Ik ben voorstander van vrije verkiezingen, waarbij een ontevreden volk, na enkele jaren, van regering kan veranderen zonder volksopstand. Maar de precieze modaliteiten van die verkiezing interesseren mij minder. Directe of getrapte verkiezingen, kleine of grote kiesdistricten, presidentiële of parlementaire regimes … Ik ga ervan uit dat elk systeem met zijn voor- en nadelen komt.
Mark Elchardus argumenteerde onlangs tegen winner takes all-systemen omdat zoiets tendeert naar tweepartijenstelsels. Maar wat nu juist verkeerd is aan de tweepartijenstelsels, is niet helemaal duidelijk. Ofwel gelijken de twee partijen teveel op elkaar, schrijft Elchardus, zoals in de VS van de jaren 70, ofwel gaan de partijen teveel van elkaar verschillen, zoals in de VS van nu. Maar in landen met meer partijen zijn die twee tegenstrijdige tendenties van uniformiteit en polarisatie ook waar te nemen, dus aan het tweepartijenstelsel zal het niet liggen.
Maar als ik stukken lees over de ‘gerrymandering’ in de VS, moet ik mijn oude onverschilligheid laten varen. Het gaat om staten met Republikeinse meerderheden waarbij de kiesdistricten hertekend worden in hun voordeel. Een district waar veel Democratische kiezers wonen wordt in kleinere deeltjes opgesplitst en gevoegd bij districten waar ze verdrinken in een Republikeinse meerderheid. Het is een oude praktijk, beide partijen hebben het gedaan, en vaak zijn er technische redenen om kiesdistricten te hertekenen. Maar als een partij de autoritaire richting uitgaat, is hier een ruime marge voor manipulatie.
Ik ben te conservatief om op dit punt voor grote hervormingen te pleiten, maar ik heb in het licht van recente evoluties een voorkeur ontwikkeld voor kiesstelsels die garanties bieden tegen autoritaire tendensen: grote kiesdistricten, proportionele zetelverdeling, relatief lage kiesdrempels en … opkomstplicht.
Als ik vroeger de voor- en nadelen van de opkomstplicht overdacht, woog het nadeel van de verplichting altijd zwaarder door. Nu zie ik dat anders. Als iedereen móet gaan stemmen, kan men geen intimidatie gebruiken tegen groepen of individuen die daardoor niet zouden dúrven gaan stemmen. In een verder gepolarizeerde samenleving zou dat een gevaar kunnen zijn.
 
Als je nu eens een even grondige analyse maakte van HLN de grootste krant van het land? Waarom blij je toch De Standaard lezen?
BeantwoordenVerwijderenVind ik eigenlijk ook.
Verwijderen‘Het blijkt dat ongeveer 90 procent van al het plastic dat de oceanen van de wereld bereikt, door slechts 10 rivieren wordt gespoeld: de Yangtze, de Indus, de Gele Rivier, de Hai-rivier, de Nijl, de Ganges, de Parelrivier, de Amoer, de Niger en de Mekong (in die volgorde). (EV: geen enkele stroom uit het Westen dus.)
BeantwoordenVerwijderenZe lopen allemaal door gebieden waar veel mensen wonen - in sommige gevallen honderden miljoenen mensen. Maar wat belangrijker is, is dat deze gebieden niet over voldoende infrastructuur voor afvalinzameling of recycling beschikken. Er is ook weinig publiek besef dat plastic afval überhaupt een probleem is, dus veel afval wordt in de rivier gegooid en verdwijnt gemakkelijk stroomafwaarts.’
https://www.dw.com/en/almost-all-plastic-in-the-ocean-comes-from-just-10-rivers/a-41581484
Ons land behoort bij de beste plastic-recycleerders. Ik heb wat cijfers opgezocht toen ik dit stukje schreef, en ik geloof dat bij ons minder dan 1 procent van het plastic materiaal in de natuur terechtkomt.
Verwijderen