zaterdag 12 december 2020

Verklikken


     John Fante vertelt ergens dat er in zijn klas in de lagere school een verklikker was. Die hebben ze eens flink pak slaag gegeven, en daarna, stelde hij met plezier vast, heeft hij nooit meer geklikt. Het was een fatsoenlijke jongen geworden. Nobody likes a snitch … ’t is een van de normen en waarden die je jong moet leren. Als je broertje of zusje een vaas breekt, dan zwijg je als vermoord, zelfs als jij beschuldigd wordt van dat breken. Hoogstens kun je naar de poes wijzen.
      Helaas, het morele probleem van verklikken is ingewikkelder dan dat. 
     Zeker, er zijn verzwarende omstandigheden waar iedereen het makkelijk eens over kan zijn. Iemand verklikken omdat het beter uitkomt voor je carrière bijvoorbeeld, is niet erg netjes. Het is egoïstisch. De beroemde regisseur Elia Kazan (zie ook hier) deed het, toen hij zijn communistische ex-vriendjes verraadde aan de McCarthy-commissie. Dat hij achteraf een film maakte, om dat goed te praten, verbetert de zaak niet. Ook is het niet netjes je buurman, achter zijn rug, aan te brengen bij de politie omdat hij illegaal huisvuil verbrandt. Je moet er eerst met hem over spreken, anders ben je laf.
     Maar neem nu corona. Moet je het melden als je je bejaarde buurvrouw een verdacht grote kerstkalkoen ziet kopen? Of als je weet hebt van studenten die een feestje gaan vieren op hun kamer? Het Nieuwsblad liet laatst over verklikking twee ‘experten’ aan het woord. Daar kun je dus ook al expert in worden, dát moeten zware studies zijn. In elk geval, de experten waren het niet met elkaar eens. De voorstander sprak over ‘burgerplicht’ en de tegenstander over sociaal kapitaal dat verloren gaat, dat wil zeggen, hij sprak daar niet over, maar hij had het beter gedaan. Mijn grootvader leidde een zangkoor, en tijdens de tweede wereldoorlog werd hij door een anoniem koorlid verklikt vanwege zijn geallieerde sympathieën. Hij is er toen met een waarschuwing vanaf gekomen, maar het was meteen het einde van het koor. Het vertrouwen was weg.
     Eén argument tegen verklikken is het ‘hellend vlak’-argument, dat in het Engels zoveel mooier klinkt: ‘slippery slope’. Je begint met je broertje of zusje te verklikken dat de vaas in het salon brak en je eindigt met het verraden van Anne Frank. Maar een hellend vlak-argument kun je ook omdraaien. Je gaat dan uit van een andere extreem. In een lezersbrief werden de Nieuwsblad-experten een dag later van antwoord gediend. ‘Als je hoort dat je buren een terroristische aanslag plannen, schrijft de lezer, dan bel je toch ook de politie? Wat is het verschil met het overtreden van de coronamaatregelen? Naar mijn mening is het overtreden van de coronamaatregelen een terroristische aanslag. Het wapen is het virus. Het is als een granaat die je in het publiek gooit. Als je geluk hebt, dan word je enkel getroffen door een scherf. Als je minder geluk hebt, dan sterf je eraan.’
     Het is jammer dat die Nieuwsblad-lezer terrorisme en corona-ongehoorzaamheid op dezelfde hoogte plaatst. Het verschil kan ik niet precies uitleggen*, maar ik veronderstel dat die lezer zelf ook niet dezelfde straf straf zou vragen voor de twee wetsovertredingen?  Aan de andere kant was het een slim idee om het terrorisme in de discussie te betrekken. Het stelt de zaak scherp. Het verraden van Anne Frank is nooit goed, en het verklikken van terroristen is altijd goed. Alhoewel ook dat laatste weer niet voor iedereen even duidelijk is. Kon een katholiek in Ierland, 40 jaar geleden, in eer en geweten de autoriteiten inlichten over een aanstaande IRA-aanslag, nog los van de vraag of dat goed was voor zijn knieën?
     En wat met onze moslimvrienden? Een kennis van ons - laten we hem Jef noemen - verbleef vele jaren in een Arabisch land. Hij bewoog zich in een kring van gecultiveerde mensen die een afkeer hadden van ‘les barbus’ die in haatmoskeeën samenkwamen. Na de aanslag op Charlie Hebdo werd Jef gecondoleerd. ‘C’est tout à fait affreux ce qui c’est passé.’ Als hij dan vroeg of zij, weet hebbende van zo’n aanslag, de Franse autoriteiten zouden hebben verwittigd, en de terroristen verklikt, dan kreeg Jef geen duidelijk antwoord. Ze zouden in elk geval bij de terroristen hebben aangedrongen om de aanslag niet te plegen. Ja, maar zouden ze de autoriteiten nu verwittigd hebben ja of nee? ‘Oui, ça, ils ont quand-même insulté le prophète.’ En als Jef dan bleef aandringen, dan waren ze na enige tijd bereid om eigenhandig de eer van de profeet te wreken.
     Wat ik ook doe, ik verzink hier in het moeras van de casuïstiek. Ik moet het geval per geval bekijken. Terroristen zou ik aangeven, of ze nu islamistisch, nationalistisch, socialistisch of libertair waren. Maar ik zou geen communistische ex-vriendjes verraden aan een commissie, hoe vreselijk ik het communisme ook vind. Ik zou Anne Frank niet aangeven, noch de leider van het zangkoor met zijn witte of zwarte sympathieën, of het nu mijn grootvader was of iemand anders. Als een collega te laat kwam op school, ging ik dat niet melden aan de directie. Als ik helemaal zeker wist dat die collega ook slecht les gaf, zijn leerlingen verveelde, slordig verbeterde en onrechtvaardig quoteerde, dan had ik dat nog altijd niet gemeld. Ik zou, bij wijze van spreken, gehoopt hebben dat iemand anders dat deed. Als ik daarentegen wist dat hij leerlingen seksueel misbruikte, dan had ik niet geaarzeld.
     En bij overtreding van de  corona-regels? Ik zou, geloof ik, niet snel de politie er bij halen. Ik zou niets zeggen tegen de bejaarde buurvrouw met haar grote kalkoen. Aan die studenten met hun feestje, zou ik discreet laten blijken dat zoiets eigenlijk niet helemaal in orde is.

* Facebookvriend Ecce Ios wees mij alvast op een verschil: terrorisme is onder andere moord met voorbedachten rade, inbreuk op de coronaregels is ten hoogste schuld door nalatigheid.

2 opmerkingen:

  1. Een belangrijk argument pro verklikken, dat ik nog nergens las, is het kostenbesparend effect voor de politie. Ze kunnen zo veel doeltreffender en dus goedkoper optreden in het algemeen belang.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Dat is correct. Tegenstanders moeten dus betere argumenten hebben dan: het is de taak van de politie.

      Verwijderen