde feiten, onzorgvuldige redeneringen, haastige conclusies, weerlegging van stropoppen, slagen onder de gordel, en verweving van emotie, moraal en politiek. Je vindt die kenmerken natuurlijk ook in veel pro-Israël-commentaren terug, maar die lees ik voor de aanvullende informatie, niet voor de redeneringen. Als ik echter op een anti-Israël-commentaar wil reageren, moet ik mij eerst een weg banen door een oerwoud van framing om een rationele kern te vinden die het weerleggen waard is.
      Helemaal anders is het gesteld met het anti-Israël-stuk van Eddy Daniëls op Doorbraak. Het is, zoals alles wat Daniëls schrijft, een plezier om te lezen. Er is eigenlijk maar één zin waaraan ik heb mij gestoord. Daniëls schrijft dat het muziekfestival waar de Hamasmilities hun slachting aanrichtten een ‘provocatie’ was aangezien het plaatsvond ‘op twee kilometer van de openluchtgevangenis die Gaza was.’ Tja, als je zo begint … Ik heb FB-vrienden die een muziekfestival op 25 kilometer van hun huis al een provocatie vinden.
     Een van de verschillen tussen Daniëls en mij is dat hij – ook inzake de Islam bijvoorbeeld – over een groter arsenaal zekerheden beschikt dan ik. Zo vindt hij de genocidale intenties van de Israëlische regering afdoende bewezen door Netanyahu’s verwijzing naar de vernietigingsoorlog die de Joden in Bijbelse tijden hebben gevoerd tegen de Amalekieten. Ik vind zo’n verwijzing veel dubbelzinniger, zoals ik in een stukje van twee jaar geleden heb uiteengezet*. Bovendien is de genocidale interpretatie in tegenspraak met Netanyahu’s veel duidelijker beweringen dat hij ‘het volk van Gaza wil verlossen van de dictatuur van Hamas.’ En ook uit dié bewering zou ik trouwens niet met zekerheid de ware intenties van Netanyahu durven afleiden.
       Maar de kern van Daniëls zijn betoog is ijzersterk. Hij weerlegt het pro-Israël-standpunt van Mark Geleyn. Die oud-diplomaat had in een eerder interview op Doorbraak gezegd dat Israël de oorlog slechts kan stoppen als Hamas verslagen is. Waarop Daniëls krachtig antwoordt: ‘Maar Hamas kán niet verslagen worden.’ Dat is een argument dat regelrecht uit de Realpolitik komt, en waar ik niet omheen kan. Daniëls schrijft:

Geleyn dwaalt als hij denkt dat het hier gaat om ‘een uiterst complexe stadsoorlog, in een dichtbevolkte omgeving, met een vijandige bevolking’. Het gaat om een bevrijdingsoorlog in een stedelijke omgeving. Israël slaagt er ongetwijfeld in om duizenden Hamas-strijders te elimineren, en zijn commandostructuur te amputeren … Waar het niet in zal slagen, is de haat in de harten van de Palestijnen te vernietigen … Ik voorspel dat de zionisten vroeg of laat dat wespennest [Israël] opnieuw zullen evacueren. 

     Schrik niet, lezer, van dat mooi klinkende woord ‘bevrijdingsoorlog’. Daniëls wil daarmee Hamas niet ‘verdedigen’ of ‘goedpraten’. Daniëls heeft, net als ik, in zijn jeugd een maoïstische opvoeding genoten. Hij heeft die al lang achter zich gelaten, maar er is, geloof ik, iets blijven hangen van Mao’s leer over de ‘hoofdtegenstelling’ en de ‘secundaire tegenstellingen.’ In die visie valt de Israël-Palestina kwestie uiteen in verschillende conflicten: Arabische nationalisten tegen Joodse nieuwkomers, islam tegen jodendom, theocratie tegen liberale democratie, innovatieve vrije markt tegen informeel en dirigistisch cliëntelisme. Maar de eerste tegenstelling is de ‘hoofdtegenstelling’. Eerst moet de nationale kwestie worden opgelost. De Palestijnen moeten eerst de soevereiniteit terugkrijgen over hun land. Daarna moeten ze zelf beslissen wat er met de godsdienst, de politiek en de economie gebeurt. Wij kunnen dat niet in hun plaats doen**.
     Daniëls heeft natuurlijk gelijk dat nationalisme – ook en vooral in zijn wraakzuchtige vorm – een sterke drijfveer vormt. In de Vietnamoorlog is het makkelijker om de overwinning van het Noorden uit te leggen vanuit een nationalistische verzetsdrang dan vanuit een communistische droombeeld. Maar ik twijfel aan de algemene geldigheid van het schema. Was de ‘hoofdtegenstelling’ bij Iraanse revolutie van 1978 een nationalistische reactie tegen buitenlandse inmenging of een religieuze reactie tegen de moderniteit? De realiteit is complexer dan het schema. 
     Salman Rushdie moet gezegd hebben: A free Palestine would be a Taliban state. Is that what the progressive movement of the western left wants to create?’ Ik veronderstel dat Daniëls best akkoord zou kunnen gaan met de voorspelling van Rushdie. Hij zou wellicht antwoorden dat de ‘western left’ dat probleem niet kan oplossen, wat waar is.
     Ik vermoed dat Daniëls zijn definitieve mening over het conflict gevormd in een tijd dat de leiders van het Palestijnse verzet grotendeels seculier waren. Hij beseft natuurlijk dat dat nu niet meer het geval is, maar hij blijft vasthouden aan zijn nationalisme-analyse. De aard van de hoofdtegenstelling hangt in het maoïstisch schema immers niet af van de 
toevallige ideologie van de leiders, maar van de objectieve omstandigheden. Verfrissend bij dat alles is echter dat Daniëls tenminste niet aan wishful thinking doet en het nationalistisch Groot-Palestina niet voorstelt als het paradijs waar Joden en Palestijnen vreedzaam zouden kunnen samenleven. 
      Overigens, dat Palestijns nationalisme is allemaal goed en wel, maar hoe zit dat met het Israëlisch nationalisme? Ook dat is een sterke drijfveer. Een lezer reikte mij een quote aan van de Israëlische academicus Dan Shueftan : ‘We have a good life and from time to time we have to fight.’ Daniëls daarentegen voorspelt dat de zionisten vroeg of laat uit de regio zullen emigreren, en dat ze hun bloeiende economie en hun Joodse staat zullen achterlaten, om van het gedonder af te zijn. Uiteindelijk, redeneert Daniëls, stellen die 7 miljoen Joden niets voor te midden van de Arabische massa’s die hen omringen. 
     Maar de vraag is of die Arabische massa’s nog altijd hetzelfde anti-Joodse blok vormen van 50 jaar geleden. Sommige experten voorspellen dat Israël steeds betere betrekkingen zal kunnen aanknopen met de omringende landen. En dan is het de vraag of de Palestijnen eieren voor hun geld zullen kiezen, dan wel als eeuwige rebellen tussen hamer en aambeeld terecht willen komen. En of Israël in staat zal zijn om te deradicaliseren.

* Voor dat stukje over de Amalekieten, zie mijn stukje hier.

Brugge en Israël

     De gemeenteraad van Brugge heeft voor haar aankoopbeleid een mensenrechtentoets goedgekeurd. Het komt erop neer dat de stad geen Israëlische producten meer zal aankopen. Dat zou er volgens oppositiepartij Groen moeten toe leiden dat het AZ Sint-Jan geen medicijnen meer koopt van het merk Teva. Dat bedrijf levert namelijk ook medicijnen aan het Israëlische leger en, zoals dat bij alle Israëlische bedrijven het geval is, kunnen de werknemers als reservist voor het leger worden opgeroepen.
     Een kleine stap voor Brugge, een grote sprong voorwaarts voor Palestina.

De Standaard, De Wever, Netanyahu.

     Volgens De Standaard verdedigt Bart De Wever het ‘Netanyahu-standpunt.’ Koen Vidal schrijft in zijn commentaar (28/8) dat

Bart De Wever het kernkabinet binnenging met een standpunt dat eigenlijk niet veel verschilt van dat van de Israëlische premier Benjamin Netanyahu. Voor er over toegevingen aan de Palestijnen kan worden gedacht, moeten drie voorwaarden vervuld zijn: demilitarisering van Hamas, vrijlating van alle gijzelaars, veiligheidsgaranties voor Israël.

     De vergelijking houdt geen rekening met de context. Bij Netanyahu is die context de oorlog. Zijn leger rukt Gaza-stad binnen en hij wil daarmee doorgaan zolang zijn drie voorwaarden niet zijn vervuld. Bij De Wever is die context de Europese diplomatie. Hij wil de erkenning van Palestina, uiteraard tegen de zin Israël, verbinden aan drie voorwaarden waarover kan worden onderhandeld.
      In dat verband lees ik soms het argument dat Europa zijn erkenning van Israël maar moet intrekken als dat land niet aan bepaalde voorwaarden voldoet. Maar zo gaat dat niet: eenmaal erkend, altijd erkend. Dat is juist een reden om de erkenning van Palestina niet té voortvarend door te drijven, zoals we ook de opname van Oekraïne in de EU niet te voortvarend en zonder voorwaarden mogen doorvoeren.

Diversiteit en leerprestaties

     In haar campagne tegen de ‘witte’ scholen stelt De Standaard de vraag of diversiteit weegt op de leerprestaties in de klas. De krant laat daarvoor experten aan het woord: Kristof De Witte en Orhan Agirdag. Kristof De Witte is voorzichtig in zijn antwoorden, maar Agirdag heeft een radicale mening over de kwestie. Ik zou voor het evenwicht ook een expert aan het woord gelaten hebben die een even radicale mening had als Agirdag, maar dan in de tegenovergestelde zin.
     Het is bekend dat wetenschap wel eens onze intuïties tegenspreekt, maar als dat in de pedagogie gebeurt, ben ik wantrouwig. Agirdag beweert dat er 

scholen in Vlaanderen zijn met zeer grote diversiteit die uitstekende leerprestaties laten optekenen:Als we die onderzoeken, blijken het scholen met een warm-strenge aanpak, waar talige en religieuze diversiteit niet wordt uitgesloten, maar juist omarmd … Dat zien we ook in sommige landen, waar minderheden het nu al beter doen dan de meerderheidsgroep.’    Mag ik mij hier enig scepticisme veroorloven? 

     We weten allemaal hoe delicaat statistische regressieanalyses zijn. 

Trump en Poetin

      Ik lees vaak dat Trump en Poetin het goed met elkaar kunnen vinden omdat het twee dicatoriale bullebakken. Dat is een misvatting, vindt Ian Buruma (DS 28/8). ‘Trumps grote vergissing is om te denken dat Poetin een zielsverwant van hem is.’ Trump is iemand die alleen denkt aan ‘rijkdom, seks en roem.’ Poetin daarentegen is iemand die gedreven wordt door een pervers politiek project. Trump wil nú de populairste zijn, Poetin wil in de geschiedenisboeken komen. Om het in de woorden van Gerard Reve te zeggen: Trump is een dief, en Poetin is een moordenaar. Of, in de woorden van Buruma zelf, toen hij het Hitler-boek van Kershaw besprak, Trump is een ‘cynical operator’ en Poetin is a ‘true believer’. De eerste wil deals sluiten, de tweede gaat door tot het einde, en wil desnoods de hele wereld in zijn val meesleuren.
     Laten we hopen dat Poetin slechts een halve ‘believer’ is, en daarnaast een halve ‘cynical operator’.

 

4 opmerkingen:

  1. Citaat: "Je vindt die kenmerken natuurlijk ook in veel pro-Israël-commentaren terug, maar die lees ik voor de aanvullende informatie, niet voor de redeneringen."

    Dat is toch nogal slappe koffie waar u mee af komt.

    Het gaat er niet over of je anti-Israelisch, anti-Palestijns, pro-democratisch, pro-Westers, anti- of pro-Islamitisch etc bent.

    Er zijn nogal wat feiten, en moderne Westelijke na-oorlogse opvattingen over het niet met geweld veroveren van land, behalve om het terug in te nemen als een ander het heeft afgepakt.
    Lees nog eens wat David Ben Gurion (zie hierna voor de gemakkkelijkheid - terug te vinden o.a. op Wikipedia) daarover meende, absorbeer die tekst en weerleg die als u het er niet mee eens bent, graag met dezelfde helderheid van expressie.
    Nu staan we in het heden, Israel is rotsvast gevestigd als machtig land met kernwapens in het voormalige Palestina, de Palestijnen zijn murw geslagen.
    De Joden hebben een thuisland nodig, maar de Palestijnen ook. De voorbije 2000 jaar en langer hebben de Palestijnen in Palestina gewoond (nu grotendeels Israel), het is niet aan ons om hun dat recht af te nemen. Het is niet omdat de Joden meermaals zijn verdreven, of hun zgn. Beloofde Land indertijd hebben veroverd, dat de Palestijnen dan ook maar moeten aanvaarden verdreven te worden of onder 'curtail' geplaatst te worden.
    Als u meent dat dat wel kan, beken kleur, en schrijf dat!

    D. Ben Gurion:
    Why should the Arabs make peace? If I was an Arab leader I would never make terms with Israel. That is natural: we have taken their country. Sure, God promised it to us, but what does that matter to them? Our God is not theirs. We come from Israel, it's true, but two thousand years ago, and what is that to them? There has been anti-Semitism, the Nazis, Hitler, Auschwitz, but was that their fault? They only see one thing: we have come here and stolen their country. Why should they accept that?

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. 1) De Joden hebben recht op een thuisland: het Israël van nu.
      2) De Palestijnen hebben recht op een thuisland: het volledige Gaza-gebied + de volledige West Bank + een deel van Oost-Jeruzalem.
      3) De extreme Zionistische oplossing van een Groot-Israël is onrechtvaardig, leidt tot apartheid en is wellicht ook onrealistisch op de lange termijn.
      4) De extreme Palestijnse oplossing van een Groot-Palestina is minstens onrealistisch gezien de sterkte van Israël en de vijandigheid van de twee volkeren.
      5) Op de vraag van Ben Gurion: 'Waarom zouden de Palestijnen een 2-statencompromis moeten aanvaarden?' Uit pragmatisme.

      Verwijderen
    2. Citaat: "Uit pragmatisme".

      Gaat de Israëlische regering pragmatisch zijn?

      Neen, niet uit pragmatisme, noch aan Israëlische kant, noch aan Palestijnse kant.

      Uit macht, en onmacht, respectievelijk.

      Verwijderen
    3. 'Uit pragmatisme' was een antwoord op de vraag van Gen Gurion. Uiteraard verklaart 'macht' en 'onmacht' het reële gedrag. Zie een stuk dat ik schreef vóór de Gaza-oorlog. https://philippeclerick.blogspot.com/2021/05/israel-palestina-10-principes.html

      Verwijderen