donderdag 10 juni 2021

Verplichte boeken


      Er zijn naar het schijnt boeken die je in huis móet hebben, al zou ik niet goed weten welke. Amerikanen en Engelsen met culturele pretenties konden zich indertijd inschrijven op de ‘Great Books of the Western World’. Gewiekste verkopers trokken van deur tot deur om brave huisvrouwen een setje van 54 – en later 60 – kloeke delen aan te smeren, alles op afbetaling en elke maand keurig aan huis geleverd. Sommige van die boeken heb ik gelezen, maar veel andere niet, en ik ben ook niet van plan dat ooit te doen. Deel 10 bijvoorbeeld bevat de geschriften van Hippocrates en Galenus, twee geneesheren uit de oudheid wier inzichten ondertussen in de medische wereld niet meer algemeen aanvaard worden.
     Er zijn echter ook boeken waarvan het verplichte bezit zich beperkt tot een deelpubliek. Dat is makkelijker. Een dokter hoort Gray’s Anatomy in huis te hebben, een psychiater de DSM-5, een christen de Bijbel, een alcoholist het Grote Boek van de AA, een marxist Het kapitaal van Marx en een libertair Het menselijk handelen van Ludwig von Mises. De vraag die zich dan voordoet is deze: moeten die dokter, die psychiater en die libertair dat verplichte boek ook helemaal lezen? Zo’n verplicht boek is vaak nogal taai.
     Neem nu Het kapitaal. Welk soort boek is dat? Laten we er even een onverdachte bron bij halen, de bekende Chinese marxist Mao Zedong. In 1942 schreef hij een stuk met de wervende titel ‘Bestrijd de stereotiepe stijl in partijgeschriften’. Het heeft niet veel geholpen want het proza van zijn communistische partij is na 1942 even stereotiep en vervelend gebleven als daarvoor*. Mao wist eigenlijk op voorhand dat er aan die verveling niets te doen was en zag maar één praktische oplossing: korter schrijven. Dan werd de verveling ten minste beperkt in de tijd. Mao gaat ook in op een mogelijke tegenwerping. ‘Sommigen zullen vragen: “Is Het kapitaal dan niet erg lang? Wat moeten we daar dan mee doen?” Het antwoord is simpel: blijven lezen.’ Ik weet niet hoe dat bij jullie overkomt, maar als ik zoiets lees, krijg ik de indruk dat Mao zelf aan dat ‘lange’ boek zijn tijd niet verloren heeft.  Wat kon hem de ‘relatieve afneming van het variabele deel van het kapitaal bij voortgang van de accumulatie en van de daarmee gepaard gaande concentratie’ schelen? Hij las, geloof ik, liever spannende boeken over de Chinese geschiedenis, met avonturen, geweld en politieke intriges, of populaire filosofische traktaten van Friedrich Engels.
     Of neem Het menselijk handelen van Ludwig von Mises. Ook hier laat ik een onverdachte bron aan het woord, de bekende Amerikaanse socioloog Charles Murray. In het charmante ‘What It Means to Be a Libertarian’ geeft hij een lijstje met interessante leestips. ‘For those who are more ambitious, the closest thing to the canonical text among the Austrian economists is Ludwig von Mises’ Human Action.  It is exceedingly tough going, however.’ Alweer besluipt mij de twijfel. Heeft Murray dat ‘extremely tough going book zelf wel gelezen? Wilde hij wel met alle geweld het verschil kennen tussen de ‘entrepreneurial component of the gross market rate of interest’ en de ‘price premium as a component of the gross market rate of interest’? Misschien dacht hij: de oude Mises zal wel gelijk gehad hebben; ik ga dat niet controleren; ik kan mijn tijd beter gebruiken om nog een extra reeks statistieken te verwerken.
     Wat Mao of Murray wel of niet gedaan mogen hebben, het zijn mijn zaken niet. Zelf heb ik Het kapitaal gelezen toen ik twintig was, tijdens een vakantie in Oostenrijk. Terwijl mijn ouders lange wandelingen maakten, zat ik op een bankje te lezen over ‘de voortgang van de kapitaalaccumulatie’. Er was veel wat ik niet begreep, maar wat ik wel begreep, streepte ik vlijtig aan in blauwe inkt en ik gaf er later ‘vorming’ over, zoals de tekening hierboven bewijst. 
     Na mijn geloofsafval kon ik met Het kapitaal niet veel meer aanvangen. Human Action lezen dan maar? Was ik aan mijn nieuw geloof niet verplicht om minstens hetzelfde te doen als ik voor het oude had gedaan? Ik heb gewacht tot aan mijn pensioen, heb dan mijn moed verzameld, heb drie keer geslikt en ben er uiteindelijk aan begonnen. Alweer was er veel wat ik niet begreep. Maar ik heb op mijn Kindle ook nu vlijtig aangestreept wat ik wel begreep. Zo ongeveer. 

 

* Daar schreef ik hier al iets over.

1 opmerking:

  1. Boeken met 'great ideas' willen nogal eens erg taai of saai zijn voor mensen met een beperkt denkvermogen, zoals ik.
    We hebben mensen nodig die het zelf doorploeterd hebben en de 'great ideas' kunnen vertellen.
    Waarvoor dank!

    BeantwoordenVerwijderen