Linksliberale bevoogding
Ik heb mij voorgenomen om de artikelenreeks in De Standaard over bewerkt voedsel uit te knippen. Misschien schrijf ik dan ooit een langer stuk over de nanny-state. Misschien ook niet, omdat Rik Torfs er wellicht over zal schrijven vóór ik mijn gedachten op orde heb. Maar ik wil nu al een algemene opmerking maken.
In een boek dat ik aan het lezen ben, The Myth of Left and Right, wordt betoogd dat ‘links’ en ‘rechts’ inhoudsloze etiketten zijn. Dat blijkt volgens de auteurs onder andere hieruit dat zowel links als rechts zo vaak van mening verandert en zichzelf tegenspreekt. En zelfs op een en hetzelfde moment hangen de kampen tegenstrijdige beginselen aan, al naar gelang het onderwerp.
Zelf gebruik ik de laatste tijd graag het begrip ‘links-liberaal’ waarmee ik mensen als hoofdredacteur Karel Verhoeven, moraalfilosoof Ignaas Devisch en schrijver Ilja Leonard Pfeijffer aanduidt. Die laatste zou ik ook bij de linksradicalen kunnen rekenen, maar omdat hij zich in een recent essay op het het klassieke ‘culturele’ liberalisme beriep, krijgt hij wat mij betreft een plaatsje in de club. Laten we eens drie beweringen tegenover elkaar stellen
Karel Verhoeven
‘Het idee dat we als individu in alle vrijheid en autonomie kiezen wat we eten, is aan herziening toe.’
– Context: maatregelen van de overheid tegen het onbeperkt produceren, promoten en consumeren van bewerkt voedsel.
Ignaas Devisch:
‘Wij gaan er nog altijd van uit: mensen mogen fouten maken wanneer het op hun gezondheid aankomt.’
– Context: maatregelen van een verzekeringsmaatschappij om korting te verlenen aan mensen die er een gezonde levenstijl op nahouden
Ilja Leonard Pfeijffer:
‘Individuele vrijheid dient het uitgangspunt te zijn van de staatsinrichting, niet omdat vrijheid gelukkig maakt – het tegendeel is het geval – …, maar omdat ieder mens er recht op heeft om ongelukkig te zijn op de manier die hij verkiest, en omdat ieder alternatief voor een dergelijke vrijheid er noodzakelijkerwijs op neerkomt dat iemand anders voor ons bepaalt … hoe wij ons leven dienen te leven.’
– Context: Pleidooi voor een ‘cultureel’ liberalisme tegen een economisch liberalisme.
Minstens twee van die drie beweringen lijken elkaar tegen te spreken. Maar is dat ook zo? Misschien gaan ze alle drie akkoord met het algemene uitgangspunt van Pfeijffer, én met een strenge reglementering van bewerkt voedsel, én met een verbod om verzekeringspremies te laten afhangen van een gezonde levensstijl. Als ze het slim aanpakken zeggen ze dan niet dat ze de burger tegen zichzelf beschermen, maar dat ze hem beschermen tegen machtige concerns, tegen Big Food en Big Insurance.
En dan is er nog de kwestie van de nuances. Zelfs ik niet tegen élke regeling rond voedselveiligheid en verzekeringscontracten. Maar een rechtsliberaal zal daarin altijd veel minder ver in gaan dan een linksliberaal. ‘Linksliberaal’, het blijft een nuttig begrip.
* Verhoeven: DS 19/11, Devisch: VTM-nieuws 18/11, Pfeijffer: essay op Liberales – zie ook mijn stukje hier.
De Wereld Morgen en de PVDA
Slechts heel af en toe bekijk ik de artikels op De Wereld Morgen. Ik heb voor mijzelf een overzichtelijke doch wellicht voorbarige conclusie getrokken: ‘links van de PVDA’ of ‘de site die durft schrijven wat de PVDA niet durft zeggen.’
De organisatie was voor het komende jaar 250.000 euro subsidie beloofd, maar dat wordt nu met 100.000 euro verminderd tot 150.000 euro, ‘ondanks haar gunstige evalutie’. Rechts vindt dat nog altijd te veel en haalt aan dat subsidies voor De Wereld Morgen eigenlijk subsidies zijn voor de PVDA. Dat hoofdredacteur Seppe De Meulder enige tijd voor die partij heeft gewerkt wordt als argument ingebracht.
Ik laat het aan anderen over om te onderzoeken of er organisatorische banden bestaan tussen De Wereld Morgen en de PVDA. Mij interesseert zoiets niet. Seppe De Meulder heeft een verontwaardigde tekst geschreven* waarin hij zijn verleden bij de PVDA uit de doeken doet en uitlegt waarom hij zijn betrekking bij die partij heeft opgezegd.
‘Na zes maanden was het voor iedereen duidelijk dat ik veel te eigenzinnig ingesteld ben om voor een politieke partij te kunnen werken en diende ik mijn ontslag in. Dat is ondertussen vijf jaar geleden.’
Ik geloof hem op zijn woord.
Maar nu stel ik mij de vraag: heeft De Meulder ook ideologisch en politiek afstand genomen van de PVDA? Toch niet in de teksten die ik van hem heb gelezen. En als hij inderdaad ideologisch en politiek ongeveer op de PVDA-lijn zit, waarom is hij dan zo verontwaardigd? Heeft hij ooit iets tégen de PVDA geschreven? Zelf werd mij door iemand die beter moest weten ooit aangewreven dat ik mijn standpunten coördineerde met de N-VA. Dat was niet waar. Ik ben nooit lid geweest van N-VA. Ik ken niemand persoonlijk die lid is van N-VA, behalve mijn tandarts. Ik ben geen aanhanger van het nationalisme, wat toch de N-VA-ideologie is.
Toch was ik niet érg verontwaardigd door de valse beschuldiging. Ik heb namelijk wel vaker een N-VA-standpunt verdedigd. Ik heb op enkele uitzonderingen na nooit iets tégen N-VA geschreven. Ik stem op die partij. Als iemand mij dan in de N-VA-hoek wil stoppen, heb ik dan het recht om verontwaardigd zijn?
De positie van De Meulder is natuurlijk enigszins anders. Hij moet niet zichzelf, maar zijn organisatie en haar subsidies verdedigen. Maar er zijn ook gelijkenissen. Mocht mijn blog subsidies van de staat ontvangen, dan zou ik enig begrip opbrengen voor een linkse agitator die beweert dat subsidies voor Clericks Weblog eigenlijk subsidies voor N-VA zijn. Het zou niet waar zijn, maar ik zou begrijpen wat men ongeveer bedoelt.
* De Meulder heeft aan zijn tekst een post scriptum toegevoegd over een heel ander onderwerp. Hij begrijpt niet waarom de thuisverpleegsters die van fraude verdacht wordt, en nog niet veroordeeld werd, met naam en foto in de pers komt. Ik begrijp dat ook niet. En ik begrijp niet waarom ik die terechte kritiek tot nu toe alleen hier heb zien voorbijkomen.
Artikel 23
Artikel 23 van de Grondwet garandeert
het recht van eenieder op een menswaardig leven, met inbegrip van: het recht op arbeid, op vrije beroepskeuze, op billijke werkomstandigheden en loon, op informatie, overleg en collectief onderhandelen, op sociale zekerheid, op bescherming van de gezondheid en op sociale, geneeskundige en juridische bijstand, op een behoorlijke huisvesting, op de bescherming van een gezond leefmilieu en op culturele en maatschappelijke ontplooiing.
Zulke bepalingen geven een rechter de macht om een politieke beslissingen en wetgeving te schorsen omdat die volgens het inzicht van de rechters een van die rechten schendt. Daardoor kan het beleid geblokkeerd raken. Mark Elchardus stelde voor om dat op te lossen door een procedure van ‘volksberoep’ in te voeren, waarbij een tweederde meerderheid van het parlement bepaalde gerechtelijke uitspraken kan negeren. Quinten Jacobs stelt voor dat het parlement periodiek een verklaring aanneemt over de interpretatie van die rechten. Geert Bourgeois (DS 20/11) stelt voor om de rechten te herformuleren als beginselen.
Zelf stel ik voor om artikel 23 af te schaffen. Ik ben een groot voorstander van billijke lonen, informatie, gezondheid, cultuur, enzovoort, maar die zaken horen niet in een Grondwet thuis.

Toen de stelling werd geponeerd dat bewerkt voedsel even schadelijk is voor de volksgezondheid als sigaretten, heb ik wel eventjes halt gehouden. Niet dat ik doorgaans veel vertrouwen heb in het wetenschappelijk gehalte van onheilstijdingen maar dit heeft wel weg van een moderne kruisvaart, waar men - als er geen Saraceen te bekennen is - dan maar een orthodoxe christen aanvalt omdat anders de kruisvaart stokt.
BeantwoordenVerwijderenD.
ik geloof dat D. Murray dit soort activisme om het activisme het "Saint-George and the dragon-syndrome" noemt, sterk verwant met TDS en sinds de Hamas-rage ook het NDS
Verwijderen