dinsdag 22 oktober 2024

Harold Polis en de Nobelprijs Economie

     Het gebeurt wel vaker dat ik in de commentaren of op de opiniepagina’s van De Standaard een hele alinea, of zelf een volledig stuk aantref, waar ik het helemaal eens mee ben. Een commentaar op bladzijde 2 tegen importtarieven, een stuk op de economiepagina’s van Pascal Dendooven over de beurs, een niet-politieke beschouwing van Tom Naegels. Laatst schreef Lieven Sioen dat onderhandelen met Poetin dan wel meer wapens voor Oekraïne een vals dilemma was. My thought exactly.
     Nu heeft Harold Polis weer een stuk geschreven waarin hij de verdediging op zich neemt van het liberale economische systeem dat, ‘beter dan welk ander ook, op termijn garandeert dat armoede massaal wordt teruggedrongen.’ Wie schetst mijn verbazing - die uitdrukking wou ik al enige tijd gebruiken - als Polis zelfs de libertaire econome Deirdre McCloskey aanhaalt en haar werk over de bourgeois values prijst als ‘een magistraal drieluik, ook een Nobelprijs waard.’ Polis vat het mooi samen:

Als je wilt weten waarom onze welvaart de afgelopen twee eeuwen is geëxplodeerd en hoe een zinvol economisch beleid eruitziet, dan moet je doordringen tot de kern van de zaak. Het gaat in de eerste plaats niet om wegen, bruggen, kanalen, AI, administraties of handelsakkoorden, maar wel om ethiek, mentaliteit en liberale ideeën. De overtuiging dat handeldrijven [en ondernemen] goed is en mensen zichzelf kunnen verbeteren.

    Polis vergelijkt die opvatting met die van de recente Nobelprijswinnaars Acemoglu en Robinson in hun bestseller Why Nations Fail. Hij vat eerst hun stelling samen - ‘democratische instellingen werken economische vooruitgang in de hand’ - en vervolgt dan:

Maar wat dan met China? … De corrupte dictatuur duldt geen vrije verkiezingen. Toch is er een omvangrijke Chinese middenklasse ontstaan die ons uit de markt prijst … Acemoglu en Robinson beweren dat instellingen tot welvaart leiden. Niet in China. Ook niet bij ons. We grossieren in instellingen … maar onze groei is dwergachtig … De Chinese communisten hebben de eind de jaren 70 [economisch] liberale ideeën omarmd. Daardoor zijn honderden miljoenen mensen uit de armoede getild.

     Hier vrees ik dat de kwestie iets ingewikkelder ligt. Het begint al bij het woord ‘instellingen’. Ik ben toevallig een boek aan het lezen van Peter Boettke over de economische hervormingen in Rusland, en de auteur gebruikt op elke bladzijde twee keer het woord ‘instellingen’ zonder dat ik precies weet wat daar nu wel of niet onder valt. De redenering van Boettke kan ik overigens wel volgen in grote lijnen. Hij beweert dat het economische recept voor economische welvaart heel eenvoudig is - laissez faire, laissez passer - maar dat het heel moeilijk is om de voorwaarden te creëren en in stand te houden die dat recept haalbaar en werkbaar maken. Bij die voorwaarden horen welbepaalde wetten, instellingen, regels, gebruiken, reflexen, tradities, waarden, opvattingen en denkwijzen. Die zaken zijn moeilijk om van elkaar af te bakenen. Zij zijn nog moeilijker om in te voeren daar waar ze afwezig zijn.
      Maar dat Acemoglu en Robinson zich misschien te exclusief op de ‘instellingen’ toeleggen ten nadele van de culturele omgeving, dát is een gedachte die bij mij ook vaak is opgekomen bij het lezen van Why Nations Fail. Dat stuk van Polis is er dus alweer een waar ik het helemaal mee eens kan zijn. 

1 opmerking:

  1. Citaat uit citaat: "Bij die voorwaarden horen welbepaalde wetten, instellingen, regels, gebruiken, reflexen, tradities, waarden, opvattingen en denkwijzen. Die zaken zijn moeilijk om van elkaar af te bakenen."

    Volledig eens, zoals ik hier ook al eens gepost heb, het is een combinatie van dingen, de vrije economie, met een algemeen aanvaard maatschappijmodel (mentaliteit, gedeelde waarden), democratische regelgeving, en rule-of-law.

    China heeft veel van die ingrediënten behalve de politieke vrijheid. De rule-of-law kan bestaan, maar zover ik begrijp zijn de Chinese wetten opgelegd door een overheid zonder democratisch process, maar ik veronderstel wel door consultatie. China heeft slechts ongeveer 40 jaar een (gedeeltelijk) vrije economie en het is nog ongekend hoe dit verder zal verlopen. Zolang toegevoegde waarde blijft komen kan dit proces lopen, maar opkomende tegengestelde belangen - zoals in het westen goed gekend - zijn onvermijdbaar. Ik vermoed dat zoiets als een neutrale overheid , zonder checks-and-balances, niet bestaat.

    Het land is nu middle-income met nog vrij veel extreme armoede en harde werkvoorwaarden worden aanvaard. Hun economische ontwikkeling heeft plaats gevonden in een reeds hoog-ontwikkelde wereld. De westerse wereld heeft zich uit de armoede getrokken zonder buitenlandse voorbeelden, zonder hoog-ontwikkelde markten of technologie te hebben.

    Het is niet uit te sluiten dat de Confuciaanse Chinese burgerzin zodanig is ingebed dat het land verder kan op die manier.

    Kunnen de eeuwenoude Confusciaanse tradities compenseren voor een gebrek aan vrije democratie?

    BeantwoordenVerwijderen